Buitenland

Bush veroordeelt aanslag Gazastrook

De Amerikaanse president George Bush heeft woensdag de aanslag op een Amerikaans konvooi in de Gazastrook scherp veroordeeld. De aanslag kostte drie Amerikanen het leven. Een vierde Amerikaan raakte gewond.

Buitenlandredactie
16 October 2003 09:19Gewijzigd op 14 November 2020 00:38

Bush hekelde de Palestijnse Autoriteit, die er nog steeds niet in slaagt een effectieve veiligheidsdienst op poten te zetten. Volgens de Amerikaanse president komt dat vooral door Yasser Arafat, die weigert zijn macht over een deel van de veiligheidsdiensten af te staan aan de premier. „Het uitblijven van hervormingen en het uitblijven van de ontmanteling van terroristische organisaties blijven het grootste obstakel in het bereiken van de Palestijnse droom van een eigen staat”, aldus Bush.

Palestijnse functionarissen zeiden dat de slachtoffers lijfwachten waren van in Tel Aviv gestationeerde Amerikaanse diplomaten die naar Gaza-stad op weg waren om Palestijnen te bezoeken die Amerikaanse studiebeurzen hebben aangevraagd. Aanvankelijk was gezegd dat het Amerikaanse waarnemers waren die moesten toezien op de uitvoering van de routekaart voor de vrede.

In tegenstelling tot wat velen dachten, is het niet voor het eerst dat Amerikanen in Gaza het doelwit van geweld werden. De Amerikaanse ambassadeur in Israël, Dan Kurtzer, zei dat er in juni een aanval is gepleegd op een gepantserde auto in Gaza, maar dat daar niemand bij gewond is geraakt. Hij gaf geen verdere bijzonderheden.

De aanslag van woensdagochtend is niet opgeëist en de militante Palestijnse organisaties die er doorgaans snel bij zijn om de verantwoordelijkheid voor aanslagen op te eisen, ontkenden betrokkenheid. Hamas en de Islamitische Jihad, verantwoordelijk voor het grootste deel van de aanslagen die de afgelopen drie jaar zijn gepleegd, herhaalden woensdag dat Israël hun enige tegenstander is. Als de groepen toch verantwoordelijk blijken te zijn, zou dat een dramatische ommekeer in hun strategie betekenen.

De Palestijnse leider Yasser Arafat veroordeelde de aanslag als een „vreselijke misdaad” en zei dat hij opdracht heeft gegeven voor een onderzoek. De Palestijnse premier Ahmed Qurei belde de Amerikaanse minister van Buitenlandse Zaken, Colin Powell, om hem zijn medeleven te betuigen en snelle actie te beloven. Powell liet Qurei weten dat er geen Palestijnse staat kan komen als het geweld doorgaat.

Kurtzer zei dat de FBI bommenexperts stuurt om de aanslag te onderzoeken. Een woordvoerder van de Amerikaanse federale recherche in Washington zei dat een FBI-attaché vanuit Tel Aviv inmiddels op de plaats van de aanslag is aangekomen en daar met de Palestijnse en Israëlische autoriteiten samenwerkt. Amerikaanse rechercheurs die eerder waren gearriveerd om onderzoek te verrichten, werden door Palestijnen met stenen bekogeld en moesten maken dat zij weg kwamen.

De explosie deed zich voor rond 10.15 uur, toen het uit drie auto’s bestaande Amerikaanse konvooi onder escorte van de Palestijnse politie in zuidelijke richting over de hoofdweg door de Gazastrook reed, na even tevoren vanuit Israël de grens te zijn overgestoken.

De bom is kennelijk van een afstand tot ontploffing gebracht. Een AP-verslaggever zag een grijze draad met schakelaar die van de plaats van de aanslag naar een kleine betonnen ruimte aan de kant van de weg liep. De getroffen auto was uiteengereten en lag ondersteboven op de weg.

Een Palestijnse taxichauffeur, Mohammed Radwan, zei dat hij bij het pompstation stond en net wilde gaan tanken toen de bom afging. „Voorop reed een Palestijnse politieauto en daarachter drie grote (Amerikaanse) auto’s. Toen de derde langskwam ging de bom af.”

Er rijden bijna dagelijks Amerikaanse konvooien van gepantserde zwarte en zilverkleurige Chevrolets door Gaza. Zij maken meestal gebruik van de hoofdweg die van noord naar zuid loopt. De konvooien zijn duidelijk herkenbaar. Ze worden geëscorteerd door de Palestijnse politie, de auto’s hebben diplomatieke nummerplaten en alleen Amerikanen maken gebruik van dit type en kleur auto.

Tot nu toe heeft onder de Palestijnen een ongeschreven regel gegolden dat Amerikanen met rust worden gelaten. Hamas en de Islamitische Jihad herhaalden woensdag dat zij het alleen begrepen hebben op Israël. „Het Palestijnse verzet gelooft dat zijn vijand degene is die zijn land heeft bezet, die de mensen van dit land heeft gedood”, zei een Hamas-leider uit Nablus, Sjeik Adnan Assfour, in een naar AP gefaxte verklaring.

„Onze strijd is uitsluitend tegen de bezetter”, zei woordvoerder Nafez Azzam van de Islamitische Jihad. „In het land Palestina is het niet juist om Amerikanen of andere landen aan te vallen.”

Bronnen bij de Palestijnse veiligheidsdienst zeiden dat de grote facties niet worden verdacht en dat het onderzoek wordt gericht op een paar kleine groepen die geld krijgen uit het buitenland, mogelijk Iran.

Veel Palestijnen koesteren een groeiende wrok jegens de VS, omdat zij ervan overtuigd zijn geraakt dat de Amerikanen in het conflict uiteindelijk toch altijd de kant van Israël kiezen. In juni maakte de Amerikaanse regering bekend „geloofwaardige informatie” te hebben over plannen om Amerikaanse burgers in Gaza te ontvoeren. De Amerikaanse regering heeft haar burgers in de Gazastrook inmiddels aangeraden het gebied zo snel mogelijk te verlaten en de omgeving van de aanslag te mijden. Volgens Kurtzer werken er tussen de 200 en 400 Amerikanen, sommigen van Palestijnse afkomst, in de Gazastrook, velen voor hulporganisaties.

Israëlische functionarissen zeiden dat de aanslag laat zien hoe belangrijk het is dat de militante Palestijnse groepen worden ontmanteld. „Wat er is gebeurd bewijst dat niemand immuun is, helaas, voor Palestijns terrorisme, zelfs als we het hebben over vertegenwoordigers van de Verenigde Staten, wier doel was en blijft zich te beijveren voor een vredesovereenkomst”, zei Zalman Shoval, een adviseur van premier Ariel Sharon.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer