De leidende Dow-Jonesindex stond een dik halfuur voor het slot een fractie in de min op 15.395 punten. De bredere S&P 500 steeg 0,1 procent tot 1703 punten. De technologiegraadmeter Nasdaq kreeg er 0,4 procent bij en stond op 3780 punten.

De Amerikaanse politiek is nog steeds diep verdeeld over de manier waarop de overheidsfinanciën op orde moeten worden gebracht. Binnenkort dreigt de staatsschuld het afgesproken maximum te bereiken. Als het schuldenplafond niet wordt verhoogd, kan de overheid zijn rekeningen niet meer betalen, met mogelijk grote economische gevolgen.

Voorbeurs bleek dat de huizenprijzen in de 20 grootste Amerikaanse steden in juli met 12,4 procent op jaarbasis zijn gestegen. Het consumentenvertrouwen, gemeten door onderzoeksbureau Conference Board, bleek in september iets sterker te zijn gedaald dan was verwacht.

Vliegtuigbouwer Boeing was de sterkste stijger onder de hoofdfondsen in New York met een koerswinst van 1,6 procent. Zorgverzekeraar UnitedHealth volgde met een plus van 1,2 procent. De bank JPMorgan Chase stond met een verlies van 1,6 procent onderaan de Dow, gevolgd door telecombedrijf Verizon dat 1,5 procent verloor.

Chipmachinefabrikant Applied Materials won 8,9 procent. De branchegenoot van de Nederlandse chipbedrijven ASML en ASMI neemt zijn Japanse concurrent Tokyo Electron over voor 9,4 miljard dollar (7 miljard euro). De transactie wordt geheel in aandelen afgehandeld en leidt tot een concern met een marktwaarde van circa 29 miljard dollar.

De euro noteerde tegen het einde van de beurshandel in New York een koers van 1,3478 dollar. Bij het scheiden van de markt in Europa was de Europese eenheidsmunt 1,3488 waard. Amerikaanse olie kostte 103,42 dollar per vat van 159 liter, een daling van 0,1 procent. Brentolie was met 108,79 dollar per vat 0,6 procent duurder.