Oudere ontgoocheld door grote daling inkomsten en vermogen
Veel ouderen zijn ontgoocheld nu hun inkomsten en vermogen veel kleiner blijken te zijn dan hun altijd is voorgehouden, schrijft G. Siemons.
Als je naar de harde financiële cijfers kijkt, valt er in ons land niet zo veel te klagen. De Nederlanders, en dan met name ouderen, lijden aan ”verliesbegoocheling” aldus Hans Stegeman (RD 16-2). Ik wil daar graag enkele kanttekeningen bij plaatsen.
Het is niet zo zeer verliesbegoocheling waaraan gepensioneerden lijden, maar vooral aan ontgoocheling. Ontgoocheld zagen de beleggers in SNS Bank hoe hun vermogen in één dag tot nul was gereduceerd en een strafrechtelijk onderzoek werd gestart.
Ontgoocheld staarden gepensioneerden indertijd naar hun bankafschrift. Zij hadden de overwaarde, geheel of gedeeltelijk, uit hun huis gehaald en op advies van hun bank belegd. Het rendement zou hoger zijn. Maar toen kwam de bankencrisis en zij konden hun rendement vergeten. Je mocht al blij zijn als je het geïnvesteerde bedrag er nog uit kreeg. Hun vrienden lachten hen op verjaardagspartijtjes uit: Zie, je geld moet je opmaken, er leuke dingen mee doen nu het nog kan en de gezondheid het toelaat.
De rentevergoeding op de spaarrekening is lager dan de inflatie, dus ouderen teren in. En wanneer zij hypotheekrente betalen, staat de verschuldigde rente volgens deskundigen niet in de juiste verhouding tot de ontvangen rente. Reden: de hogere winstmarge van de banken.
Dat een gemiddelde Nederlander meer vermogen heeft dan een Belg, zegt ook niet alles. De dokter kan concluderen dat ik wel 40 graden koorts heb, maar dat het gemiddelde op 42 graden ligt. Mag ik dan van geluk spreken, en heb ik geen behandeling nodig? Dat het huishoudvermogen in Nederland gemiddeld hoger ligt dan in België, komt vooral doordat bij ons het pensioenvermogen wordt meegeteld. Wij hebben een uniek pensioenstelsel. Maar voor het huishoudboekje heb je daar pas iets aan op het moment van verzilvering. En wat is het dan waard?
Vanaf 25-jarige leeftijd was men verplicht tot deelname aan een bedrijfspensioenfonds. Er werden verwachtingen gewekt door jaarlijks verstrekte overzichten die niet waar gemaakt (kunnen) worden. Velen ook hebben te maken met pensioenbreuk en voelen de ontwikkelingen behoorlijk in hun portemonnee.
Onverkoopbaar huis
Veel ouderen hebben overwaarde op hun huis, aldus Stegeman. Daar heb je alleen wat aan als de verkoopbaarheid goed is. Sommigen hebben een huis gekocht omdat zij geen of een slechte pensioenvoorziening hadden. Maar door een slinkende overwaarde en meer nog door onverkoopbaarheid zijn zij ontgoocheld. Regelmatig hoor ik van ouderen die door de verhoogde zorgbijdrage bij opname in een verpleeghuis een schuld op bouwen.
Bij de 70-plussers neemt nogal eens de zorgbehoefte toe. Deze laatste categorie wordt nu vooral getroffen door de 350 euro eigen bijdrage –per persoon, dus 700 euro per huishouden– plus nog de nodige bijbetalingen op medicijnen, de btw-verhoging et cetera. Tel daarbij op de stijgende premie voor de aanvullende pakketten van de zorgverzekering en stijging van andere lasten, terwijl het inkomen gekort wordt en al in geen jaren enige prijscompensatie plaatsvond. Dan is er dus sprake van ontgoocheling.
Uitgavenpatroon
Stegeman noemt ook nog dat jongere generaties minder vermogen hebben dan de oudere. Dat is altijd al zo geweest! Immers, zij staan aan het begin van het opbouwen van hun vermogenspositie. Hun hypotheek moet bijvoorbeeld (voor een deel) nog afgelost worden. Maar zij kunnen mogelijk in de toekomst nog iets compenseren van een te verwachten lagere pensioenopbouw. De gepensioneerde kan alleen maar teleurgesteld slikken.
Het uitgavenpatroon van een gepensioneerde is anders dan dat van jongere leeftijdscategorieën. Wanneer men gekort wordt op het netto besteedbaar inkomen en ook nog eens met een forse stijging van kosten geconfronteerd wordt, dan loopt men daar maandelijks tegen aan. Op een zeker moment is keuzes maken dan onvermijdelijk, zoals minder giften geven. Een ander effect is dat de financieel zorgeloze oude dag wordt aangetast. Plaats dat eens tegen de achtergrond van de ervaringen van die gepensioneerden in het achter hen liggende leven.
Natuurlijk zijn we dankbaar voor onze AOW-uitkering en vaak nog een aanvullend pensioen. Dat schept ook verplichtingen richting minderbedeelden. Daar mag op gewezen worden. Maar wat mij stoort is dat zo veel over senioren wordt gesproken en zo weinig met hen. Hoe wordt omgegaan met de medemens in deze fase van zijn of haar leven? De lasten en lusten kunnen op papier wel eerlijk verdeeld zijn, maar in de praktijk?
De auteur is voorzitter van de seniorenraad in de gemeente Steenwijkerland. Hij schrijft deze bijdrage op persoonlijke titel.