Het ESM moet grote reserves aanhouden voor eventuele steun aan banken. „Als het ESM 60 miljard euro gebruikt voor bankensteun, neemt de leencapaciteit van het fonds met 180 miljard af”, aldus een van de bronnen. Van de oorspronkelijke 500 miljard euro, is daardoor dan nog 320 miljard over voor leningen aan landen.

Een andere bron stelt dat „het risico op leningen aan banken nu eenmaal vele malen hoger is dan het risico op leningen aan andere eurolanden. Dat de leencapaciteit van het fonds omlaag gaat, is een logische consequentie”.

Minister van Financiën Jeroen Dijsselbloem liet recent al weten dat bankensteun een risicovolle activiteit is en dat dit grote gevolgen heeft voor de leencapaciteit van het ESM, omdat de kredietwaardigheid van het fonds moet worden gehandhaafd.