„Er is een driedeling bij de reformatorische jeugd”
Heel verscheiden zijn de reacties in de media en op diverse christelijke internetsites op de krantenartikelen en debatavonden van het RD over jongeren en media.
Hilbrand Rozema neemt in het Nederlands Dagblad van 20-10 de ex-popmuzikant Johan Vreugdenhil op de korrel. Hij doet dit op basis van het verslag van zijn eigen krant over de eerste debatavond. „Van Charlie Chaplin hebben wij nooit gehoord dat hij christen is. Hij is dood en dus niet in de hemel. Dat zeg ik niet, dat zegt God. Charlie Chaplin gilt nu om genade”(ND 18-10).
Rozema: „Nu Vreugdenhil zich zonder een spoortje schroom, deemoed en verootmoediging met een zwaai op de rechterstoel zet van alle mensen op de wereld -een stoel die al bezet is- komt de vraag op hoe iemand zo vrij durft te spreken. Je moet het maar uit je mond krijgen. Zoveel onzekerheid over het eigen zielenheil en dat van anderen. En tegelijk: nul komma nul procent twijfel over het in de hel branden van andere mensen.”
Van Charlie Chaplin kunnen reformatorische jongeren meer leren dan van Johan Vreugdenhil, meent Hilbrand Rozema. „Ten eerste gaf Chaplin een goed voorbeeld, hoe je (…) een rebel kunt zijn. (…) Ten tweede bestreed hij (…) het nazisme (…).”
Verdraaien
Volgens Caprice op de internetsite Refoweb (www.refoweb.nl) klopt het verslag van het ND echter niet. „Dan hebben die journalisten dat sterk zitten verdraaien. Ik was erbij, en zal hier aangeven wat de discussie ongeveer was waar het over ging: Er werd gevraagd wat er verkeerd was aan Charlie Chaplin, want lachen is toch een gift van de Heere? Vreugdenhil: Geloof je in realiteit? Geloof je wat er in de Bijbel staat? Meisje: Ja. Vreugdenhil: Geloof je dat er een hemel en een hel is? Geloof je ook dat de mensen die Christus mogen kennen als hun zaligmaker in de hemel zullen komen? Meisje: Ja. Vreugdenhil: En waar gaan de mensen heen die niet in God geloven? Meisje: Die gaan naar de hel. Vreugdenhil: Nu moet je je eens indenken: Charlie Chaplin geloofde niet in God. Het is verre van mij om mensen te oordelen, dat mag alleen God, maar waar is hij nu, op grond van de Bijbel? Meisje: Hij is niet in de hemel. Vreugdenhil: Hoe kun je dan lachen om een man die misschien wel in de hel ligt te schreeuwen om genade? Zo ging het gesprek ongeveer. Hij zei er dus nog specifiek bij dat het hem niet toekwam om te oordelen!”
Elsa, ook op Refoweb: „Johan Vreugdenhil was ABSOLUUT niet bezig mensen bang te maken voor het oordeel! Als hij al bezig was angst aan te jagen, dan was dat voor de zonde! Vanuit het gevoel „Wij dan, wetende den schrik des Heeren, bewegen de mensen tot het geloof” (2 Kor. 5:11) Juist Vreugdenhil liet er geen twijfel over bestaan waar de redding te krijgen was! Hij getuigde héél positief over zijn Koning. Vergeet niet dat hij op een heel radicale manier door God uit de wereld getrokken is tot Zijn kind. Dan leef je m.i. daarna ook radicaal verder! Dat kan niet anders. Met zijn radicaliteit roept hij wel een soort ideaalbeeld op waaraan niemand kan beantwoorden. Maar dit klopt ook! Alleen door Gods genade kunnen wij staande blijven en een heilig leven leiden. Pas in de hemel zal alles volmaakt zijn. Dat betekent niet dat wij ons nu, hier op aarde, moeten neerleggen bij onvolkomenheden in onszelf en ons leven! God is óók radicaal!”
„Ik was er ook, vrijdagavond, als oudere, leidinggevende. Hoewel ik niet het gevoel heb dat ik met oogkleppen oploop, was ik toch geschokt. Niet zozeer door het gedrag van jongeren (én ouderen!), maar meer vanwege hun beoordeling van hun eigen gedrag. Er was bv. een stelling ”Radio 538 is een duivelse zender”. (…) Zo waren er nog wat stellingen, ongeveer van gelijk gehalte, maar een ander mediagebied betreffende. Meer dan de helft van de zaal ’kleurde rood’ en was het hier dus niet mee eens. Vervolgens wordt de stelling gelanceerd ”Als je ernst maakt met je bekering, doe je vandaag nog je goddeloze video’s, pc-spelletjes, dvd’s de deur uit”. Tot mijn grote verbazing kleurt ineens (bijna) de hele zaal groen! Mee eens, dus! Wat is dit voor gekkigheid? Zo van: Als ik bekeerd ben dan doe ik het natúúrlijk niet meer, maar nu ben ik nog een zondaar, dus ik zondig!”
Meer bekering
Dat lokt bij Calvin de reactie uit: „Aha, dat versterkt mijn mening dat er veel en veel meer bekering moet plaatsvinden. Dat lost namelijk een hoop discussies op. (…) Sprak pas een meisje van 16 die tegen me zei dat ze al zo vaak tot God had gebeden om bekering, maar dat er maar niets gebeurde… (moet je net tegen mij zeggen). Dus praatte daar met haar over en ze kwam toen tot de conclusie dat ze eigenlijk nu nog helemaal niet bekeerd wilde worden, omdat ze dan zo veel zou moeten loslaten… Inderdaad, ga niet zeggen dat God niet wil! En ach, ook geen wonder dat de refojeugd ’afzakt’. Als je de discussies van de laatste tijd volgt over jongerenavonden/Hegger/vdZwaag. Niet te geloven, het taalgebruik waarmee men elkaar te lijf gaat. Wat heeft men de jongeren nog te bieden naast het „Vraag er maar veel om, want wie weet?”
Ook op de site van de Gereformeerde Kerken vrijgemaakt (forum.gkv.nl/showtopic.asp?tID=1613) was er een discussie. „Ik ben wel benieuwd hoe er op dit forum over de hele kwestie binnen de strengere broeders en zusters in het geloof (ger. gem., ger. bond) gedacht wordt. Hebben ze niet een beetje gelijk? Veel nieuwe films/muziek/tijdschriften zijn niet bepaald christelijk. Niet meer naar Radio 538 luisteren?” opent Mart de discussie.
Does vindt de uitspraken tijdens het RD-debat „heel erg dramatisch.” „Wat een stuk tekst over zoiets. En wat een felheid bij die sprekers. Waarom?”
„Ik werd erg verdrietig van dit artikel”, reageert Aquila, „zeker omdat het laat zien hoezeer ze in de rechterflank van de reformatorische kerken verstrikt zijn in hun eigen traditie. Allereerst dit: Ik vind het goed dat er aandacht wordt gevraagd voor het feit dat de duivel alle mogelijkheden aangrijpt om ons in verleiding te brengen, en dat hij daarbij ook zeker radio, tv, films etc. niet zal overslaan. (…) Ik denk dat het goed is dat we ons bewust zijn van de geestelijke strijd die we moeten voeren en dat we de zaken die niet tot eer van God zijn zoveel mogelijk vermijden. (…) Toch denk ik dat je niet moet doorslaan in wereldmijding.” Alles op deze wereld dankt zijn bestaan aan God en kan tot zijn eer worden gebruikt, dus ook tv, films, muziek etc. Met je ogen open(!) mag je genieten van alles wat God je geeft.”
Parsifal schrijft op Refoweb dat hij weinig goede films kent. „Ik hoorde dat christenen in Amerika de nieuwe film over Maarten Luther als trouw aan de historie betitelen en er wordt ook niet te veel getoond van het huwelijksleven. Maar goed, misschien is het inderdaad beter om gewoon geen films te kijken. Het harde oordeel tegenover filmkijken op zich vind ik wat te ver gaan. Maar alles maar goedpraten?? Toen ik de Titanic keek, zag ik weinig problemen met het de koffer in duiken van de hoofdpersonen. Je keurt dit als het ware goed. Heeft dat geen invloed op je eigen denken?”
Angst
Wat Jan Wietsma aan de discussie over refojongeren en media vooral opvalt, is dat er „flink gedreigd wordt met de hel. (…) Bovendien dat er mensen zijn die een ’goddelijke’ kennis bezitten over hen die gered zijn en hen die verloren zijn. Veel meer nog valt mij op in deze kring dat mensen bang zijn. Bang voor de dominee, bang voor de leiders. In de weeromstuit hiervan gaat men de confrontatie niet aan met de kerkelijke leiders maar vaart men zijn eigen koers. Wat er vooral bij het RD en de kerkelijke leiders aan schort is een goede interpretatie van dat wat geboden wordt in de moderne media. Men steekt ook niet dieper dan dat men het afkeurt. Verantwoord mediagebruik houdt niet in dat je vlucht omdat je bang bent voor de hel. Verantwoord mediagebruik houdt wel in dat je vlucht naar God, dat je met Hem datgene bespreekt wat je hebt beluisterd, dat je aangeeft wat je trof, dat je ook samen met Hem onderzoekt op waarvan je je moet bekeren maar ook hoe je de ander tegemoet kan komen om richting Christus te wijzen. Verantwoord mediagebruik houdt ook in dat je God dankt voor de dingen die wel goed zijn. Verantwoord mediagebruik kan ook alleen maar bij een open Bijbel. Te veel wordt echter vergeten dat niet de ’media’ verkeerd zijn maar ons eigen hart. Ons eigen hart trekt ons bij God vandaan, te denken dat het niet gebruiken van de media ons dan tegen ’zonde’ bewaart is kortzichtig.”
Bela kan zich voorstellen dat wat er tijdens de debatavond werd gezegd bij de „ger. gem groep” past. „Maar aan de andere kant ben ik van mening dat er in de vrijgemaakte kerk ook wel lichtzinnig met allerlei media wordt omgegaan met het argument: er zit een knop op dat toestel. Alles goed en waar maar wij zijn wel zondige mensen en niet geneigd tot enig goed. Soms lijkt het wel dat wij dat vergeten. Radio 538 is m.i. bocht, grof en godslasterlijk. en natuurlijk geldt dat lang niet weer voor ieder programma en dat geeft dan weer een vrijbrief om die zender de hele dag aan te hebben staan.”
”Ampliatus” en zijn kinderen zien „aardig wat films en dergelijke op de tv. We zien er veel - nagespeelde, gefantaseerde- geweldplegingen al of niet met veel details. We zien een breed scala aan overspelvarianten. Vloeken, schunnigheden, driehoeksrelaties, ’gedurfde opmerkingen’… We toleren al heel wat van deze beelden en geluiden in onze huiskamer. Terwijl er heel veel, heeeeeeeeel veel gezien wordt en gehoord wordt wat pertinent onze huisgenoten ook door onszelf wordt verboden. Dat zo zijnde, weten we weer wat ”dagelijkse bekering’ inhoudt. Ook es een keertje met je kinderen over praten, want wíj als ouderen mogen misschien nog wel opgegroeid zijn in een ”genormeerd kader” een historie van ’vroeger’, maar onze kinderen hebben dat „oude, oudewetse” kader niet. Die zien op de tv etc. ontzettend veel passeren… Wie brengt hen de normen bij? Wat vinden we inmiddels gewoon en wat niet?”
De Here God is bezig met kerkvergaderend werk. Totdat het getal vol is. Een massale reddingsactie door God. Als we dat mogen beseffen dwars door alle ”spanning en sensatie” van de films heen en allerlei andere afleidingen, dan denk ik zeker, dat we ons steeds minder zullen laten afleiden door plat vermaak en zinloze zondenshow-op-de-filmset en oins steeds meer zullen richten op God. Maar: dat is een proces; en rijping, een groei in je (geestelijk) leven. Vroeg of laat komt je prioriteit dan anders te liggen. En dan zullen we misschien - als we wat meer secundair gaan reageren - ook wat meer begrip opbrengen voor deze soms ogenschijnlijk absurd klinkende woorden van Refo’s die in het ND door Grefo’s worden geciteerd…”
Scheuren
In de reformatorische zuil zitten geen scheurtjes maar scheuren, analyseert Lodewijk Dros in Trouw. „De opmars van de wereldgelijkvormige zware jeugd is niet te stuiten.” Volgens hem hebben refokringen jarenlang een houding van de Amish aangenomen, die jongeren eerst de vrije hand zouden geven om vervolgens met repressie te komen. Dat werkt niet meer, aldus Dros. „De refojeugd is al helemaal EO, met z’n jongerendagen, die opvallen door snoeiharde muziek, naveltruitjes en nieuwe media. De EO levert een aantrekkelijker, minder ’zwaar’ geloof op - met veel meer kans om niet naar de hel en wel naar de hemel te gaan.” De ironische kant van het RD-onderzoek naar jeugd en media is volgens Dros dat geen „zappende jongere meer denkt dat hij een bedenkelijke uitzondering is die tot inkeer moet komen.”
Apollos vertelt op het forum van Om Sions Wil dat hij een heel andere vraag heeft overgehouden aan de RD-debatavonden. „Wanneer zal het tot de leiding van de refozuil doordringen dat de volwassenen de volgende vraag moet worden gesteld: „Houdt u nog wel van de jongeren die u kent of wilt u ze alleen maar vasthouden in de bekende patronen omdat u bang bent?” „Houdt u van ze, bidt u voor de jongeren bij u in de kerk?” „Hebt u ze lief zoals Christus van hen houdt, die ons geboden heeft elkaar lief te hebben?” Ik zou er geen bezwaar tegen hebben als deze vraag eens door de hele reformatorische zuil zou gaan. Ik hoop zo dat deze vraag mensen to echte bezinning zou kunnen brengen.”
Meschianza (21) uit Rotterdam schrijft op het forum van Refoweb dat zij altijd verdrietig wordt van negatieve berichtgeving over jongeren. „Iedereen lijkt soms te schijten op de refojeugd. Wat ik zie, als rasechte refomiep, is dat de jongeren gewoon keihard opzoek zijn. Ze zoeken het op veel plaatsen. En er zijn er velen die wel heel serieus bezig zijn met het geloof. Daar hoor je nooit iemand over. Van mij hoeft de refozuil niet tegen de vlakte. Ik ben er heel liefdevol in opgevoed. Het voelt nog altijd als een warm bad als ik onder reformatorische jongeren kom.”
Napoleon (21), ook op Refoweb: „Ik ben een groot muziekliefhebber, maar luister toch geen radio meer, deels uit rationele motieven (als ik een cd draai weet ik tenminste zeker dat ik mooie muziek hoor, zonder het zinloze gekwaak van dj’s), maar ook omdat er muziek wordt gedraaid die ik moreel niet aanvaardbaar vind. Ik denk dan inderdaad aan het eerder genoemde begrip ”satanische muziek”, en omschrijf dat als muziek waar de satan al dan niet expliciet in gediend wordt. Verder zijn er ook zeker argumenten om geen tv te kijken. Behalve dat het meestal weinig opbouwend is, kost het veel tijd en stompt het ontzettend af.
Kaw (21) ziet een grote driedeling bij de refojeugd. „Er is een grote groep die de lijdelijkheid aangrijpt om eens flink uit z’n dak te gaan. Ik zie een kleine groep zogenaamde intelligentsia die alles in twijfel trekt, maar wat eigenlijk niet meer is als puur ongeloof. En ik zie een groter wordende groep jeugd die God zoekt. Ik denk dat er juist in die groep een enorme toekomst ligt voor de ger. gemeente. (…) Die driedeling zie je trouwens in de zelfde vorm in elke kerk terug.”
Klaas -„een vwo’er die niet in een 7-daagse schepping gelooft”- denkt dat de tweede groep „wel eens oprecht zoekend kunnen zijn. Jij schrijft ze wel erg makkelijk af. Ten tweede is er nog een vierde groep. De groep die inderdaad de regels blijft houden omdat het nou eenmaal de regels zijn.”
Egbert uit Wijk en Aalburg denkt op de forumsite van Om Sions Wil (www.omsionswil.nl) vooruit over de toekomst. „Nu is er even een storm in een glas met ouders, want ik heb niet de indruk dat de jeugd nou erg onder de indruk is van het geheel. De ouders beleggen i.s.m. de spreekbuis der ger. gezindte een discussieforum dat ’uitverkocht’ wordt, de ouders denken weer genoeg gedaan te hebben door de artikelenreeks te lezen en hun hoofd te schudden en in het uiterste geval ach en wee te roepen. En dan? Hoe nu verder, of moeten we met lecram zeggen: „Ze dronken een glas” enz. enz.? Ben ik nu te sceptisch? Er zijn in het verleden al zo veel symposia geweest. Zolang we niet instemmen met de advertentie in de vrijdagkrant en ons allen als medeschuldige zien, als het taalgebruik in de prediking en in het geheel van de rechterfl. ger. gez. zo wollig en ontwijkend blijft, heb ik er geen hoop op.”
Ook Kridje uit Moerkapelle is bang dat „veel ouders schrikken van de artikelen in het RD, maar over een paar weken weer gewoon doorgaan met het leven of het huidige leven niet opgeven. Wat is refo-Nederland dan diep weggezakt!”