Harakiri voor Japanse economie
De Japanse regering hanteert een agressieve politiek om de economie aan de praat te krijgen. Het plan is echter gedoemd te mislukken. Een rentestijging zal funest zijn voor zowel de overheidsfinanciën als de economie. Japan lijkt zich in zijn eigen zwaard te storten.
Als een strijdlustige samoerai (zwaardvechter) heeft de eind vorig jaar aangetreden premier Shinzo Abe aangekondigd de Japanse economie uit het moeras te zullen trekken. Het land van de rijzende zon kampt al enkele decennia met een stagnerende economie en deflatie. Waar de overheidsschulden in Europa en de Verenigde Staten vooral door de kredietcrisis sterk opliepen, was dit in Japan al eerder gebeurd, door de stimuleringspakketten die de overheid al ver voor de crisis heeft doorgevoerd.
Ook nu wil de regering de economie vanuit de overheidsbegroting stimuleren, maar daarnaast wil zij het monetaire beleid verruimen en de koers van de yen omlaag drukken. Op het eerste gezicht lijkt het geen kwaad te kunnen om met rigoureuze middelen de groei aan te zwengelen. Wereldwijd hanteren centrale banken een zeer ruim monetair beleid (lage rentetarieven en opkopen van overheidsobligaties) en in meerdere landen maakt men, nu de economie zich zwak ontwikkelt, geen haast met terugdringing van het overheidstekort. Een zwakkere yen kan de export helpen.
Voor Japan is het door Abe voorgestane beleid echter meer dan gevaarlijk. De tientallen miljarden die de regering in de economie wil pompen, zullen het overheidstekort verder opdrijven. Het tekort komt nu overeen met 6 procent van het bbp en zal naar verwachting stijgen naar 8 procent. De Japanse staatsschuld bedraagt meer dan 220 procent, waardoor de overheid een kwart van zijn uitgaven kwijt is aan rentebetalingen. Het grote geluk is dat Japanse staatsobligaties in eigen land nog altijd in trek zijn. De rente is daardoor laag. Zolang deze laag blijft, lijkt de overheidsschuld beheersbaar.
Het gevaar zit dan ook in de tweede maatregel. De centrale bank wordt gedwongen tot een verdere verruiming van het monetaire beleid. Dit leidt tot een zwakkere yen, waar met name de exportsector van moet profiteren. Alleen al de aankondiging van de maatregelen had effect. Sinds de verkiezingsoverwinning van Abe in september vorig jaar verloor de Japanse munt fors terrein ten opzichte van dollar en euro. Een verdere verzwakking ligt in het verschiet.
Maar het is niet zonder reden dat de centrale bank moet worden gedwongen tot een ruimere geldpolitiek. Deze is namelijk van mening dat beter eerst de onderliggende problemen in de economie kunnen worden aangepakt. De productiviteitsgroei is laag, doordat meerdere sectoren van de economie lange tijd zijn afgeschermd van buitenlandse concurrentie. Hierdoor heeft Japan de boot gemist bij de opkomst van nieuwe sectoren. In het verleden zijn er onvoldoende maatregelen genomen om hier verandering in te brengen. Maar Abe zet zijn plannen door en heeft al gedreigd met het vervangen van de leiding van de centrale bank.
Waarschijnlijk zal het de Japanse regering lukken om de economie een stimulans te geven, terwijl er een einde komt aan de periode van deflatie. Het ongewenst neveneffect zal echter zijn dat de rentetarieven op de kapitaalmarkt zullen stijgen. Beleggers uit binnen- en buitenland zullen de 0,7 procent die de overheid nu op tienjaarsleningen betaalt, te laag vinden als de inflatie oploopt en de yen steeds verder daalt. Zodra de Japanse consument ziet dat de overheidsbegroting dan alleen nog met belastingverhoging te redden valt, zal deze de hand op de knip houden. Dat deflatie dan heeft plaatsgemaakt voor inflatie, maakt weinig uit. Ook het positieve effect van de zwakke yen op de exportsector mag niet worden overdreven. In meerdere landen, de VS voorop, wordt gewerkt met een monetair beleid dat de munt omlaag drukt.
Premier Abe stond tijdens zijn eerste ambtstermijn, circa zeven jaar geleden, bekend als een enigszins stijve man. Nu profileert hij zich als een daadkrachtige politicus. Zijn politiek is echter ondoordacht. Stijgende rentes zullen de staatsschuld onhoudbaar maken. Door het beleid van de regering steekt de Japanse economie zichzelf een zwaard in de buik, een onbedoelde vorm van harakiri.
De auteur schrijft op freelancebasis over ontwikkelingen in de economie en op de financiële markten.