Het bedrag zou de schade moeten vergoeden die het effectenhuis heeft geleden in de zogenoemde Clickfonds-affaire.

De landsadvocaat liet maandag voor de rechtbank in Den Haag weten dat de STE, de toenmalige toezichthouder, toch zou hebben ingegrepen omdat het effectenkantoor al een „twijfelachtige reputatie” had. De Staat aansprakelijk stellen voor de schade van Leemhuis & Van Loon is dan ook niet aan de orde. Bovendien zette de landsadvocaat vraagtekens bij de hoogte van de claim.

Het openbaar ministerie gaf in oktober 1997 opdracht tot een inval bij Leemhuis & Van Loon op verdenking van onder meer deelneming aan een criminele organisatie. Dat was het begin van een omvangrijke strafzaak, later bestempeld als de Clickfonds-affaire.

Daarbij heeft justitie onjuist en onzorgvuldig gehandeld, wat heeft geleid tot de ondergang van het destijds „bloeiende effectenkantoor”, betoogde raadsman B. Le Poole namens Leemhuis & Van Loon. Hij wees hierbij op het vonnis waarin de rechtbank van Amsterdam het OM flink heeft gekapitteld over het optreden jegens Leemhuis & Van Loon.

Dat er bij de STE twijfels bestonden over Leemhuis & Van Loon noemde Le Poole logisch. „Dat was de toezichthouder in de zomer van 1997 aangepraat door De Graaff.” De Graaff was destijds officier van justitie bij het OM in Amsterdam. Voor het OM stond van tevoren vast dat Leemhuis & Van Loon moest worden gesloten, aldus Le Poole, „terwijl een zaak tegen een verdachte eerst nog dient te worden bewezen.”

Na de inval raakte Leemhuis & Van Loon snel een paar grote klanten kwijt. Nog voor het eind van 1997 nam Nyenburgh, een vermogensbeheerder uit Baarn, het gehavende huis over. Op dat moment was het kantoor 2,6 miljoen gulden waard, terwijl vóór de huiszoeking Leemhuis & Van Loon in de markt 34 miljoen gulden zou hebben opgebracht, aldus Le Poole.

De hoogte van de claim van 13 miljoen euro is niet goed berekend, aldus de landsadvocaat. De Staat vertrouwt de balans niet omdat daarin een post van 1,4 miljoen gulden ontbreekt. Maar ook kan een vonnis uit een strafzaak niet zonder meer in een civiele zaak worden aangedragen, meent de landsadvocaat. Daarvoor bestaan er te veel verschillen tussen de straf- en de burgerrechter.

Uitspraak volgt op 3 december.