Producent gifgas IG Farben failliet
IG Farben kan niet meer aan zijn verplichtingen voldoen. De opvolger van het beruchte chemieconcern uit de nazi-periode en ooit het grootste chemieconcern ter wereld zal faillissement aanvragen, werd maandag bekend.
Oorzaak zijn betalingsproblemen bij de vastgoed- en participatiemaatschappij WCM, die het onroerend goed van IG Farben zou overnemen.
IG Farbenindustrie in Abwicklung, zoals de onderneming nu officieel heet, is de juridische voortzetting van het concern dat in de Tweede Wereldoorlog onder meer het gifgas Zyklon-B produceerde. In de oorlog werden er tienduizenden mensen tewerkgesteld, ook uit de concentratiekampen. Na de oorlog werd onroerend goed de voornaamste activiteit.
Het concern was het symbool van de samenwerking tussen het Duitse bedrijfsleven en het nazi-regime. Na de oorlog werd het voortgezet om claims te kunnen afwikkelen. De bezittingen kwamen in handen van de chemieconcerns Bayer, BASF en Hoechst.
Pas na de Duitse hereniging ontstond de mogelijkheid voor schadevergoeding, omdat het voor een deel ging om eigendommen in het oosten van Duitsland die na de oorlog waren onteigend door de Sovjetbezetters. Ook in Zwitserland hielden jarenlange procedures een afwikkeling van de claims op.
De aandeelhoudersvergaderingen van IG Farben zijn de laatste jaren gedomineerd door demonstraties. Sommige aandeelhouders wilden dat het hele vermogen van de onderneming beschikbaar kwam voor dwangarbeiders. Er werd in 1999 voor schadeloosstelling ruim 1,5 miljoen euro in het vooruitzicht gesteld, waar 7,6 miljoen werd geëist.
Op de persconferentie van maandag waar het faillissement werd aangekondigd, werd ook weer gedemonstreerd. De voormalige dwangarbeiders krijgen nu geen cent te zien, aldus de demonstranten. De bewindvoerders deelden mee dat een stichting van IG Farben over meer dan 250.000 euro beschikt. Dat bedrag zou worden vermeerderd met geld uit de opbrengst van de verkoop van het onroerend goed, wat door het faillissement niet meer mogelijk is.