Zelfstandige Rover zet in met 75 Tourer
Het heeft een tijdje geduurd, maar de Rover 75 Tourer is nu eindelijk een feit. Er was zelfs een complete overdracht van eigendomsrechten nodig om het voortbestaan van Rover te garanderen. De nieuwe Rover 75 Tourer dient de nog immer wankele positie van de Britse fabrikant verder te versterken. De vraag is of de 75 Tourer sterk genoeg is om die missie tot een goed einde te brengen.
Wie zich verdiept in de geschiedenis van de Engelse automobielindustrie stuit op een indrukwekkende reeks van faillissementen, reorganisaties, overnames en schandalen. Bijna geen enkele natie presteerde het om een hele serie kleine fabrikanten te laten opgaan, blinken en verzinken. Voor roemruchte merken als Wolseley, Riley, Sunbeam, Reliant, Morris, Austin, Princess, DeLorean en Lagonda viel het doek. Andere merknamen bleven in de marge doorsukkelen totdat een buitenlandse grootmacht de boel domweg overnam.
Zelfs het eens zo trotse staatsbedrijf British Leyland, dat eigenaar was van de merknamen Austin, Princess, Mini, Rover, Jaguar en Daimler, wist in de turbulente automarkt niet staande te blijven en ging ten onder aan slechte bedrijfsvoering en het erbarmelijke kwaliteitsniveau van zijn producten. Uit de failliete boedel maakten slechts Mini en Rover alsmede het onafscheidelijke duo Jaguar en Daimler een doorstart. BMW ontfermde zich over de eerste twee, terwijl Ford zich meester wist te maken van Jaguar en Daimler. Zelfs de monumenten van de automobielindustrie –Rolls–Royce en Bentley– zijn sinds een paar jaar in Duitse handen.
Rover daarentegen is sinds een kleine twee jaar weer zelfstandig. Weliswaar tegen wil en dank, want als het aan moederbedrijf BMW had gelegen waren de aanhoudende verliezen bij Rover aanleiding geweest om de stekker er definitief uit te trekken. Een groep Britse investeerders stak echter een stokje voor die plannen en nam Rover van BMW over. De 75 Tourer is de eerste auto die sindsdien zijn debuut beleeft.
Statige indruk
De Rover 75 Tourer is een opvallende verschijning. De auto maakt een statige indruk, maar oogt als geheel minder uitgebalanceerd dan de sedanversie. Vreemd genoeg lijkt de Rover naast eveneens recente creaties zoals de Audi A4 Avant en Mercedes–Benz C–klasse Combi bovendien ietwat gedateerd. Verder is de kleurstelling erg belangrijk. Het testexemplaar was gespoten in de standaardkleur zwart, wat in combinatie met de royaal aanwezige chromen accenten wel heel erg aan een uitvaart doet denken. Maar donkerblauw en zilver metallic staan de auto erg goed en benadrukken de distinctie van het koetswerk.
Rover heeft ter aandrijving van de 75 Tourer een viertal motoren in de aanbieding. De kleinste telt vier cilinders en meet een cilinderinhoud van 1,8 liter. Het aggregaat levert een maximumvermogen van 88 kW/120 pk en dient zonder aarzeling als mogelijkheid terzijde te worden geschoven. Eerdere ervaring leert dat deze machine amper in staat is de 1435 kilo wegende Brit fatsoenlijk vooruit te krijgen. Motorlawaai en de noodzaak van veelvuldig schakelen vallen de bestuurder ten deel.
Beter is het dan ook om pakweg 9000 gulden meer te investeren in de plezierige 2,0 liter direct ingespoten common rail turbodiesel of de benzinegestookte 2,0 liter zescilinder. Degenen die het zich kunnen permitteren, zullen ongetwijfeld gecharmeerd zijn van de 130 kW/177 pk leverende 2,5 liter 24–klepper.
Aldus gemotoriseerd levert de Rover 75 prima, maar geen indrukwekkende prestaties. Een topsnelheid van 206 km/h en een tijd van 10,2 seconden voor de sprint vanuit stilstand naar 100 km/h zijn geen verkeerde resultaten. Desalniettemin is de krachtbron overduidelijk toegesneden op comfort. De machinerie is stil, maar voelt tegelijkertijd niet overdreven vinnig aan. Het verbruik is verder niet minder dan normaal. Een gemiddelde brandstofconsumptie van 1 op 9,3 is in deze klasse immers niet bepaald opzienbarend.
Bochtgedrag
De Rover 75 is een comfortmachine bij uitstek. De auto is soepel geveerd en het onderstel weet goed raad met de verwerking van zowel korte als lange oneffenheden. Ook de besturing verdient een compliment. De Brit laat zich mooi rustig en direct van richting veranderen, terwijl de juiste dosis gevoel daarbij niet ontbreekt. Het bochtgedrag is vriendelijk met dien verstande dat de wagen niet op de limiet bereden dient te worden. Wie dat wel doet, zal merken dat de voorwielaangedreven Brit op het buitenste voorwiel gaat hangen en derhalve fors gaat ondersturen. Normaliter kan met het terugnemen van gas de wagen eenvoudig weer in het gareel gekregen worden, maar bij Rover is dat minder vanzelfsprekend. De lange achterzijde vertoont dan een tamelijk heftige reactie, zodat het opkomende overstuur enkel met een forse dosis tegenstuur gecorrigeerd kan worden. De krachtigste motor is standaard gekoppeld aan een goed schakelende vijftraps automatische transmissie, die bijzonder goed harmonieert met het karakter van de auto.
Het interieur is bijzonder fraai vormgegeven en herbergt talloze smaakvolle details, zoals de retrospectieve chroomomrande klokken en fraaie houten decoratiepanelen. Helaas is het dashboard hier en daar wat minder logisch ingedeeld en afgewerkt. Zo bevinden de knoppen voor de klimaatregeling en dergelijke zich voor het mooi te laag, waardoor ze deels schuilgaan achter de pookknop.
Zoals het een comfortabele wagen betaamt, is de Rover voorzien van twee prima zittende en goed verstelbare voorstoelen, die in deze uitvoering met fraai leer zijn overtrokken. Voorin is er voldoende bewegingsvrijheid voor hoofd en onderdanen. Achterin is die ruimte echter ronduit teleurstellend. Dat vormt dan ook meteen het voornaamste minpunt van de auto. De bagageruimte daarentegen is met een inhoud van 1200 liter lekker ruim.
Deftige Brit
Rover levert de 75 Tourer in een drietal uitvoeringen. De viercilindermachines en de kleinste zescilinder zijn standaard onder meer voorzien van ABS, airbags, sidebags, hoofdsteunen voor en achter, centrale portiervergrendeling met afstandsbediening, elektrisch bediende voorramen, lederen stuurwiel, hoogteverstelling van bestuurderstoel en stuurwiel en een radiocassettespeler. Voor 4500 gulden meer kan echter de 75 Club in eigendom verworven worden. Rover voorziet dan standaard in zaken zoals elektronische klimaatregeling, lichtmetalen velgen, fraaiere bekleding en elektrisch bedienbare achterramen.
De topmotorisering wordt uitsluitend geleverd in de Rover 75 Sterling. Deze uitvoering omvat bovendien lederen stoelbekleding, automatische transmissie, elektrisch verstelbare en verwarmde voorstoelen, mistlampen voor en verchroomde buitenspiegels. De Rover 75 Tourer is leverbaar vanaf 67.990 gulden. Tot nader bericht is de nieuweling in combinatie met de twee viercilinder motoren echter leverbaar als Rover 75 Tourer Business Edition, hetgeen een voordeel van 5000 gulden betekent. En 63 mille is voor deze deftige Brit zonder meer een knappe prijs.