Commentaar: Engelse christenen niet langer op voorste bank
„Als christenen zich niet veilig voelen in de samenleving, gaan ze er ook niet op de voorste bank zitten”, zei de Engelse denker dr. Guy Brandon twee jaar geleden in deze krant. Hij sprak over de plannen van premier Cameron om vaker het talent uit de samenleving in te zetten in plaats van de staat.
Christenen willen zich best inspannen voor het nut van het algemeen. Dat blijkt uit allerlei onderzoeken. Maar zodra men zich moet afvragen of men wel de juiste codes volgt uit angst voor een klacht bij de rechter, wordt iedereen terughoudend.
Brandon zag dat Britse christenen zich niet (meer) veilig voelen in de publieke ruimte. Om dat te keren was het nodig dat er eerst bevredigende vonnissen zouden komen inzake het dragen van kruisjes en de gewetensbezwaarde ambtenaar.
Dat vonnis is er inmiddels, maar bevredigend is het niet. Het Europees Hof voor de Rechten van de Mens (EHRM) sprak gisteren uit dat de luchtvaartonderneming British Airways moet toestaan dat medewerkers een kruisje boven hun uniform dragen.
Engelse christenen zijn vanuit hun anglicaanse traditie in het dragen van kruisjes als uiting van geloof altijd wat vrijmoediger geweest dan hun reformatorische geloofsgenoten in Nederland. Het valt zeker toe te juichen dat die ruimte nu gegarandeerd is.
Tegelijk biedt het arrest ruimte voor het ontslaan van een ambtenaar met gewetensbezwaar tegen het registreren van homoparen. Terecht hebben juristen opgemerkt dat het Europese hof niet zegt dat ontslag de énige weg is. Dat betekent dat ook de Nederlandse ”regeling-Cohen” –waarbij de zaak collegiaal wordt geregeld– niet onrechtmatig is. Het is zelfs niet goed denkbaar dat het hof moeite zou hebben met die regeling.
Maar toch, ondanks al deze mitsen en maren zegt het Europees hof toch maar dat de Engelse ambtenaar geen onrecht is aangedaan. Het feit dat zij niet tegen haar geweten wilde handelen, woog niet zwaar genoeg. Dat komt hard aan.
De Britse premier Cameron stelde afgelopen zomer dat mensen de volledige vrijheid behoren te hebben om religieuze symbolen te dragen. Het was natuurlijk een beetje koddig dat een paar weken later een Britse ambtenaar in Straatsburg het tegenovergestelde verdedigde. Maar zo werkt het nu eenmaal: het Europees hof vraagt staten om een verdediging van vonnissen die door hun rechters zijn geveld. En in dit geval had de rechter anders geoordeeld dan de premier.
Gezien Camerons eerdere uitspraken lag het natuurlijk voor de hand dat christelijke organisaties de premier direct opriepen ernst te maken met het ruimte geven aan religieuze symbolen. Omdat christenen in de Britse samenleving zich niet echt veilig voelen, zou Cameron er verstandig aan doen zo’n gebaar te maken.
Of hij bereid is om zekerheid te bieden aan de gewetensbezwaarde ambtenaar blijft echter de vraag. Cameron is –ondanks grote tegenstand– vastbesloten het homohuwelijk in te voeren. Rond die kwestie heeft iedereen zich zo diep ingegraven, dat er nauwelijks nog ruimte is voor flexibiliteit. En dus zullen Engelse christenen, naar te vrezen valt, eerder een bank naar achteren schuiven dan naar voren.