Hoewel hij bij de initiatiefwet waar de Senaat dinsdag over spreekt „nog wel enkele kleine vraagjes” heeft, stelt senator Terpstra tegenover het Reformatorisch Dagblad „te neigen naar instemming.”
De Senaatsfractie gaat daarmee lijnrecht in tegen de opstelling van de Tweede Kamerfractie van de partij, die zich eind vorig jaar bij monde van CDA-Kamerlid Mulder nog fel keerde tegen het voorstel om de koopzondag vrij te geven. Ook is de lijn van Terpstra in strijd met het CDA-verkiezingsprogramma van 2012, waarin –na aanname van een amendement van het 
CDA Zoetermeer– is opgenomen dat de partij het misbruik van de Winkeltijdenwet wil aanpakken en vast wil houden aan de huidige lijn van maximaal twaalf koopzondagen voor gemeenten, uitgezonderd toeristische gebieden.

Terpstra zegt zich echter te willen scharen achter een commissie die onder leiding van CDA-burgemeester Kaiser (Doetinchem) in 2010 zou hebben gesteld dat de keuze voor koopzondagen bij gemeenten thuis hoort. Daarmee sluit Kaiser aan bij een gevoelen wat vooral in de provincie Limburg breder leeft binnen het CDA.

Terpstra: „In 2010 hebben we als CDA samen met de SGP de Winkeltijdenwet nog weten in te perken, maar de kiezer heeft ons daar niet voor beloond. Bovendien stemden in de Tweede Kamer alleen de christelijke partijen plus de SP tegen de initiatiefwet van D66 en GroenLinks. Ik vind dat we nu niet als een getuigenispartij opnieuw tegen moeten stemmen, maar dat we ons verlies moeten nemen, om vervolgens in de regio harder tegen de koopzondag te strijden. Dan kunnen wat mij betreft de winkels in Urk en Staphorst dichtblijven, terwijl in Amsterdam alles open kan.”

Tweede Kamerlid Mulder stelde dinsdagmorgen niet op de hoogte te zijn van de opstelling van Terpstra. „In de Tweede Kamer hebben we ons gericht op de belangen van winkelmedewerkers en kleine zelfstandigen en daarom dus tegen deze initiatiefwet gestemd.”

Martijn Vroom, CDA-wethouder in Noordwijk en in 2011 kandidaat voor het partijvoorzitterschap, reageerde dinsdagmorgen kritisch op de koers van zijn partij in de Senaat. „Dit zou 100 procent belachelijk zijn”, aldus Vroom.

Ook voorzitter Henry Konijn van de landelijke Stichting Tegen Verruiming Koopzondagen reageert verbaasd op de „vreemde move” van Terpstra. „We hebben recent nog gesproken met de Eerste Kamerfractie van het CDA. Dat leek toen vier handen op één buik te zijn. De fractie, en dus ook Terpstra, zat helemaal op onze lijn. Dit komt voor mij als een grote schok.

Het CDA was de afgelopen jaren een beetje een twijfelpartij rond de koopzondag geworden, maar dat leek ten einde doordat de partij in haar verkiezingsprogramma een helder standpunt innam en de huidige wetgeving zelfs met verve verdedigde in de Tweede Kamer. Ik ben daarom ongelooflijk verbaasd en teleurgesteld dat Terpstra dit alles nu zomaar weer onderuit lijkt te schoffelen.”