Dat bleek vanmiddag in Amsterdam, tijdens de ledenvergadering van de Koninklijke Vereniging van Reders (KNVR). Voorzitter A. Koteland overhandigde daar de strategienota 2004-2008 aan minister Peijs van Verkeer en Waterstaat.

Nederland mist de boot, aldus de KNVR. Het gevolg daarvan is niet alleen een vermindering van de scheepvaartactiviteiten op zee en aan de wal, maar ook een afname van de aanjaagfunctie inde rest van het maritieme cluster, zoals scheepsbouw, toeleveringsindustrie en maritieme dienstverlening.

In de nota wijst de KNVR de overheid op de noodzaak van een aanscherping van het in 1996 ingezette zeescheepvaartbeleid. Het zeescheepvaartbeleid is „zeer succesvol” geweest en heeft geleid tot een belangrijke versterking van de Nederlandse positie in de zeescheepvaart. Inmiddels is de situatie drastisch gewijzigd en blijft het investerings- en vestigingsklimaat sterk achter bij de ontwikkeling in de ons omringende landen.

De strategienota geeft aan hoe Nederland zijn plaats als vooraanstaand maritiem vestigingsland weer kan innemen. Speerpunten zijn een ondernemingsvriendelijk fiscaal regime, een adequaat arbeidsaanbod, efficiënte regelgeving en een klantvriendelijk beleid van de inspectiediensten.

Om de toekomst voor de zeescheepvaart verder veilig te stellen, zal de sector ook sterk blijven inzetten op onderwijs en innovatie. De KVNR is een brancheorganisatie van de zeescheepvaartsector. Met ruim 200 leden vertegenwoordigt ze meer dan 95 procent van de bedrijfstak.