„Burkestichting doet vluchteling tekort”
Met het standpunt dat de grenzen voor asielzoekers gesloten dienen te worden, doet de Burkestichting tekort aan mensen in nood. Dat vindt SGP-kamerlid Van der Staaij.
De SGP’er zei zaterdag tijdens een forumdebat van de interkerkelijke vluchtelingenorganisatie Gave dat de Burkestichting geen recht doet aan de bijbelse opdracht tot herbergzaamheid. In een recent gepubliceerd manifest stelt de conservatieve „denktank” dat de immigratie vrijwel geheel dient te worden stopgezet. Opvang van echte politieke vluchtelingen kan volgens de Burkestichting in de eigen regio plaatsvinden.
Evenals de twee andere deelnemers aan het debat, CU’er Huizinga en CDA’er Mosterd, deelt Van der Staaij het standpunt dat opvang in de regio de voorkeur verdient. Als echter terugkeer naar het eigen land na verloop van tijd niet mogelijk blijkt, moeten vluchtelingen volgens de drie politici elders terecht kunnen, onder andere in Nederland.
Opvang in de eigen regio mag geen methode zijn om vluchtelingen buiten de deur te houden, betoogde zowel Van der Staaij als Huizinga. „Het is in het belang van de vluchtelingen zelf in de eigen regio te blijven. Vestiging in een vreemd land ervaren ze vaak als een breuk in hun leven”, aldus het CU-kamerlid.
Van der Staaij zei zich te storen aan de opvatting die hij wel eens aantreft dat asielzoekers een soort ongedierte zijn dat bestreden moet worden. „Er zijn grenzen aan de herbergzaamheid, maar de vreemdeling blijft wel onze naaste.”
Het CDA-kamerlid Mosterd verschilde met zijn CU-collega van mening over de pardonregeling voor uitgeprocedeerde asielzoekers. Huizinga vond dat de voorwaarden te streng waren waardoor velen die hier al jaren verblijven en volledig zijn ingeburgerd, buiten de regeling vallen. Mosterd stelde daartegenover dat dit probleem altijd optreedt, waar de grens ook getrokken wordt. Een ruimere regeling zou volgens hem oneerlijk zijn tegenover uitgeprocedeerde asielzoekers die inmiddels vrijwillig ons land hebben verlaten.
Een pasklare oplossing had geen van drieën voorhanden voor gevluchte moslims die hier christen worden en om die reden niet meer terug kunnen. Van der Staaij vond dat de regering best wel oog had voor deze categorie. „Maar als iedere tot het christendom bekeerde moslim mag blijven, dat weet je dat er ineens velen christen worden. Wat moet de overheid dan doen?”