De veertigjarige fiscaliste uit Almere leidt een echt VVD-bestaan. In 1988 werd ze lid, in 1990 trad ze toe tot de gemeenteraad in haar woonplaats en sinds 1994 zit ze in de Tweede Kamer. Daar rees haar ster gestaag, tot het voorlopige hoogtepunt van het vice-voorzitterschap van de fractie, dat ze enkele maanden geleden in de wacht sleepte.

Tegen die typische VVD-achtergrond was De Vries’ commentaar, gisteren in deze krant, op het Franse voornemen om tweede pinksterdag af te schaffen, ronduit opmerkelijk. „Tweede pinksterdag past in onze christelijk-humanistische samenleving”, zei ze. Om er meteen op te laten volgen: „Wat de VVD betreft blijft dat zo.”

Dat was toch een opmerkelijk standpunt?

„Nou, dat valt wel mee. Het is al wel eens eerder aan de orde geweest, toen GroenLinks en de SP voorstelden om tweede pinksterdag in te ruilen voor een islamitische feestdag, bijvoorbeeld het suikerfeest aan het einde van de vastenmaand ramadan. Ook toen hebben wij als VVD ons daartegen verzet. Allerlei extra feestdagen, daar zit volgens ons niemand op te wachten.”

Het valt op dat u zich beroept op de christelijk-humanistische traditie.
„Eigenlijk voor heel West-Europa geldt dat de culturele basis christelijk-humanistisch is. Ik sta niet te springen om dat in te leveren. Sterker: ik hecht aan die traditie. Natuurlijk kan ik me voorstellen dat mensen met een ander geloof of vanuit een andere traditie graag andere dagen vieren dan de specifiek christelijke. Nou, daar kunnen ze altijd vrije dagen voor opnemen. Daar kennen we in Nederland geen enkele belemmering voor.”

Nieuwkomers in Nederland hebben zich aan te passen?

„In ieder geval hebben we vanuit deze gedachte het idee afgewezen om van het suikerfeest een officiële feestdag te maken. Als je daaraan gaat beginnen, waar eindig je dan? Dan is het einde zoek. De VVD wil daarom vasthouden aan de christelijk-humanistische basis, wij staan voor de christelijk-humanistische samenleving. En daarin zijn geen belemmeringen voor mensen die een ander geloof willen beleven.”

Waarom dan niet als VVD de zondagsrust in ere gehouden?
„Ik snap de vraag vanuit uw achtergrond, maar zo zwart-wit hoef je het nu ook weer niet te maken. De zondagsrust beschouw ik niet als een grote gemene deler in de Nederlandse samenleving. Er zijn mensen die er sterk aan hechten, maar er zijn ook genoeg mensen die op zondag willen winkelen of uitgaan. Ik zou het christelijk geloof ook niet tot in extenso willen doorvoeren.”

Maar hoeveel mensen hechten aan tweede pinksterdag als religieuze feestdag? Daar zit toch een kronkel in uw redenering?

„Die tweede pinksterdag past, net als alle andere christelijke feestdagen, wel degelijk in onze traditie. Daar hecht ik aan, dus wil ik eraan vasthouden. En ik wil zoiets helemaal niet opgeven ten gunste van een feestdag voor een andere religie.”

Frankrijk overweegt de tweede pinksterdag af te schaffen uit economische noodzaak. Hoe kijkt u daar tegenaan?
„Dat lijkt me in Nederland nou echt niet nodig. Eén dag extra zal onze economie echt niet enorm veel sterker doen draaien. Daar zijn andere maatregelen voor nodig, bijvoorbeeld loonmatiging en ouderen langer aan het werk houden. Op die twee punten verliezen we de slag met de ons omringende landen. En mocht het ooit nodig zijn om ook op tweede pinksterdag te werken, dan kunnen werkgevers en werknemers daar zelfstandig afspraken over maken.”

De VVD staat dus voluit voor de christelijke feestdagen?

„Dat kunt u rustig zo in de krant zetten.”