Binnenland

„Staat niet aansprakelijk in Srebrenica-zaak”

DEN HAAG (ANP) – De dood van drie moslimmannen tijdens de val van Srebrenica in 1995 is niet toe te rekenen aan de Nederlandse staat. Dutchbat bestond weliswaar uit Nederlandse militairen, maar de effectieve controle over de vredesmissie was niet in handen van Nederland maar in die van de Verenigde Naties.

18 January 2013 15:28Gewijzigd op 15 November 2020 01:25
Het Nederlandse bataljon bleek niet in staat de enclave Screbrenica te beschermen. Zeker 7000 moslimmannen en -jongens werden gedood. Foto EPA
Het Nederlandse bataljon bleek niet in staat de enclave Screbrenica te beschermen. Zeker 7000 moslimmannen en -jongens werden gedood. Foto EPA

Dat betoogden vrijdag de advocaten van het ministerie van Buitenlandse Zaken en Defensie bij de Hoge Raad. Alleen als Nederland met eigen instructies was ingegaan tegen de instructies van de VN, zou de Staat verantwoordelijk zijn geweest voor handelingen of nalatigheid van Nederlandse militairen. Maar daarvan was geen sprake, zeiden de advocaten.

Het gerechtshof oordeelde eerder dat de Nederlandse staat wel degelijk verantwoordelijk is voor de dood van de drie mannen. Daarop ging de Staat in cassatie.

De zaak is aangespannen door Hasan Nuhanovic, tolk van Dutchbat, en de nabestaanden van de vermoorde elektricien Rizo Mustafic van Dutchbat. Nuhanovic verloor zijn vader en zijn broer. De slachtoffers werden van de compound van Dutchbat gestuurd, vielen in handen van het Bosnische-Servische leger van generaal Mladic en werden vermoord. Het Nederlandse bataljon bleek niet in staat de enclave te beschermen. Zeker 7000 moslimmannen en -jongens werden gedood.

De advocaten van de nabestaanden zeggen dat de vredesmissie al klaar was toen de slachtoffers op 13 juli 1995 werden weggestuurd. „De context is de situatie na het mislukken van de missie, waarin Dutchbat zich wil terugtrekken naar Nederland, en de leiding van Dutchbat met de regering in Den Haag beslist over het lot van de familieleden van deze nabestaanden”, aldus advocaat Guido den Dekker.

Volgens de Staat kan de uitspraak van het gerechtshof grote gevolgen hebben voor toekomstige vredesmissies. Lidstaten zouden daardoor minder bereidwillig kunnen worden militairen af te staan, omdat ze verantwoordelijk kunnen worden gehouden voor het handelen van de militairen waar ze geen effectieve controle over hebben. „De Staat hoeft niet te vrezen voor ongebreidelde aansprakelijkheid bij vredesmissies. (…) Het hof heeft de Staat in deze zaken aansprakelijk gesteld op hele specifieke unieke kenmerken”, aldus de advocaat Riem Jan Tjittes. Van een precedent is dan ook geen sprake, zei hij,

De procureur-generaal komt uiterlijk 31 mei met een advies aan de Hoge Raad. Een oordeel zal pas na de zomer worden geveld.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer