Commentaar: Nieuw Liedboek
De opvolger van het Liedboek voor de kerken wordt vandaag in Monnickendam gepresenteerd onder de naam ”Liedboek. Zingen en bidden in huis en kerk”. In de volksmond worden beide bundels inmiddels aangeduid als het oude en het nieuwe Liedboek.
Veertig jaar lang heeft het oude Liedboek voor de kerken in honderden kerkelijke gemeenten in ons land een grote rol gespeeld. Tegelijk is het voor de overgrote meerderheid van orthodox-gereformeerde gemeenten een vreemde eend in de liturgische bijt gebleven. Daar werd en wordt immers gezongen uit de psalmberijming van 1773 en in een enkele gemeente uit de berijming van de psalmen van Datheen. Met de komst van het nieuwe Liedboek zal dat zeker niet ingrijpend veranderen.
Toch is het verschijnen van een nieuwe liedbundel voor huis en kerk, zoals de naam aangeeft, een gebeurtenis met impact. Protestants Nederland is immers veel breder dan de Gereformeerde Bond in de Protestantse Kerk en de kleinere gereformeerde kerken. De komende jaren zal gaandeweg in tal van kerken het oude Liedboek aan de kant geschoven worden en zal het nieuwe Liedboek ingeburgerd raken. Het feit dat de psalmen –in de nieuwe berijming– en tal van bekende liederen die ook in het oude Liedboek stonden, meeverhuizen naar het nieuwe, zal de acceptatiedrempel van de nieuwe bundel aanmerkelijk verlagen.
Ondertussen gaat de discussie in sommige gemeenten in de orthodox-gereformeerde hoek van het kerkelijk spectrum door. Een discussie die ergens over gaat. Over de vraag namelijk of het wel goed is dat christenen door het enkel zingen van de psalmen altijd slechts indirect zingen van Hem Die het Hoofd is van de christelijke gemeente.
Het is echter zeker niet te verwachten dat die gemeenten die principiële bezwaren hebben tegen het zingen van zogenoemde vrije liederen in de erediensten het nieuwe Liedboek zullen omarmen. Integendeel: juist de inhoud van het nieuwe Liedboek zal veel gemeenten bevestigen in hun stellingname dat het beter is om alleen psalmen te blijven zingen. Bevindelijk gereformeerden hechten, op goede gronden, zeer aan het zingen van psalmen in de eredienst. Het boek van de Psalmen is een liedbundel waarin alle tonen van het leven worden aangeslagen. Diepe tonen, heldere tonen. Er wordt gezongen van zonde en schuld. Er klinken tonen van berouw en verootmoediging. Maar ook de lofzang ontbreekt niet. Eenzijdig is het boek der Psalmen dus zeker niet. Ervaringen van gelovigen de eeuwen door krijgen in dit boek een stem. Of, om met Johannes Calvijn te spreken: „Het psalmboek is een anatomie van alle delen van de ziel.”
Tal van liedbundels en liedboeken zijn er de afgelopen tijd verschenen. Maar alleen de psalmen wortelen in het geïnspireerde Woord van God.
De Psalmen zijn de liederen van Israël. En daarom ook de liederen van Jezus, de Messias van Israël. Hij zong uit dezelfde Psalmen als de christelijke gemeente in 2013. Dat kan van niet één andere bundel gezegd worden.