Russische spionnen in Duitsland voor rechter
BERLIJN (ANP) – In Stuttgart is het proces begonnen tegen het Russische spionnenpaar Andreas en Heidrun. Het geldt als een van de spectaculairste spionagezaken sinds het einde van de Koude Oorlog en de val van de Berlijnse muur. De Russen van wie de echte identiteit nog steeds niet is vastgesteld, zouden 23 jaar lang vertrouwelijke informatie hebben doorgespeeld naar Moskou. Het ging daarbij om politieke en militaire geheimen van de Europese Unie en de NAVO.
De twee zouden ook informatie hebben gekregen van een corrupte medewerker van het ministerie van Buitenlandse Zaken in Den Haag. Ambtenaar Raymond P. werd in maart 2012 opgepakt. Hij was voormalig viceconsul in Hongkong, waar hij geheime informatie kon inzien. Zijn zaak moet inhoudelijk nog worden behandeld.
P. zou 7 jaar lang tegen betaling gevoelige informatie aan de Russen hebben gegeven. Hij zou daarvoor in totaal ongeveer 90.000 euro hebben ontvangen. Volgens het Openbaar Ministerie (OM) kampte hij al jaren met schulden en werd hij daarom door de Russen gerekruteerd. De ambtenaar zou onder meer gevoelige persoonlijke informatie over collega’s aan de Russen hebben doorgespeeld. Daarbij gaat het om onder meer de seksuele geaardheid en informatie over de gezondheidstoestand.
Volgens de aanklager heeft P. de Russen daarmee aanknopingspunten voor chantage gegeven. Bij onderzoek op een laptop van het spionnenechtpaar in Duitsland werden minstens 81 documenten gevonden die in handen van P. zijn geweest, stelde het OM in augustus.
Andreas en Heidrun Anschlag deden zich voor als Oostenrijkers, toen ze zich in 1988 in Duitsland vestigden. Bij de Russische inlichtingendienst SWR, voor wie ze werkten, stonden de twee bekend onder de deknamen Pit en Tina. In 2011 kreeg de Duitse contraspionagedienst lucht van de activiteiten van de twee. Kort voordat de SWR het duo wilde weghalen uit Duitsland werden ze gearresteerd.