Van der Vlies: Samengaan in één conservatieve partij geen optie
LEIDEN – De verdeeldheid in de christelijke politiek ligt als een zware last op de schouders van oud-SGP-Kamerlid ir. B. J. van der Vlies. Toch vindt hij een samengaan van de christelijke partijen in één conservatieve partij geen optie, zei hij gisteravond voor Leidse CSFR-studenten in een dieslezing.
Van der Vlies begon zijn lezing met een korte karakterisering van het huidige politieke landschap. Door „de secularisatie, het ongemak dat mensen voelen bij godsdienstige elementen en de politieke moorden” is de sfeer volgens de politicus verhard. „Relativisme viert hoogtij.”
Oplossingsgericht denken is niet de trend in de politiek, zei hij. „Algauw word je als christelijk politicus beschouwd als iemand die meent de wijsheid in pacht te hebben. Wat is het dan goed om terug te kunnen grijpen op een betrouwbare bron van inspiratie. Je hebt de bron van wijsheid in bezit. De Bijbelse waarden en normen zijn zegenrijk op alle terreinen. Denk maar aan de christelijke noties met betrekking tot huwelijk en gezin, rentmeesterschap, de overheid als schild voor de zwakken en de beschermwaardigheid van het leven.”
De positie van christelijke partijen is ingewikkeld, gaf de voormalige SGP-leider aan. „We hebben het niet voor het zeggen – en zou ons dat ook wel toevertrouwd zijn? Vaak moeten we samenwerken. Er zijn onopgeefbare punten. Het CDA erkent dat het het compromis te vaak als ideaal heeft beschouwd. Toch is dat soms de enige methode om wat te bereiken. Dan ligt in het getuigenis je kracht als christelijke partij. Toen ik in 1973 mijn eerste politieke functie kreeg, ried iemand mij aan om op de goede momenten een goed woord van het volbrachte werk van Christus te spreken.”
Doorbraak
Het kleine aantal christenen in de Tweede Kamer leidt enerzijds tot de roep om de christelijke partijen samen te laten gaan. Er gaan echter ook stemmen op om als christen een zoutend zout te zijn binnen seculiere partijen. „Het idee om als christelijke partijen je positie op te geven en in andere partijen op te gaan, lijkt mij niet wijs. Na de Tweede Wereldoorlog had je de politici van de Doorbraak. Hun succes was minder groot dan verwacht. Ik wil niets afdoen aan het goede ideaal, maar er kwam vaak weinig van terecht. Van belijdende christenen die tijdens mijn politieke loopbaan deel uitmaakten van partijen zoals VVD en PvdA hoorde ik ook dat het moeilijk was om een christelijk geluid te laten horen. Laat staan dat het begrepen of overgenomen werd.”
Het idee van publicist Bart Jan Spruyt om met een nieuwe conservatieve partij te komen waarin christenen een belangrijke rol spelen, spreekt Van der Vlies evenmin aan. „Spruyt kent de geschiedenis. Hij kent de partijen. Hij weet als geen ander dat deze wel kunnen samenwerken, maar niet kunnen samengaan. Dat is een brug te ver. Een nieuwe partij leidt tot niets. Elkaar loslaten? Dat kunnen en willen we niet. We willen elkaar opzoeken en versterken. De huidige coalitie zet nu het crisis is sterk in op materiële zaken. De christelijke partijen kunnen met elkaar aandacht vragen voor de hunkering naar het immateriële.”
Hoopske volks
Tijdens de vragenronde ging Van der Vlies in op de vraag of de christelijke partijen nog wel toekomst hebben. „Ik merk dat je let op het getal. Maar laten we het zoeken in de kracht van het Woord. Al zouden er nog maar twee christelijke Kamerleden zijn, een amechtig hoopske volks, ze hebben het krachtige Woord. Natuurlijk heb ik liever een grote fractie. Maar ook met een klein aantal kun je soms net het verschil maken. Denk eens aan Esther. Mordechai zag in dat zij als eerste vrouw in de koninklijke harem een cruciale rol kon spelen en moedigde haar aan om te gaan.”
Een student stelde dat de rol van christelijke politici het present stellen van Christus is. Waarom dat dan niet met de drie christelijke partijen tezamen kan? „We hebben te maken met de realiteit van verdeeldheid, in kerk en politiek. Heel pijnlijk was de opmerking van D66-Kamerlid Dittrich, die in een debat over euthanasie aan mij vroeg: „Namens welke christenen zegt u dit?” Mede daarom koester ik weinig hoop op een toekomstig samengaan.”