Het raadsel van Rhoon: aanslag en vergelding in 1944
Vele minuten lang lag de Duitse soldaat Ernst Lange op de grond, zijn handen om een stroomkabel geklemd. Hij overleefde het niet. Sabotage, of een ongeval? Het incident –aanleiding tot een Duitse wraakactie die zeven mannen het leven kostte– bleef een onopgelost en daardoor moeilijk te verwerken dieptepunt in de geschiedenis van Rhoon.
Voordat de Duitsers Nederland helemaal hadden overmeesterd, had een militair uit het dorp tussen Barendrecht en Poortugaal de wijk genomen naar Engeland. Zijn vrouw, nauwelijks in staat in het levensonderhoud van haar gezin te voorzien, legde het aan met Duitse militairen die haar voedsel gaven en stelde haar huis ook open voor andere meisjes die het met de bezetter hielden.
Na een bezoek aan haar woning liepen drie militairen in september 1944 samen met twee Rhoonse zusjes –het ene was net 14– over de donkere Rijsdijk terug naar huis. Bij de vlasfabriek in buurtschap Het Sluisje slaakte Ernst Lange „een afschuwelijk hoge gil. Op hetzelfde moment hoorden ze een sissend geluid.” „Elektrische stroom”, riep het slachtoffer. Ook anderen voelden het, maar zij overleefden. Voor Lange kwam de redding te laat.
Zijn dood werd bloedig gewroken, zoals ook andere verzetsacties in het nog niet bevrijde deel van Nederland in die weken na dolle dinsdag bruut werden vergolden. Zes mannen werden opgepakt. Toen een zevende een goed woordje voor hen wilde doen, moest hij bij hen gaan staan. Ze werden met kogels doorzeefd.
Vrouwen en kinderen moesten hun huis uit en hadden nauwelijks de gelegenheid iets mee te nemen. Hun huizen werden in brand gestoken.
Rhoon bleef achter met een raadsel. Was het een ongeval dat de kabel over de weg hing? Of een aanslag, en wie pleegde die dan, en waarom? De draad was losgeraakt of losgemaakt, dat was het verschil.
Jan Brokken, zoon van een naoorlogse predikant van Rhoon, beet zich in de mysterieuze geschiedenis vast en ontrafelde die stukje bij beetje, overigens zonder tot een finaal oordeel te kunnen komen. „Zaken die niet onderzocht worden, nemen grimmige proporties aan en kunnen decennialang in het geniep blijven nawerken, tot iedereen zijn eigen verdachte heeft of zijn eigen schuldige. Een dorpeling vergeleek de gang van zaken met een sloot die nooit wordt doorgespoeld.”
Brokken reconstrueert de gebeurtenissen aan de hand van duizenden pagina’s processtukken, getuigenverhoren en 185 interviews met betrokkenen. Veel oude verhalen bleken niet te kloppen. Meermalen dacht Brokken te weten wie de dader was, maar dan kreeg het verhaal toch weer een wending. Zijn boek leest als een roman, vol mooi geformuleerde zinnen. De namen van de dorpelingen zijn veranderd; de feiten niet. Brokken laat zien hoe vérstrekkend gevolgen van –soms impulsief gemaakte– keuzes kunnen zijn.
Fascinerend is dat mensen in het dorp of de omgeving bleven wonen, ondanks een zwaarbeladen oorlogsverleden of beschuldigende vingers die in hun richting wezen. Fascinerend ook dat een vader oogluikend toestond dat zijn dochters –en dat nog wel op zo’n jonge leeftijd– intieme contacten met de vijand hadden, en hoe die dochters de gebeurtenissen verwerkten – of verdrongen.
Boekgegevens
”De vergelding. Een dorp in tijden van oorlog”, Jan Brokken; uitg. Atlas Contact, Amsterdam/Antwerpen, 2013; ISBN 978 90 450 2271 0; 384 blz.; € 19,-.