Economie

Werkloosheid zet tekortsanering onder druk

APELDOORN. De economische malaise heeft zich de afgelopen jaren in verschillende gedaanten gemanifesteerd. Nu doet zij dat vooral in de vorm van een snelle stijging van de werkloosheid. Die zet de sanering van de staatsfinanciën onder druk, terwijl die verre van voltooid is.

Drs. A. A. C. de Rooij
11 May 2013 15:45Gewijzigd op 15 November 2020 03:32
Foto ANP
Foto ANP

De crisis duurt inmiddels zo’n vijf jaar. Nadat in 2007 de eerste verontrustende signalen zich hadden aangediend, barstte ze in de nazomer van 2008 in alle hevigheid uit. Aanvankelijk gebeurde dat in ontwikkelingen die de meeste burgers niet raakten, die wellicht hun verbeeldingskracht te boven gingen: banken die opeens wankelden, dalende beurskoersen, een financieel systeem dat op instorten stond, in een later stadium overheden die met tekorten en grote schulden kampten en een eurozone die uiteen dreigde te spatten. Maar nu worden de problemen, met een langdurige recessie, voor velen een tastbare werkelijkheid: steeds meer mensen verliezen hun baan.

De werkloosheid in ons land bedraagt 6,4 procent, ofwel bijna 650.000 personen. De Europese Commissie verwacht dat we eind 2013 dik boven de 7 procent uitkomen. Daarmee doen we het overigens binnen Europa nog relatief goed. Alleen Oostenrijk, Duitsland en Luxemburg presteren beter. In de eurozone als geheel zit 12,1 procent van de beroepsbevolking onvrijwillig thuis. In Griekenland en Spanje geldt dat voor meer dan een kwart. De crisis heeft een zware sociale component gekregen.

Het IMF maant om bestrijding van de werkloosheid de hoogste prioriteit te geven. Directeur Christine Lagarde benadrukte het deze week nog eens tijdens haar bezoek aan Nederland. Concreet betekent dat het aanjagen van de groei en het uitvoeren van hervormingen, die de economie versterken en de concurrentiekracht verbeteren. Op het punt van bezuinigen mag het van Lagarde best een tandje minder.

Dit geluid wint terrein in de discussies over de aanpak van de crisis. Ook Brussel is er niet ongevoelig voor. Eind deze maand presenteert Eurocommissaris Olli Rehn, die toeziet op de budgetdiscipline, aanbevelingen voor elk van de EU-landen. Maar enkele, waaronder Nederland en Frankrijk, heeft hij vorige week al uitstel toegezegd voor het terugdringen van het begrotingstekort tot onder de bovengrens van 3 procent van het bruto binnenlands product (bbp).

De Franse minister van Financiën, Pierre Moscovici, kraait victorie. „Wij zijn getuige van het einde van het dogma van de bezuinigingen”, jubelde hij in een reactie op de opstelling van Rehn. „Wij hebben al een jaar gepleit voor een groeibeleid en bezuinigingen houden groei tegen.”

Het gevaar ligt op de loer dat door de souplesse die de Europese Commissie toont, de urgentie ten aanzien van het op orde brengen van de overheidshuishouding wegebt, terwijl forse inspanningen in die sfeer onvermijdelijk blijven. De staatsschuld in het eurogebied is in korte tijd, tussen 2008 en 2012, toegenomen van 70 tot 96 procent van het bbp. Dat vraagt dringend om een correctie, want schuld is niet gratis. Geld lenen kost geld en legt daarmee beslag op onze belastingcenten.

Na het uitbreken van de rampspoed in 2008 kondigde zich een diepe recessie aan. Om die het hoofd te bieden, werd vol ingezet op een stimuleringsbeleid. Daar hing een prijskaartje aan. De begrotingstekorten schoten omhoog. Brussel stond dat toe en bedong daarbij dat ze in 2013 weer onder de 3 procent moesten liggen. Een volgende recessie belemmert nu echter het hand­haven van die afspraak.

Vertraging dus. Maar niemand kan garanderen dat verderop in de tijd het herstel ver genoeg is gevorderd is om dan wel aan de norm te voldoen. De vooruitzichten lijken niet best. En trouwens, ook als het beter gaat, zal de animo om te bezuinigen niet groot zijn; dat leert het verleden.

Iedereen vindt dat tekorten en schulden een keer omlaag moeten en de EU kent inmiddels volop regels om budgettaire ontsporingen te vermijden. De komende jaren zal blijken wat dit in lastige omstandigheden allemaal waard is. Oud-ECB-president Jean-Claude Trichet waarschuwde woensdag, in de Belgische zakenkrant De Tijd, dat we er niet gerust op kunnen zijn.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer