PvdA-leider Samsom gelooft, in zijn idealen
PvdA-leider Samsom heeft een „diep doorleefd geloof.” In vooruitgang. In de kracht van ons land. In zijn idealen. In de PvdA. Maar niet in God.
In een persoonlijke, almachtige God gelooft de sociaaldemocraat niet. Hij noemde zichzelf in deze krant daarom ooit „diep areligieus.”
Zijn ouders –vader was internist, moeder fysiotherapeut– waren vrijzinnig. Naar de kerk ging het gezin Samsom niet. Wel deden de kinderen Bijbelkennis op. Samsom kreeg bijvoorbeeld al vroeg een kinderbijbel om zelf in te lezen. Dat kwam, herinnerde de PvdA-aanvoerder zich later, doordat hij in zijn jonge jaren neerkeek op gelovigen. „Mensen die in God geloven, zijn een beetje dom, dacht ik. Mijn moeder vond dat zorgelijk en ging daarom veel meer aandacht besteden aan de Bijbel.”
Het Oude Testament vond hij „fascinerend.” En dat Jezus heeft bestaan, weet Samsom zeker. „Het zou een grote Man geweest kunnen zijn, letterlijk en figuurlijk.”
Samsom werd in maart vorig jaar zélf een grote man toen hij Cohen opvolgde als partijleider. Om op die plek te komen, versloeg hij tijdens een interne partijverkiezing met overmacht zijn fractiegenoten Plasterk, Van Dam, Albayrak en Jacobi.
Luttele maanden later steeg zijn ster zo snel dat hij een onverwacht goed resultaat boekte met de PvdA bij de Kamerverkiezingen. Samen met de VVD sloeg hij aan het formeren; dat resulteerde in het aantreden van het kabinet-Rutte II op 5 november. Samsom bleef bewust in de Kamer, om van daaruit het profiel van de sociaaldemocratische regeringspartij te bewaken.
Maar wie is Samsom eigenlijk? „De politicus en persoon die ik nu ben, zijn bijna volledig gevormd in de jaren tot mijn achttiende”, zei hij enkele jaren terug in een interview met Arts & Auto. Samsom roemde daarin zijn „angstaanjagend onbezorgde jeugd.” De zondag, bijvoorbeeld, kwam het gezin „vioolspelend door.”
Zijn ouders „hadden de filosofie: tot je twaalfde vertellen we wat wel en niet mag, daarna is het je eigen verantwoordelijkheid.” Hij werd dus erg vrij gelaten. „Ik heb die vrijheid nooit misbruikt. Niet uit braafheid, maar omdat ik als tiener fanatiek begon te waterpoloën. Doordeweeks stond ik om vijf uur op om te gaan trainen.”
Wat Samsom van zijn vader en moeder heeft meegekregen, „is onbezorgdheid, eigenwaarde, een ruimdenkende blik en verantwoordelijkheidsgevoel.” Was zijn bevoorrechte jeugd „gecombineerd geweest met bekrompenheid, dan zou ik wellicht een heel ander persoon zijn geworden.”
Bezield
Hoewel hij dus van huis uit bekend is met de Bijbel, was het een ander boek dat zijn leven een beslissende wending gaf: ”Kinderen van moeder Aarde” van Thea Beckman uit 1985. „Zo’n verhaal draagt bij aan morele vorming”, lichtte Samsom later toe. Het greep hem „volledig bij de keel.” Hij raakte „bezield door het milieu.”
Doordrongen van het besef „dat we de aarde aan het opmaken zijn”, meldde Samsom zich in 1995 bij Greenpeace. Hij voerde onder meer acties tegen kernenergie. Daarbij werd hij naar eigen zeggen zeker tien keer aangehouden; een strafblad hield hij er niet aan over.
Anderen beschuldigden hem er later van dat hij als activist „selectief met feiten omging of ze ronduit verdraaide.” Door bijvoorbeeld te waarschuwen voor de grote gevaren van kernafvaltransport, terwijl hij zichzelf rustig aan de rails vastketende waarover de trein zou rijden.
Na de eeuwwisseling vertrok Samsom bij Greenpeace. In de politiek zou hij veel meer voor elkaar kunnen krijgen dan vanaf een rubberbootje op zee. „Ik ging naar Greenpeace omdat ik met mijn idealen de wereld wilde verbeteren”, heeft Samsom over zijn carrièrewisseling gezegd. „Ik stapte later de politiek in omdat ik met mijn idealen ook het verschil wilde maken, verantwoordelijkheid wilde nemen.”
Zijn droombeeld van Nederland heeft Samsom geschetst in tal van toespraken. Daarin kant hij zich tegen polarisatie, individualisme, kilheid en anonimiteit.
Ons land moet uitblinken in optimisme, onderlinge verbondenheid en samenwerking: „De samenleving heeft een verheffende en verbindende kracht.” Geen egoïsme, maar „van Ik naar Ons.” Collectieve welvaart gaat volgens Samsom boven individuele rijkdom.
”Eerlijk” is het centrale woord in zijn visie: een eerlijke inkomensverdeling bijvoorbeeld („wij willen de verschillen tussen arm en rijk kleiner maken”) en een eerlijke verdeling van de lasten van de economische crisis („juist nu dat, in de zware tijden, zo hard nodig is”).
Verder wil Samsom „vooruitgang mogelijk maken.” De toekomst van „onze kinderen is daarbij belangrijker dan kortetermijnbevrediging.” Hij wil hun „zekerheid van werk, veilige straten, betaalbare woningen, goede scholen en bereikbare voorzieningen” geven.
Vooruitgangsgeloof
Vrij Nederland schreef vorig jaar dat Samsom „een vooruitgangsgeloof schijnt te koesteren, gebaseerd op het idee dat extra of ander overheidsingrijpen op de terreinen economie, veiligheid, samenleving en techniek verbeteringen kan brengen zonder de samenleving op andere vlakken te benadelen.”
Het linkse opinieblad noemde hem verder „een socialist.” Als het aan Samsom ligt, moet er namelijk overheidscontrole op de markten zijn en moeten de hogere inkomens hoger worden belast.
De toen christelijk gereformeerde ds. J. D. Barth schreef in 1926 in zijn boekje ”Het Calvinistisch beginsel” over socialisme dat het „stelselmatig voert tot een staatsabsolutisme dat de Heilige Schrift niet kent, dat de naastenliefde verscheurt, alle banden der menselijke samenleving verbreekt en henenvoert naar een chaos van verwarring en bittere slavernij.”
Socialisten denken volgens hem dat „alle noden zullen worden opgeheven, alle misstanden verdwijnen, alle kwalen zullen genezen worden (…) als vader Staat alle verhoudingen regelt door wettelijke bepalingen.”
De socialist heeft „in de diepste grond een strijd aangegord tegen God, tegen Zijn inzettingen en rechten, tegen de Heilige Schrift, tegen de verhoudingen die God gesteld heeft.” Met de zonde als „bittere oorzaak van alle leed” rekent hij niet en daarvan wil hij niet weten.
In de wereld „heerst de zonde”, aldus ds. Barth in zijn boekje, en „deze aarde zal nooit een paradijs worden.”
Samsom is daar optimistischer over. „Politiek kan een verschil maken”, zei hij op het formatiecongres van zijn partij eind vorig jaar. „Samen kunnen we –door de schouders eronder te zetten– verandering teweegbrengen. Politiek verdeelt niet, maar verbindt. Slaat bruggen en reikt elkaar de hand.” Hij verwees daarbij naar het verleden: „Dat is waar de Partij van de Arbeid voor is opgericht, en dat is wat de Partij van de Arbeid in de komende vijf jaar gaat doen.”
Finishlijn
Zijn ideale Nederland, zoals Samsom dat in zijn toespraken tot zijn partijgenoten heeft geschetst, vormt „de finishlijn” van de tocht die de coalitiepartijen VVD en PvdA samen zijn begonnen.
Voor de verkiezingen wilde hij overigens helemaal niet met de VVD in zee gaan. Die partij was zijns inziens te veel naar rechts opgeschoven, terwijl de PvdA volgens Samsom „links van het midden” staat.
Nu het er toch van gekomen is, werkt Samsom er hard aan om van de coalitie een succes te maken. „Wij doen het tot voorjaar 2017 samen”, zei hij in het debat over de regeringsverklaring. „Wij gaan dit volhouden.”
Het helpt dat zowel Samsom en zijn PvdA als Rutte en zijn VVD op hetzelfde ideologische fundament staan: dat van de Franse Revolutie. Vrijheid, (vooral) gelijkheid en broederschap zijn hun beider principes, al verschillen ze fundamenteel van mening over de politieke uitwerking van die beginselen.
Samsom ziet regeren met de VVD –en dan ook nog eens in crisistijd– niet als politieke zelfmoord, zei hij tegenover de Volkskrant. „Ik snap wel dat veel mensen dat zeggen. Een slechte economie is gelijk aan slecht presteren is gelijk aan niet herkozen worden. Maar als er nou één land is waar die wetmatigheid niet opgaat, en wat mij betreft ook nooit zal opgaan, is het Nederland. Hier waarderen mensen ook gewoon dat je je nek uitsteekt, en doet wat nodig is.”
Daarbij, en dat is kenmerkend voor de PvdA-leider, moeten politici op een „fatsoenlijke manier” te werk gaan. Zijn partijgenoten en kiezers heeft hij steeds beloofd „eerlijk” te zijn: „Vertellen welke lastige dilemma’s op ons bordje liggen, een luisterend oor bieden voor uw argumenten.”
Achilleshiel
In zijn tournee door het land in de aanloop naar zijn verkiezing tot partijleider en tijdens de verkiezingscampagne voor de Tweede Kamer heeft hij zich consequent gehouden aan die „meer open manier van politiek bedrijven dan gebruikelijk was.” Hij liet zich niet verleiden tot loze beloften of het uitspreken van veto’s. En: afspraak is voor hem afspraak.
Het heeft hem tot nu toe geen windeieren gelegd. Maar of hij ooit zijn stille ambitie –premier worden– kan waarmaken, is nog onzeker. Mensen die hem goed kennen, noemen Samsom namelijk zo gedreven dat hij het risico loopt te ver voor de troepen uit te gaan. Die gedrevenheid gaat volgens hen gepaard met ongeduld. Om de gedroomde verkiezingsoverwinning te bereiken die hem tot zijn uiteindelijke doel zal brengen, moet hij die achilleshiel blijven bedekken.
Levensloop Diederik Maarten Samsom
Diederik Maarten Samsom werd op 10 juli 1971 te Groningen geboren, maar verhuisde al snel met zijn ouders naar Leeuwarden. Na zijn opleiding daar aan het Stedelijk Gymnasium vertrok Samsom naar Delft, waar hij de studie kernfysica oppakte.
Al voor zijn afstuderen in 1997 kwam hij in dienst van Greenpeace, waar hij tot eind 2001 diverse functies vervulde. Aansluitend was hij directeur van het groene-energiebedrijf Echte Energie.
Hij kwam op 30 januari 2003 in de Tweede Kamer, waar hij eerst het woord voerde over milieubeleid en later over asielbeleid. In 2008 deed hij tevergeefs een gooi naar het fractievoorzitterschap. Die functie wist hij op 20 maart vorig jaar wel te veroveren.
Samsom is zeer intelligent. Hij won in 2005 en 2006 de Nationale Nieuwsquiz, in 2008 de Nationale IQ-test (met een IQ van 136 punten) en in 2008 de Avond van de Grote Geschiedenis Quiz.
De PvdA-leider is getrouwd en vader van een dochter en een zoon.