Vaker preventieve verwijdering borsten
UTRECHT. Preventieve verwijdering van beide borsten, nog voordat de kanker zich heeft ontwikkeld, wordt in Nederland steeds vaker toegepast bij vrouwen die een erfelijke aanleg hebben voor borstkanker.
Dat meldden verenigingen op het gebied van kankerpreventie gisteren. Die reageerden verheugd op de stap van de Amerikaanse filmactrice Angelina Jolie (37) om de preventieve verwijdering van haar borsten met het grote publiek te delen.
Sinds 1995 is bekend dat draagsters van het BRCA1-gen een 60 tot 80 procent grotere kans hebben op het ontwikkelen van borstkanker. Draagsters van het BRCA2-gen lopen een sterk verhoogde kans op eierstokkanker. Door preventieve verwijdering van borsten en/of eierstokken daalt de kans op het krijgen van kanker aanzienlijk.
De erfelijke afwijking komt voor in naar schatting 1500 tot 1800 Nederlandse families. De kanker ontwikkelt zich uitsluitend bij vrouwen, maar wordt wel door mannen overgedragen op hun kinderen. Die overdracht op de volgende generatie gebeurt in circa de helft van de gevallen. Daardoor lopen ettelijke duizenden vrouwen extra risico.
Bij ontdekking van meer kankergevallen in de familie volgt een nadere controle onder vrouwelijke familieleden. Het besluit tot verwijdering van beide borsten of de eierstokken is een beladen stap, zegt Marjon Westerhof van Borstkankervereniging Nederland.
Vaak moeten vrouwen op jonge leeftijd de ingreep overwegen. Een kinderwens speelt daarin een rol. Westerhof: „Het is een ingrijpende periode tot aan de operatie, waarin vele stappen moeten worden doorlopen. Je moet in die periode zorgvuldige afwegingen maken om het wel of niet te laten doen.”
Naar schatting laten enkele honderden Nederlandse vrouwen per jaar preventief beide borsten verwijderen. De kans op borstkanker wordt dan ongeveer 5 procent.
Een alternatief is een halfjaarlijkse controle, waarbij kanker in een vroegtijdig stadium kan worden opgespoord.
Jaarlijks worden in Nederland 95.500 nieuwe gevallen van kanker geconstateerd. De diagnose borstkanker wordt 13.000 keer per jaar gesteld. Een op de acht vrouwen krijgt met de ziekte te maken. Ook bij tachtig mannen wordt jaarlijks borstkanker geconstateerd.
De overlevingskansen nemen volgens KWF Kankerbestrijding toe. Van de patiënten is 86 procent vijf jaar na de diagnose nog in leven. In 2011 stierven volgens het CBS 3261 vrouwen en 22 mannen aan de gevolgen van de ziekte. Volgens de Wereldgezondheidsorganisatie (WHO) zijn dat er wereldwijd 458.000.
