Economie

Hoe dan ook, er moet een keer flink bezuinigd worden

Economen waarschuwen: kijk uit met al die bezuinigingen, want die maken het lastig om de groei­motor weer aan de praat te krijgen. Toch zullen we een keer de tering naar de nering moeten zetten.

Arie de Rooij
23 August 2013 20:15Gewijzigd op 15 November 2020 05:26
Foto ANP
Foto ANP

Door de vakantie heeft de discussie een poosje stilgelegen. Maar geleidelijk aan zijn we begonnen aan het nazomerse politieke seizoen. Op weg naar Prinsjesdag. Dan horen we de plannen voor 2014. Hoe denkt het kabinet de langdurige recessie te overwinnen, terwijl er tegelijk de opdracht ligt om het begrotingstekort terug te dringen? Den Haag wacht een spannende herfst.

Bezuinigingen helpen in eerste instantie de economie niet vooruit. Ombuigingsmaatregelen tasten de bestedingen en de koopkracht aan en vormen daarmee een belemmering voor herstel. Daar valt weinig op af te dingen. Van vele kanten klinkt daarom het pleidooi om het even kalm aan te doen aan dat front.

Laat eerst de groei op gang komen; als het eenmaal beter gaat, richt dan de aandacht op het saneren van het nationale huishoudboekje, luidt de redenering. Anders loop je het risico dat het bruto binnenlands product (bbp), de optelsom die de omvang van de economie meet, steeds verder inzakt en dat je almaar meer moet besparen om de staatsschuld en het tekort op het collectieve budget, als percentage van dat bbp, te verkleinen.

Allemaal waar, maar toch zijn hierbij kanttekeningen te plaatsen. Hoe dan ook, de overheid geeft jaar op jaar te veel uit. Willen we de rentebetalingen uit de schatkist binnen de perken houden en een volgende gene­ratie op dat vlak niet opzadelen met forse lasten, dan vraagt dat vroeg of laat om een omslag.

Na het uitbreken van de financiële crisis in 2008 besloot de EU tot een enorm stimuleringspakket: voorrang verlenen aan het beperken van de krimp. De tekorten mochten tijdelijk de grens van de 3 procent uit het stabiliteitspact overschrijden. Nederland diende in 2013 weer te voldoen aan de regels. Maar er trad tegenslag op, met een ”double dip” en een ”triple dip”. Brussel verleende uitstel. Wie garandeert dat als we nu de teugels wat laten vieren, we over enkele jaren niet in dezelfde positie verkeren? Misschien verslechtert de conjunctuur opnieuw. En dan? Op die manier blijven we de noodzakelijke aanpassingen voor ons uit schuiven.

Haagse bewindspersonen zijn binnen de EU altijd erg streng geweest op het punt van de budgettaire discipline. Zo verzette voormalig minister van Financiën Zalm (VVD) zich in de eerste jaren van deze eeuw met hand en tand tegen een versoepeling van de Europese voorschriften. In 2008 hamerde de Nederlandse regering bij het samenstellen van het stimuleringsprogramma erop niet te sjoemelen met de begrotingsafspraken. Wat gebeurt er met die reputatie als we zelf telkens niet beantwoorden aan de norm? We dreigen ons krediet binnen de financiële wereld te verspelen.

Nederland loopt voorop bij het afdwingen van pijnlijke bezuinigingen in probleemlanden als Griekenland, Portugal en Cyprus. Wat bij ons nodig is, staat in geen verhouding tot de zware ingrepen daar. We hebben weinig recht van spreken en zetten ons lelijk te kijk als we niet de daadkracht opbrengen om in eigen huis orde op zaken te stellen.

Laten we ook even terugdenken aan de jaren tachtig. Toen kenden we hetzelfde debat: bezuinigen of meer ruimte bieden aan het oppeppen van de groei? Het kabinet-Lubbers, met Ruding als minister van Financiën, koos vastberaden voor het eerste. Een stabiele meerderheid van CDA en VVD in het parlement maakte dat mogelijk. Die koers bevorderde het vertrouwen, de economie klom uit het dal en de betrokken partijen werden uiteindelijk door de kiezers beloond.

Politici kunnen uit de huidige situatie een belangrijke conclusie trekken: zorg ervoor dat je bij gunstig tij een overschot opbouwt, dat je dan in ieder geval het tekort wegwerkt. Zo beschik je over een buffer om gas te geven als het slechter gaat.

De ervaring leert echter dat als de zon volop schijnt, die les snel wordt vergeten. Bezuinigen in crisistijd stuit op verzet, maar als de welvaart weer toeneemt, wil iedereen daarin delen en is het al evenmin populair om op de rem te trappen.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer