Dijsselbloem: stel deadline voor hervormingen
AMSTERDAM (ANP). De Europese Commissie moet landen harde deadlines geven voor de hervorming van hun economie, voordat ze langer de tijd krijgen om hun financiën op orde te brengen. Dat stelt minister van Financiën en eurogroepvoorzitter Jeroen Dijsselbloem in vrijdag gepubliceerde interviews met diverse Europese kranten.
Dijsselbloem wijst daarin op Frankrijk, dat 2 jaar langer de tijd kreeg om aan de begrotingseisen van de EU te voldoen maar sindsdien weinig economische hervormingen heeft doorgevoerd. Het is duidelijk „dat daar meer moet worden gedaan, vooral op het gebied van hervormingen”, stelde de Nederlandse minister.
Dijsselbloem gaf verder aan niets te zien in voorstellen om landen financieel te belonen voor het doorvoeren van hervormingen. „Dat lijkt me niet verstandig. Landen moeten beseffen dat het in hun eigen belang is hun systeem te veranderen. Een beloning geeft een verkeerd signaal.”
Volgens Dijsselbloem is het niet noodzakelijk om een omvangrijke gezamenlijke begroting voor de eurolanden op te zetten om de muntunie te laten slagen. „Om een impact te hebben moet zo’n budget vrij groot zijn. Dat betekent dat we een groot deel van onze budgetten naar het Europees niveau moeten brengen. En dan moet je ook op Europees niveau beslissen hoe dit geld wordt uitgegeven. Dat lijkt me een recept voor een rampscenario.”
De ministers van Financiën van de eurozone, verzameld in de eurogroep, praten vrijdag in Brussel over het oordeel dat de Europese Commissie vorige week velde over de begrotingen van de eurolanden. Daarmee is sprake van een historische vergadering, stelde econoom Carsten Brzeski van ING. „De commissie kan nu in theorie invloed uitoefenen op begrotingen, terwijl ze worden samengesteld.”
De commissie gaat voorlopig wel voorzichtig met die macht om, aldus de econoom. „Bij deze eerste oefening heeft de commissie fluwelen handschoenen aangetrokken en is de botte bijl thuisgelaten. Maar voorzichtig of niet, het begrotingsbeleid in de eurozone wijst maar naar één kant en dat is niet richting een versoepeling.”