Kabinet wil meer ruimte voor zorgverlof
DEN HAAG. Het kabinet wil het zorgverlof voor werknemers verruimen. Ook bekijkt het of vaders langer verlof kunnen opnemen na de geboorte van hun kind dan de huidige twee dagen.
Minister Asscher van Sociale Zaken kondigde dat maandag aan na afloop van een bijeenkomst met deskundigen over het combineren van arbeid en zorg. Hij borduurt met zijn plannen deels voort op initiatieven van zijn voorgangers. Asscher gaat daarnaast bekijken of contracten in de kinderopvang flexibeler en dus goedkoper kunnen worden. Desnoods komt hij met wetgeving. Andere plannen zijn het beter op elkaar afstemmen van school- en werktijden en het wegnemen van fiscale belemmeringen voor verlof.
Volgens de minister is het hard nodig dat werknemers hun baan en zorg makkelijker kunnen combineren. Problemen hiermee leiden nu nog tot hoger ziekteverzuim. Voor de kosten daarvan draaien de bedrijven op. Ook werkgevers en vakbonden hebben daarom een taak. Asscher riep hen op cao-afspraken te maken over het combineren van werk en zorg. Dat hoeft niet duur te zijn en kan zelfs geld opleveren als het ziekteverzuim daardoor daalt, zei hij.
Asscher wees erop dat zorgtaken nu nog te veel terechtkomen op de schouders van vrouwen. Voor een beter evenwicht is een cultuurverandering nodig.
Aan de bijeenkomst over arbeid en zorg deden ook minister Bussemaker en staatssecretaris Dekker (Onderwijs) en staatssecretaris Van Rijn (Volksgezondheid, Welzijn en Sport) mee. Ook de sociale partners waren erbij.
Het idee voor de bijeenkomst kwam enkele maanden geleden van CDA-Kamerlid Heerma. Hij riep Asscher op een ‘gezinstop’ te organiseren, naar Duits voorbeeld. Heerma noemde het maandag positief dat de minister hieraan gevolg heeft gegeven. Wel vond hij dat de nadruk tijdens de bijeenkomst wat te weinig op het gezin lag.
Heerma vindt dat er in Nederland een ‘gezinsbond’ moet komen, zoals die in België al bestaat. De belangen van gezinnen worden dan beter vertegenwoordigd. Hij noemt dit overigens nadrukkelijk „geen overheidstaak.”