Goed zorgbeleid wordt afgestraft
De politiek neemt beslissingen zonder oog te hebben voor de dagelijkse praktijk in de gezondheidszorg, legt Leen Jordaan
uit in een hartenkreet. Hij vindt dat de politicus in de rij moet gaan staan om te garanderen dat er straks nog zorgmogelijkheden zijn. De laatste weken zijn in zowel het Nederlands Dagblad als het Reformatorisch Dagblad verschillende artikelen over de gezondheidszorg verschenen. Over bezuinigingen en het gevolg ervan, maar ook over het initiatief van een groep bedrijven om enkele ziekenhuizen over te nemen en daar private klinieken van te maken. Over een ziekenhuis in Almere dat banen schrapt, een staatssecretaris die een directeur van een verpleeghuis in Oud-Beijerland lijkt te kwalificeren als een slecht manager.
Stemmenwinst
Kortom, de politiek en de praktijk staan weer ver uit elkaar. Is dat zo verwonderlijk? Begrijpt eigenlijk de doorsnee burger nog waar het om gaat? En als die het begrijpt, is het dan ook een kamerlid duidelijk waar het om gaat? Of handelt een kamerlid uitsluitend uit het oogpunt van stemmenwinst?
Een paar voorbeelden van hoe de zaken in elkaar steken. Ik geef die op grond van mijn ervaring als manager financiële zaken in een groot topklinisch ziekenhuis in het westen van Nederland en daarnaast als adviseur financiële zaken van een zorgcentrum (verzorgingshuis en thuiszorg) in het oosten. Beide instellingen verkeerden in grote financiële problemen, beide hebben nu een gezonde exploitatie en balans.
Het is nog geen vijf jaar terug dat de instellingen in de zorg geconfronteerd werden met een stijgend ziekteverzuim. Het patiëntenaanbod bleef hetzelfde, dus vergde dat extra kosten bij gelijkblijvende inkomsten. Keuzes maken, noemen we dat. De overheid was niet thuis voor extra middelen. Vandaag de dag is het andersom: we zien gelukkig dankzij een goed beleid in de verschillende instellingen een dalend ziekteverzuim en de middelen die destijds zijn vrijgemaakt om toch de zorg te kunnen bieden, die… tja, die moeten de instellingen inleveren. Oftewel: goed beleid wordt afgestraft.
Heb je destijds geen extra inkomsten gekregen om de stijgende kosten te financieren, momenteel moet je bij dalende kosten van ziekteverzuim een bedrag inleveren.
Een ander presentje: daar waar de instellingen gedwongen worden door het maken van keuzes efficiënter te werken (als dat al niet werd gedaan op plaatsen waar het kon), zien de instellingen dat door de politiek beloond met 0,8 procent korting op het externe budget. Of: efficiënter werken (lees: meer standaardprocedures in de uitvoering) geeft niet meer mogelijkheden om meer aan het primaire proces van de zorg te besteden, neen, ook hier zegt de politiek: „Dank u wel, dat is een korting.” Goed beleid wordt afgestraft.
Geen keuzes
Moeten we op grond van deze twee voorbeelden (die met veel andere uit te breiden zijn) spreken van een betrouwbare overheid, of van mismanagement? Neen, veel meer moeten we beseffen dat de politiek beslissingen neemt die de praktijk van alledag niet begrijpt. Kamerleden, ook van de ChristenUnie, staan ver van de praktijk af. In een door mij afgenomen interview had ook de huidige lijsttrekker van de CU meer oog voor de collectieve lasten dan voor het maken van keuzes.
Als het om stemmen gaat, wil men wel harder lopen. En dan komt er zogenaamd extra geld op tafel. Maar dat geven van extra geld is schijn, want het moet uit de lengte of uit de breedte komen. Een minister die onder grote politieke druk stond (herinneren we ons nog die honderden mensen die in Emmeloord en Oldenzaal demonstreerden voor behoud van het ziekenhuis, met kamerleden voorop?) nam de beslissing om extra geld aan deze ziekenhuizen te geven. Dat geld werd daarna bij andere ziekenhuizen weggehaald! Over efficiënt gesproken: enerzijds geven aan kleinere instellingen, anderzijds geld weghalen bij grotere instellingen.
Waarom sluiten we juist een aantal van die instellingen niet? Gebrek aan bedden in Nederland? Bijna alle ziekenhuizen in ons land hebben nog een onderbezetting in de bedden en hebben nog zogenaamde verpleeghuispatiënten in bed liggen, dus dat is geen reden. En is wel eens uitgerekend hoeveel we besparen op de gezondheidszorg als we die kleinere ziekenhuizen sluiten? Erg veel, dusdanig veel dat ook veel verpleeghuizen en verzorgingshuizen eveneens extra geld kunnen krijgen voor handen aan het bed. Dan moeten die inwoners weliswaar iets verder reizen dan vandaag de dag. Maar verder dan in de ons omringende landen of in Scandinavië? Zou er hier soms sprake zijn van landelijk mismanagement? Heeft de politiek voldoende in de spiegel gekeken?
Minder thuiszorg
Artikel 22 van de Grondwet zegt: „De overheid treft maatregelen ter bevordering van de volksgezondheid.” Als we dan weten dat we in 2030 zo’n 1,5 miljoen meer 65-plussers hebben dan in 2000, en dat het aantal 80-plussers stijgt tot meer dan 800.000, dan moeten we daar nu toch al maatregelen voor nemen? De overheid doet dat echter niet, geen enkele politieke partij stelt hier vragen over, maakt hier keuzes.
Waarom bezuinigen we vandaag de dag gigantisch op de thuiszorg, zelfs meer dan 11 procent? De geluiden zijn dat er minder thuiszorg nodig zou zijn: „Er zijn geen wachtlijsten meer.” Men vergeet echter dat er bij het RIO (Regionaal Indicatie Orgaan) wachtlijsten tot indicatiestelling zijn. Dus als we aan de poort (lees RIO) de wachtlijsten creëren, zijn de wachtlijsten niet terug te vinden bij de thuiszorg. Ook liggen er veel mensen in een ziekenhuis in een zogenaamd verkeerd bed te wachten op thuiszorg of verpleeghuis. Zij houden onnodig een bed bezet. Als die situatie zich nu al voordoet, wat is dan het gevolg in 2030? Betekent het dat een politicus voor in de rij moet staan om een klein ziekenhuis te behouden, en daar extra veel geld aan moet geven? Neen, hij moet maar in de rij gaan staan om ervoor te zorgen dat er straks nog zorgmogelijkheden zijn. Voor de goede verstaander, niet alle kleine ziekenhuizen zijn per definitie sluitbaar, er zijn ook goede voorbeelden van kleine ziekenhuizen (bijvoorbeeld Dirksland) waar kwaliteit en financiën in evenwicht zijn.
Bezuinigen in de zorg, was mijn insteek. Is dat nodig? In het Nederlands Dagblad schrijft de internist Dees regelmatig vanuit zijn praktijk. Hij staat als arts voor de zorg voor de patiënt, om optimaal zorg te (laten) verlenen. En aan de andere kant staat het financieel management ervoor om te zorgen dat het betaalbaar blijft. Dat is voor beide een uitdaging, en door overleg kun je eruit komen. Alleen, dan moet de overheid niet met ’vreemde’, onverwachte maatregelen komen omdat er elders in de zorg geld nodig is, of omdat er elders in de politiek financiële ruimte gewenst is. Niet de stemmenwinst moet vooropstaan, maar de „maatregelen ter bevordering van de volksgezondheid.”
Let op je gezondheid, niet alleen met de dagelijkse zorg, maar ook in je stemgedrag in het stemhokje! Een goede gezondheidszorg vraagt een betrouwbare overheid.
De auteur is manager-adviseur financiële zaken in de gezondheidszorg.