Brussel wil één regeling bewijslast hele EU
Om crimineel opsporingsonderzoek te vergemakkelijken moet er in de hele Europese Unie één uniforme regeling komen voor het uitruilen van bewijsstukken tussen lidstaten. Europees commissaris Vitorino (justitie en asiel) stelde zo’n regeling vrijdag voor om de langdurige en vaak sterk van elkaar verschillende regelingen tussen EU–landen onderling op te heffen.
Vitorino maakt in zijn voorstel, waar EU–justitieministers nog unaniem mee moeten instemmen, wel een uitzondering voor het afluisteren van telefoons, het controleren van bankrekeningen en bijvoorbeeld het overdragen van DNA–materiaal. Voor het verkrijgen van alle andere bewijsstukken zou een rechter–commissaris of officier van Justitie met een uniforme aanvraag bewijsmateriaal uit alle andere EU–landen moeten kunnen verkrijgen.
Het voorstel is een onderdeel van een breed pakket aan justitiemaatregelen, die de Europese regeringsleiders in 1999 al overeenkwamen in het Finse Tampere. Het Europees Parlement moet er ook nog een advies over uitbrengen.
Lidstaten kunnen wel een beroep doen op nationale belangen, als zij denken dat deze schade oplopen als bewijsstukken naar het buitenland moeten. Nederland kan mogelijk door deze uitzonderingsclausule aanvallen op het nationale drugsbeleid voorkomen.
Ook stelt Vitorino een garantie voor door het fundamentele recht te geven nooit tegen zichzelf te hoeven getuigen. Voor het verkrijgen van bewijsmateriaal uit databases van computers zou in principe de afspraak moeten gelden dat de politie zich moet melden bij autoriteiten in de EU–lidstaat waar de persoon bevindt over wie informatie is aangevraagd, ook al staat een server in een andere lidstaat.