Commentaar: Treinongeluk
Een bedevaartsoord waar gebroken levens kunnen worden geheeld. Zo staat de Spaanse plaats Santiago de Compostella al sinds jaar en dag bekend bij talloze rooms-katholieken in Europa en daarbuiten. Vanwege het afschuwelijke treinongeluk van gisteren heeft dat imago een fikse knauw gekregen.
Juist in de zomerse vakantietijd komt een ramp als deze hard aan. We hebben immers met z’n allen afgesproken zorgeloos te gaan genieten van onze vrijheid en mooi weer?
Nu wordt die zomer als tijdelijke paradijservaring vrijwel dagelijks verstoord door berichten in de krant. Zo zijn meldingen van regen en kou vanouds wrede verstoorders van de zomerse idylle. Of berichten over ondergelopen campings, kapotgewaaide tenten, een auto-ongeluk op weg naar een vakantiebestemming, een dodelijk ongeluk met een fiets of motor. Ook op mooie zonnige zomerdagen in vakantietijd begeleiden kerkklokken menige rouwstoet.
Een zomers vakantiegevoel dat zich in een media-samenleving als de onze onweerstaanbaar aan iedereen opdringt, draagt daardoor alle kenmerken van een sprookje, omdat het zo in tegenspraak is met wat zich in gezinnen en in persoonlijke levens werkelijk afspeelt. En juist daarom vormen tegenslag, ziekte en dood enerzijds en dat alomtegenwoordige zomerse vakantiegevoel anderzijds voor menigeen zo’n genadeloze combinatie.
Is er in levensbeschouwelijke zin ook geen sprake van een eeuwige zomer, van een mythe van eeuwige jeugd? Waardoor we niet meer in staat zijn om ziekte en dood, aftakeling en tegenslag te integreren in een collectieve levensbeschouwing en een daaruit voortkomend collectief levensgevoel. Wat we nog wel hebben is een door media en commercie gevoede beleving van een eeuwige bloei. Met als gevolg dat zelfs oma’s zich laten blonderen en opa’s in vale spijkerjasjes rondlopen. En bewoners van verzorgingstehuizen buitenaardse wezens zijn geworden, behorend tot een andere wereld.
Intussen worden doordeweekse én zondagse klokkenluiders in déze wereld gezien als levensbeschouwelijke stoorzenders en zwartkijkers. Wat ze in werkelijkheid doen, is solidair zijn met diegenen wier leven totaal niet (meer) past in de collectieve zomerse mythe. Meelopen en -leven met hen die eenzaam zijn achtergebleven terwijl de massa hossend verdertrekt, dát is wat ze doen.
Want de kracht van het christelijk geloof is juist zijn integrale levensbeschouwing, waarin leven én dood, vreugde én verdriet hun plek hebben.
En juist daarom moeten christenen zich niet laten wegzetten als somberaars, omdat er bij hen geen platte pret is te halen. Ze moeten ook niet wegkijken bij verdriet, of als het ware doorlopen, want hun ‘aangepaste programma’ wil troost bieden in verdriet, betrokkenheid in eenzaamheid.
Hopelijk is vandaag en morgen in Santiago de Compostella daar iets van terug te vinden. Want ondanks alle rooms-katholieke bijgelovigheid die er welig tiert, is daar nog altijd iets van een christelijk antwoord te vinden op de genadeloze combinatie van gebeurtenissen, zoals die zich in het treinongeluk manifesteert.