Opnieuw geweld bij protesten Istanbul
ISTANBUL (ANP/DPA). In Istanbul en andere grote steden in Turkije kwam het zondagavond opnieuw tot hevige onlusten. De politie zette traangas in tegen duizenden demonstranten in de Istanbulse wijk Besiktas, waar ook het kantoor van premier Recep Tayyip Erdogan is.
De betogers wierpen barricades op en gooiden met stenen naar het kantoor van de premier. In de hoofdstad Ankara zette de politie traangas en waterkanonnen in tegen duizenden demonstranten die ook daar naar het kantoor van Erdogan wilden trekken. Ook in steden als Izmir en Adana zette de politie zondag traangas is.
Aanleiding voor het protest, dat dinsdag in Istanbul begon, zijn plannen om een park bij het Taksimplein in Istanbul vol te bouwen. Critici verwijten de regering van Erdogan dat zij te weinig overlegt over haar beleidsvoornemens. De protesten hebben zich inmiddels uitgebreid. Volgens mensenrechtenorganisatie Amnesty International vielen er bij schermutselingen de afgelopen dagen twee doden en meer dan 1000 gewonden.
Veel Turken keren zich tegen de premier die al 10 jaar regeert, onder meer vanwege zijn autoritaire stijl. Maar Recep Tayyip Erdogan wijst die kritiek van de hand. „Wanneer je iemand een dictator noemt, terwijl hij het volk dient, heb ik niets meer te zeggen.” Hij beschuldigde de demonstranten van plundering en brandstichting.
Erdogan beschuldigde de belangrijkste seculiere oppositiepartij er zondag van de antiregeringsprotesten aan te wakkeren. „De Republikeinse Volkspartij (CHP) roept op tot verzet op elke hoek van de straat”, zei Erdogan op de Turkse tv.
Ook internationaal kreeg Erdogan kritiek te verduren, op de harde aanpak van de demonstranten. De Europese Unie betreurde zondag het „disproportionele geweld” van de Turkse politie en riep zowel de regering als de demonstranten op met elkaar te praten en de schermutselingen te beëindigen.