Laat Bijbels geluid horen in debat over economische crisis
Christenen moeten zich bezinnen op wat de Bijbel zegt over de economie en dat inbrengen in het maatschappelijk debat, stelt dr. ir. Roel Jongeneel.
De diepe economische crisis die we meemaken, is een crisis van het kapitalisme. Dit kapitalisme leek twintig jaar geleden hét antwoord op de crisis bij onze oosterburen. Nadat de planeconomieën instortten, versterkte de vrije markt zijn zegetocht en leek hij wereldwijd de toon aan te geven. De neoliberalen waren in juichstemming; de Oost-Europeanen proefden de vooruitgang overigens veel minder.
Vandaag de dag is het de met schulden gefinancierde kapitalistische dynamiek die aan zichzelf ten onder dreigt te gaan. De financiële sector zit zwaar in de problemen en overheden gaan gebukt onder gapende tekorten en groeiende staatsschuld.
Is er, nu zowel socialisme en kapitalisme het af laat weten, nog een antwoord? Het pragmatische antwoord van de regering is op de rem trappen en snoeihard bezuinigen. De wijsheid van dit beleid wordt betwijfeld. De Amerikaanse Nobelprijswinnaar en topeconoom Jo Stiglitz waarschuwt zelfs voor wat hij een ”double dip” noemt. Ongericht bezuinigen maakt de crisis volgens hem mogelijk twee keer zo erg.
Is er een derde weg, die we nog niet hebben bewandeld, maar die mogelijk een uitweg kan bieden? Die vraag is urgenter dan ooit. Zonder een blauwdruk voor een andere economie op zak te hebben, wil ik ervoor pleiten dat christenen zich bezinnen op wat de Bijbel zegt over de economie en dat ze dat in het maatschappelijk debat inbrengen.
De huidige crisis van kapitalisme is meer dan een ongelukkig incident. Wie met een Bijbelse bril naar principes voor de economie kijkt, ziet dat er in het huidige kapitalisme geen goede band is tussen vrijheid en verantwoordelijkheid. In economenjargon: banken en overheden werken met softe budgetbeperkingen en kunnen daarmee de gevolgen van hun beleid op anderen afwentelen. Dat leidt tot een economie van de onbetaalde rekening.
Bovendien is het achterliggende mensbeeld van het nog steeds dominante neoliberale denken veel te positief. Regels zijn niet alleen maar slecht en het afschaffen ervan is geen garantie op zegen. Ruimte voor zelfregulering en eigen verantwoordelijkheid klinkt leuk, maar loopt vaak stuk op groepsbelangen en op ordinaire hebzucht. Een economie waarin bedrijven en banken gedomineerd kunnen worden door anonieme aandeelhoudersbelangen is structureel fout en roept om een nieuwe architectuur.
Welke richting zouden we dan moeten gaan? Ik denk dat het Bijbelse economisch model aansluit bij de markteconomie, met haar decentrale besluitvorming. Zeker voor wat betreft de goederen en de diensten die worden geproduceerd en geconsumeerd, geldt dat het marktverkeer, met de interactie van vraag en aanbod, de norm is.
Tegelijkertijd valt er in de Bijbel echter nog iets op. We zien duidelijk dat als het gaat over wat economen de factormarkten noemen (dus over arbeid, grond en kapitaal), er dan maar in beperkte mate sprake is van marktwerking. Ook zijn er juist op dat terrein allerlei heilzame restricties. Denk alleen al aan het land, waarvan God Zelf de eigenaar bleef. Dat is ook de reden dat er in Israël geen sprake was van rijke grootgrondbezitters en hordes landloze boeren. Denk ook aan de rentevrije leningen (renteverbod) en de kwijtschelding van schulden na zes jaar. Daardoor werd voorkomen dat mensen jarenlang onder grote schulden gebukt zouden gaan.
Het debacle dat we nu meemaken in de economie heeft alles te maken met de haast ongelimiteerde en onverantwoorde schuldfinanciering van onroerend goed, consumptiepatronen en overheidsuitgaven. Daar komt nog bij dat sinds de jaren 80 van de vorige eeuw er een sterk neo-liberale wind waait, waarbij wordt gefocust op deregulering van overheidstaken, flexibilisering van de arbeidsmarkt en liberalisatie van de financiële markten.
Vanuit wat ik zie als de normativiteit voor het economisch leven zoals die uit het Bijbelse denken voortkomt, is dit precies de omgekeerde wereld. Waar in de Bijbel het accent ligt op de inbedding van de economie in de samenleving en de lokale gemeenschap, is in onze tijd de economie verzelfstandigd tot een autonome sfeer, waar eigen wetten en regels gelden. En als het fout loopt, wordt de rekening bij het brede publiek gelegd. Van haar, niet het minst van de zwakken, worden dan offers gevraagd, terwijl degenen die leidinggeven aan dit proces, de CEO’s en de bankiers, alleen in het nieuws komen vanwege hun exorbitante beloningen en bonusregelingen. Dit doet mij meer denken aan de dans rond het gouden kalf dan aan een economie ten dienste van mensen.
Het verdient aanbeveling om juist in deze crisis de richtingwijzers zoals die uit het Bijbelse economisch model naar voren komen serieus te nemen bij de vraag hoe het verder moet. Wat nodig is dat de economie opnieuw wordt ingebed in de samenleving en een spel wordt met eerlijke en robuuste spelregels. Bijbelse economie is een economie waarin het draait om rechtvaardige verhoudingen en wederzijds dienstbetoon.
De auteur is universitair docent economie aan de Wageningen Universiteit.