„Mensen met een verstandelijke beperking zijn heel spontaan”
Wie? Karin Meeuwsen (20) uit Waarde.
Instelling? „De Boog in ’s-Gravenpolder. In deze locatie van Siloah wonen achttien mensen met een verstandelijke beperking in drie groepen. De jongste is 20, de oudste 66 jaar.”
Functie? „Begeleider. Mijn werk is breed. Van de preek bespreken op zondag, een afspraak maken voor een doktersbezoek, samen koken, contact met families onderhouden tot het reinigen van een scheerapparaat.”
Sinds? „Vorig jaar april. Tijdens mijn spw-opleiding werkte ik al in de zorg als oproepkracht.”
Motivatie? „In groep 8 van de basisschool ontdekte ik dat ik een klik met mensen met een beperking heb. Wij waren gastgezin voor een jongen met autisme. Ik vond het fijn om dingen met hem te ondernemen. Daarnaast had ik op een kinderkoor leuk contact met een meisje met het syndroom van Down.”
Mooie kanten van het werk? „De bewoners zijn heel spontaan, houden van gezelligheid en kunnen zichtbaar genieten. Natuurlijk is het niet altijd even gezellig. Iemand huilt bijvoorbeeld omdat hij buikpijn heeft en wil direct naar de huisarts. Door in gesprek te gaan relativeer je het probleem en zoek je samen naar een oplossing. Ik leer alle facetten van het leven van bewoners kennen en mag hen daarin begeleiden. Ik zie het als mijn taak om ervoor te zorgen dat ze goed in hun vel zitten. Het is fijn om in een reformatorische woonvoorziening te werken. Tijdens de avondmaaltijd doen we de avondsluiting met bewoners. Dit gebeurt volgens een vast rooster, zodat we thuis het Bijbelgedeelte vast kunnen doornemen. Tijdens een late dienst ga je bij elke bewoner op de kamer langs voor een praatje, om te helpen tanden poetsen of om kleding klaar te leggen voor de volgende dag. Met iemand die zelf niet kan lezen, lezen we uit zijn dagboek en bidden we. ’s Nachts en een groot deel van de dag ben je als begeleider alleen in de woonvoorziening. Ik geniet van die zelfstandigheid en van de vrijheid die ik krijg om bijvoorbeeld een uitje te organiseren of iets nieuws uit te proberen. Een baan van acht tot vijf is aan mij niet besteed. Ik vind onregelmatige werktijden prettig.”
Wat maakt het werk soms zwaar? „Het is een kunst om op momenten dat ik het heel druk heb, voldoende rust uit te blijven stralen naar bewoners. Terwijl dat laatste wel belangrijk is voor hen. Rust biedt hun houvast. Soms neem ik mijn werk mee naar huis en blijf ik erover nadenken.”
Toekomst? „Van het plan om een deeltijdstudie pedagogiek te doen, is niets gekomen omdat ik dan minder kan werken. Ik vind het namelijk heerlijk om veel in De Boog te zijn.”
Dit is het derde deel van een serie interviews met zorg- en welzijnswerkers in de eerste landelijke Week van Zorg en Welzijn.