Opinie

Commentaar: En floep, terug was het vertrouwen

Buitengewoon tevreden zaten ze donderdagavond achter de tafel: acht invloedrijke mannen uit politiek en maatschappij. Ze hadden het toch maar mooi voor elkaar: in een economisch zó moeilijke tijd alle neuzen in één richting.

12 April 2013 11:55Gewijzigd op 15 November 2020 03:01

Toverwoorden op de persconferentie waren ”herstel van vertrouwen”. Dat mantra weerklonk bij herhaling uit aller mond. Door nu, als het om drastische hervormingen van de sociale zekerheid gaat, pas op de plaats te maken, zal ongetwijfeld ”het vertrouwen” terugkeren, poneerde premier Rutte. En de zeven anderen knikten. Zeker, zo was het. Een toeschouwer moest wel van steen zijn wilde hij, kijkend naar al die positivo’s, ”het vertrouwen” niet met golven in zijn hoofd en hart voelen binnenstromen.

Of… zou het zo gemakkelijk niet gaan? Want bij wie gaat het vertrouwen zich eigenlijk herstellen? Bij werkgevers? Bij consumenten? Bij de oppositie in Tweede en Eerste Kamer? Zo ja, waarom dan precies?

Toegegeven, het is van belang dat een kabinet, in een periode van economisch zwaar weer, voor het beleid dat het wil voeren een breed draagvlak heeft in de samenleving. En het is wel degelijk een prestatie als zó veel partijen en organisaties, elk met eigen belangen en inzichten, na weken discussiëren op één lijn weten te komen.

En wie weet komt de verwachting van Rutte en de zijnen wel uit dat oppositiepartij CDA, nu ook het CNV zich aan het akkoord heeft gebonden, zich verplicht voelt het beleid van dit kabinet te steunen.

Maar sommige zaken blijven toch knagen. Bijvoorbeeld het feit dat premier Rutte bij het aantreden van dit en van het vorige kabinet zo graag benadrukte dat vooral aanpakken en de mouwen opstropen het vertrouwen van de burger zou herstellen. Terwijl nu nota bene het níét nemen en uitstellen van maatregelen de wonderolie is die het vertrouwen op slag moet doen terugkeren.

Het is waar, al te hard bezuinigen en al te stevig ingrijpen in de economie leidt in tijden van crises gemakkelijk tot verslechtering in plaats van verbetering. Voor zover het akkoord van donderdag dat inzicht weerspiegelt, is het winst. Ook kan er met recht van een sociáál akkoord worden gesproken wanneer we letten op het van tafel halen van de nullijn in de zorg en van aanscherpingen in de WW.

Maar een van de zwakste elementen in het akkoord blijft dat er, zonder dat daarvoor feitelijke argumenten kunnen worden aangevoerd, een wissel wordt getrokken op de toekomst. „Het vertrouwen gaat zich herstellen”, beweren betrokkenen. Maar voor die verwachting bestaat geen garantie. Het is voor meer dan de helft wensdenken en turbotaal. De vraag kan zelfs opgeworpen worden of na alle politieke verwarring van het afgelopen jaar en na alle gelanceerde én weer ingetrokken plannen, het vertrouwen van burgers nog wel te herstellen vált.

Illustratief is in elk geval de opmerking die werkgeversvoorzitter Wientjes donderdag maakte. Ze was bedoeld als zelfspot, maar legde feitelijk de zwakte van het akkoord bloot. „We hebben met elkaar afgesproken dat op 1 januari 2016 de crisis over is. En als wij dat afspreken, is dat ook zo.”

Meer over
Commentaar

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer