De Dow-Jonesindex eindigde op 13.662,01 punten, 0,6 procent boven het slot van maandag. De S&P 500 sloot 0,5 procent in de plus op 1570,25 punten en de technologiegraadmeter Nasdaq steeg eveneens 0,5 procent tot 3254,86 punten.

Zorgverzekeraar UnitedHealth was de sterkste stijger in de Dow. Het aandeel won 4,7 procent. Ook branchegenoten deden het goed op de beurs. De Amerikaanse regering heeft onverwacht plannen om te bezuinigen op bepaalde uitgaven aan gezondheidszorg, van tafel gehaald.

De sterkste daler onder de hoofdfondsen was Hewlett-Packard. De computerfabrikant en it-dienstverlener leverde 5,2 procent in na een adviesverlaging door zakenbank Goldman Sachs.

De telecombedrijven AT&T en Verizon stegen respectievelijk 0,9 en 0,6 procent. Volgens een mediabericht zouden zij een gezamenlijk overnamebod van zo’n 245 miljard dollar voorbereiden op de Britse branchegenoot Vodafone.

In de Nasdaq behoorde Garmin tot de uitblinkers met een koerswinst van 5,1 procent. De navigatiespecialist, een van de grootste concurrenten van het Nederlandse TomTom, maakte bekend een 4-jarig contract te hebben getekend met de Duitse autobouwer Mercedes-Benz over de levering van inbouwnavigatiesystemen.

De autofabrikanten General Motors en Ford werden 0,9 en 0,5 procent meer waard. Zij maakten bekend dat zij de autoverkopen in maart opnieuw hebben zien toenemen. In januari en februari was de afzet van de twee grootste spelers op de Amerikaanse automarkt ook al gestegen.

De euro was 1,2815 dollar waard, tegen 1,2834 dollar bij het slot van de Europese beurzen eerder op de dag. De prijs van Amerikaanse olie daalde 0,2 procent tot 96,66 dollar per vat. Brentolie werd 0,6 procent goedkoper en bracht per vat 110,39 dollar op.