Blok: Akkoord woningmarkt impuls die Nederland nodig heeft
DEN HAAG – Het met de oppositiepartijen D66, ChristenUnie en SGP gesloten akkoord over de woningmarkt is „de impuls die Nederland nu nodig heeft”. Minister Stef Blok (Wonen) zei dat woensdag bij de presentatie van de plannen.
Blok ziet een impuls voor de woningmarkt, voor de huurders, de starters op de koopmarkt en ook voor de bouwsector. Ook geeft het nieuwe akkoord een grondslag voor een verhuurdersheffing die het kabinet inzet om de overheidsfinanciën op orde te brengen.
Alexander Pechtold (D66) wees op de zekerheid voor de lange termijn voor de woningmarkt. Het akkoord leidt volgens hem tot lagere huren dan in het regeerakkoord, lagere hypotheeklasten, minder energiekosten, minder lege gebouwen, minder btw in de bouw, meer kansen voor starters en zzp’ers op de woningmarkt en meer privacy voor huurders.
We hebben een kans gegrepen om toekomstbestendige plannen te maken, zei Arie Slob van de ChristenUnie. Voor hem is vooral belangrijk dat de bouwmarkt wordt gestimuleerd, de huurverhoging „fors omlaaggaat” en er beschermende maatregelen komen voor kwetsbare groepen.
SGP-leider Kees van der Staaij spreekt over „solide en evenwichtige” plannen die vertrouwen en helderheid scheppen. Het geeft volgens hem lucht aan de koopsector en haalt „de scherpe kantjes af van de huurplannen”. Hij vindt vooral belangrijk dat de bouw een impuls krijgt en er wat extra’s komt voor starters op de woningmarkt.
Flexibele hypotheekvorm
In het akkoord is de introductie opgenomen van een nieuwe, flexibele hypotheekvorm.
De flexibele hypotheekvorm maakt het mogelijk om enerzijds formeel te voldoen aan de wettelijke plicht voor nieuwe woningkopers om 100 procent van hun hypotheek volgens een annuïtair schema af te lossen, maar biedt anderzijds woningkopers de keuze om hun maandlasten te beperken.
Onderdeel van de nieuwe hypotheekvorm is dat wooninkopers maximaal de helft van het bedrag dat zij jaarlijks annuïtair aflossen via een tweede lening bij de bank weer terug kunnen lenen. Terwijl de ene lening gedurende de looptijd dus terugloopt naar 0 euro, loopt de andere weer op tot maximaal 50 procent van de hypotheeklening.