’Industrie dupe van dure stroom’
De energie–intensieve industrie in Nederland heeft nauwelijks voordeel bij de liberalisering van de Europese stroommarkt. De stroomprijs is de afgelopen maanden zo sterk gestegen dat de concurrentiepositie er onder lijdt, stelt de VEMW, de belangenberhartiger van zakelijke energieverbruikers, donderdag.
Algemeen directeur H. Grünfeld constateert dat de prijs van elektricteit op de Amsterdamse stroombeurs APX de laatste maanden met 50 procent is gestegen ten opzichte van vorig jaar. „Maar het zijn niet alleen de hoge prijzen, ook de prijsverschillen met de ons omringende landen tasten onze concurrentiepositie aan."
Grünfeld stelt dat de situatie sinds mei, toen zijn club ook aan de bel trok, is verslechterd. De VEMW–directeur wijst vooral op de „onvoorstelbare machtspositie" van twee tot drie stroomproducenten op de elektriciteitsmarkt. Het gaat met name om Electrabel, Essent en E.ON. „Zij kunnen het aanbod beperken en zodoende de prijs hoog houden."
De dominante rol heeft volgens de VEMW het afgelopen jaar veel stroomhandelaren uit de markt gedrukt. „Hun aantal is 75 procent teruggelopen. Ze zijn steeds minder in staat als tussenpersoon een goede positie in te nemen tussen de aanbieder van stroom en de afnemer."
Door de huidige ontwikkelingen is de VEMW negatief over de vrijmaking van de stroommarkt. „De liberalisering is er voor de gebruikers. Maar nu is het zo dat een publiek monopolie is ingeruild voor een private oligopolie van enkele dominante bedrijven", constateert Grünfeld.
De situatie is te doorbreken als bedrijven via lagere gasprijzen makkelijker zelf extra stroom kunnen opwekken en aanbieden. Dat kan op zogeheten piekmomenten, wanneer er grote vraag is naar elektriciteit. De extra opwekking door bedrijven is nu onvoordelig vanwege de hoge gasprijs die ze ervoor moeten betalen.
Verder moeten de grote stroomproducenten meer inzicht geven in de beschikbare hoeveelheid stroom. Ook kunnen netbeheerders in Nederland, België, Duitsland en Frankrijk betere afspraken maken die de import van stroom vergemakkelijken.
Minister Brinkhorst van Economische Zaken blijft voorstander van liberaliseringen van de energiemarkten in Europa, maar is niet zonder zorg. Op een energiecongres op Universiteit Nyenrode stelde de bewindsman donderdag nog dat het de vrijmaking van de energiemarkt de prijzen voor de grootste verbuikers met ongeveer 20 procent heeft gedrukt. Eerder wees hij er al op, dat er nu een overcapaciteit is bij de opwekking van elektriciteit, die nog voort komt uit de tijd dat de energiebedrijven pure monopolisten waren. Als die overcapaciteit in een vrije markt vermindert, geeft dat opwaartse druk op de prijzen.
Brinkhorst heeft eerder wel aan de Europese Commissie zijn zorg kenbaar gemaakt. Gezien de fusies en overnames in Europa vraagt hij zich af of het Europese toezicht toereikend is. Eerder was de Algemene Energie Raad kritisch over de liberalisering van de markt, omdat die te veel gedomineerd zou worden door enkele machtige ondernemingen. Brinkhorst vroeg de raad daarna om een vervolgadvies, dat dieper op deze kwestie ingaat.