Hervormingen door koning Jordanië verdienen steun EU
De zeer geleidelijke politieke vernieuwingskoers van het koningshuis in Jordanië verdient de steun van de Europese Unie, stellen Bas Belder en Walter van Luik.
„Welkom in Jordanië!” Steevast klonk deze gastvrije begroeting deze week Europese verkiezingswaarnemers in de oren. Onze opdracht was helder: louter scherp observeren én noteren of de Jordaanse parlementsverkiezingen volgens de regels verlopen. Geen commentaar noch correcties van Europese zijde. De missie verliep voorspoeding. We constateerden slechts een gering aantal onbedoelde organisatorische tekortkomingen.
Met deze parlementaire verkiezingen zet koning Abdullah II enkele voorzichtige hervormingsstappen. De vorst zal in overleg met de nieuw gekozen Kamer van Afgevaardigden een premier benoemen, en die zal op zijn beurt een nieuw kabinet voordragen aan de koning.
Intussen blijft de macht van het parlement gering, oordelen critici binnen en buiten het land. De oorzaak daarvan vloeit in hun optiek weer voort uit een kieswet die koningsgetrouwen (bedoeïenenstammen) in hoge mate bevoordeelt boven Palestijnse burgers, naar schatting een krappe meerderheid van de Jordaanse bevolking.
De zeer geleidelijke politieke vernieuwingskoers van het Hasjemitische huis kan de Jordaanse moslimbroeders allerminst bekoren. Vandaar hun uitdrukkelijke boycot van de verkiezingen. Zij riepen burgers zelfs op zich niet als kiezer te laten registreren. Met de Arabische ‘lentestorm’ in de rug eisten de moslimbroeders al in 2011 een volledige ontmanteling van de koninklijke macht in Jordanië.
De inheemse moslimbroeders wensen onder de leus van ”constitutionele monarchie” louter de vele bevoegdheden van de vorst over te hevelen naar het Islamitisch Actiefront, de politieke arm van de moslimbroeders. De intriges van moslimbroeders in de regio hebben echter tal van Jordaanse burgers gealarmeerd. „Jordanië moet stabiel, vreedzaam blijven! En daar kan alleen de koning voor zorgen”, beluisterden wij telkens weer buiten de stemlokalen.
En passant dreigt de zorgelijke economische situatie waarin Jordanië zich bevindt koning Abdullah II te beroven van de absolute loyaliteit van de Palestijnen. Urgente internationale financiële injecties eisen een drastische inkrimping van een mateloos uitgedijd overheidsapparaat. En dat in een land met ernstige werkloosheid. Hoe hoog de financiële nood reeds gestegen is voor het Jordaanse koninkrijk, illustreert een insider: „Op sommige ministeries ontbreekt momenteel zelfs geld voor simpele uitgaven als kantoorbenodigdheden.”
Jordaanse christenen behoren tot de trouwste stemmers. Daarover liet een gewetensvolle priester in een eredienst begin deze week geen enkele twijfel bestaan: „Ga stemmen!” Op zijn christelijke onderdanen kan koning Abdullah II rekenen. Protestantse gesprekspartners bevestigden dat de afgelopen dagen.
Prangende vraag daarbij is wel of de christelijke minderheid in Jordanië ook op de overheid kan rekenen. Uit ontmoetingen met haar leden rijst een beeld van grote vrees voor de toekomst van christenen in Jordanië. Zo groeit de invloed van de radicale islam in het land. Voeg daaraan toe openlijke oproepen om een christelijke voornaam in te ruilen voor een ‘gepaste’ islamitische. Om nog maar niet te spreken van een openbaar onderwijsstelsel dat doordrenkt is van islamitische opvattingen.
„Als je in Amman voor een verkeerslicht staat, word je omgeven door Korancitaten of andere islamitische teksten. Jullie in het Westen hebben echt geen idee wat het betekent om in het Midden-Oosten als christelijke minderheid stand te houden tegenover een intrinsiek vijandige islamitische buitenwereld”, stelde een Jordaanse intellectueel van christelijken huize.
Desalniettemin vestigen Jordaanse christenen hun politieke hoop op het Hasjemitische koningshuis. De koning is namelijk zeker van goede wil.
Anders dan bij de Egyptische president Morsi stelt Brussel koning Abdullah II echter geen miljarden in het vooruitzicht. Hij moet het doen met slechts enkele honderden miljoenen. Hoe dan ook, laat de EU voor dat geld in ieder geval van de Jordaanse vorst effectieve bescherming verlangen van de christelijke minderheid.
De auteurs zijn respectievelijk Europarlementariër en beleidsmedewerker van de SGP-fractie in het Europees Parlement. Zij namen deze week deel aan een Europese verkiezingswaarnemingsmissie in Jordanië.