Op hun beurt verwijten PvdA, SP en GroenLinks de minister dat hij geen „noodrem” inbouwt voor het geval markt en overheid bij het naderen van die datum onvoldoende zijn toegerust voor de operatie. Met dertig handtekeningen van kamerleden hebben zij daarom de Algemene Maatregel van Bestuur waarmee Brinkhorst de zaak wilde regelen, van tafel geveegd.

Brinkhorst ziet zich daardoor genoodzaakt een wetsvoorstel voor de marktopening in te dienen, dat vervolgens weer in de Kamer moet worden besproken. De linkse partijen willen dat hij daarin alsnog een bepaling opneemt die het kabinet de gelegenheid geeft de zaak per 1 maart zonodig uit te stellen.

De minister peinst daar echter niet over. Hij vindt dat hij dat in de richting van de energiebedrijven niet kan maken. Bovendien zou het stuiten op verzet van de Europese Unie, die de liberalisering in een richtlijn heeft geboden. Die richtlijn kent geen ontheffingsmogelijkheden, aldus Brinkhorst. De coalitiepartijen CDA, VVD en D66 steunen hem daarin volledig.

Brinkhorst reageerde zeer geprikkeld op de blokkade die door de drie linkse fracties werd opgeworpen. „U zoekt naar argumenten voor uitstel”, zo beet hij PvdA-kamerlid Crone toe. Die dreigde daarop zelfs de zaal te verlaten, omdat debatteren volgens hem „geen zin” heeft als de minister onder alle omstandigheden aan de datum van 1 juli 2004 vasthoudt.

„Het is wel duidelijk met welk been de heer Crone uit bed is gestapt”, reageerde Brinkhorst op zijn beurt. „Ik heb niets kwaads in de zin en wil me sterk maken voor de positie van de consument.” De minister verwacht schadeclaims van energiebedrijven als de liberalisering van de elektriciteitsvoorziening voor kleinverbruikers opnieuw wordt uitgesteld.