In 2012 deed het speciale asbestteam van de inspectie onderzoek op 391 saneringslocaties. Daar werden in totaal 582 overtredingen gezien op 275 werkplaatsen. In een kleine 50 procent van de gevallen waren de overtredingen zo erg, dat het werk direct moest worden stilgelegd, of de bedrijven forse boetes kregen.

Bedrijven gingen het vaakst over de schreef door bijvoorbeeld niet genoeg te doen om de verspreiding van de asbestvezels te voorkomen of door het afval niet goed te verpakken, voordat het werd afgevoerd. Ook kwam het voor dat de werkplannen niet in orde waren of dat het bedrijf asbest in het pand liet zitten, terwijl de sloop van het gebouw al begon.

De inspectie heeft niet het idee dat er onveiliger wordt gewerkt dan in de jaren vóór 2012. De controle is echter scherper geworden. Bedrijven die in 2013 nog altijd de regels overtreden, kunnen drie keer zo hoge boetes krijgen. Ook kan de inspectie de bedrijven die opnieuw in de fout gaan, voor een bepaalde tijd verbieden te saneren.

Volgens de inspectie overtreden bedrijven overigens de regels, omdat ze daar flink geld mee kunnen verdienen. Er lopen inmiddels meerdere strafrechtelijke onderzoeken naar dit soort bedrijven.

Sinds 1994 is het verboden om asbest in gebouwen te verwerken, omdat de vezels van het spul levensgevaarlijk zijn. Jaarlijks sterven er 900 tot 1300 mensen, doordat zij vroeger zijn blootgesteld aan asbest. Vorig jaar nog werd in Utrecht een deel van een wijk ontruimd, omdat er asbest werd aangetroffen tijdens renovatiewerkzaamheden. Honderden mensen konden niet meer hun huis in; sommigen moesten wekenlang elders bivakkeren.