Grietje Post (75) uit Werkendam: Ik ben maar een alledaags meisje (fotoserie)
WERKENDAM – Grietje Post (75) is een bekendheid in de Brabantse schippersplaats Werkendam. Haar bomvolle oudheidkamer, haar liefde voor het koningshuis, haar inspanningen voor het arbeiderswijkje Zevenhuizen, haar onafscheidelijke katten, maar vooral haar pure persoonlijkheid maken de Werkendamse tot meer dan een plaatselijke grootheid. „Toch ben ik maar een alledaags meisje.”
Grietje Post houdt van nostalgie. Veel voorwerpen uit het verleden bewaart ze. Maar ook zij wordt met nieuwe ontwikkelingen geconfronteerd. Gezeten op een oude leren stoel in haar oudheidkamer toont ze een nieuwigheidje: een mobieltje, gekregen van de aanwezige ‘hulptroepen’, het Sliedrechtse echtpaar Wijnand en Jannie van Ooijen. „Ik vergeet dat ding wel eens mee te nemen. Ach ja, ze kunnen me thuis toch ook bellen?”
Katten
Thuis huizen haar katten. Hoeveel? Ze lacht. „Meer dan twintig. Nog geen dertig, maar dat moet je niet opschrijven hoor!” Gisteren werd Zwartje V gecastreerd. „Het is gek, maar ik kan er niet één missen. Ik was zo blij dat hij weer wakker werd. „Hé, liefie, ben je er weer”, zei ik toen.”
Spontaan onderbouwt Grietje haar dierenliefde met een Bijbeltekst. „De rechtvaardige kent het leven van zijn beest, maar de barmhartigheden der goddelozen zijn wreed.” Onverschrokken kijkt ze haar gesprekspartner aan. „Ik beschouw ze als mijn kindjes. Ja, dat heb je hè, als je eenzaam bent. Als ik me eenzaam voel, speel ik ook wel op de mondharmonica van mijn overleden nichtje.”
Eenzaam voelt Grietje zich vooral sinds 2001. Toen overleed haar broer Hugo, met wie ze 63 jaar lang in het ouderlijk huisje aan de Langesteeg in de Werkendamse wijk Zevenhuizen had gewoond. Met hem richtte ze in 1978 de buurtvereniging Zevenhuizen op.
De buurtvereniging wendde de dreigende sloopplannen van de gemeente voor het arbeiderswijkje bij de dijk af. „We moesten in Den Bosch komen voor een hoorzitting. De burgemeester zei toen dat wij hadden gewonnen. We hebben hier zes jaar daarover vergaderd”, zegt ze, rondkijkend.
De oudheidkamer is sinds de start in 1984 gevestigd in een arbeidershuisje dat Grietje van de gemeente huurt. „Die is er nu blij mee dat de wijk nog bestaat.”
Voor een rek staat een pop met het soldatenuniform van broer Klaas opgesteld. In het rek zijn diverse potten, kacheltegeltjes, scherven en musketkogels geëxposeerd. Hugo en Grietje groeven die eigenhandig in de wijk op. „Alles komt uit Zevenhuizen, behalve die mammoetkies. In de derde grondlaag, klei, hebben we het meeste gevonden.”
Koningshuis
Een stapeltje boekjes op een kist gaat over prinses Juliana. Grietjes liefde voor de koninklijke familie heeft ze van huis uit meegekregen. „Moeder, vader, en m’n broers waren ook dol op koningshuis. Heel bijzonder is dat ik in dezelfde maand als koningin Beatrix ben geboren. Ik moest wel een beetje huilen toen ik hoorde dat ze afstand van de troon deed.”
Haar grote trots in de oudheidkamer is een kast vol bekers, glazen en andere herdenkingsspulletjes ter gelegenheid van koninklijke gedenkwaardigheden. „Dat is nog een echte Beatrixpop. Die is gemaakt toen zij nog baby was. Ze lijkt echt op haar zoals ze toen was.”
Hoe koning Willem-Alexander het gaat doen? „Goed”, knikt ze. „Hij is heel gewoon, weer heel anders dan zijn moeder. En hij heeft genoeg in zijn mars.”
De liefde voor het koningshuis en de buurt Zevenhuizen kwamen een aantal keren samen in Grietjes leven. „Kijk daar ’s”, zegt ze tegen Wijnand van Ooijen, „daar staat nog een foto met prins Claus van de prijsuitreiking van ”Kern met pit”.” Grietje en broer Hugo wonnen de leefbaarheidsprijs in 1980 en 1983 voor hun inzet voor Zevenhuizen. „Ik zit op de stoel waarop Claus destijds heeft gezeten”, zegt Van Ooijen.
Hengelvereniging
Voor hun inzet voor de buurt en de wijk werd Hugo in 1993 evenals Grietje twee jaar later benoemd tot lid in de Orde van Oranje-Nassau. „Hugo had ook de hengelvereniging opgericht. Ik was zijn kleine zusje en deed overal aan mee.” De onderscheiding verwondert haar. „Ik ben maar een alledaags meisje.”
In haar huis hangen diverse Bijbelteksten. De gereformeerde Grietje vindt geloof dan ook het allerbelangrijkste in haar leven. „De Heere Jezus heeft voor de zonden van iedereen geleden. Hij ziet ons allemaal staan. Daar moet je op vertrouwen. Wat mijn lievelingspsalm is?” In onvervalst Werkendams: „Zelfs vindt de mus een huis, o Heer. Daarin komen dieren voor, snapt ge?”