Economie

Opdracht voor christelijke leidinggevende

Een nieuw jaar, nieuwe bedragen op de loonstrook. Een extra stap in het loongebouw is vaak net zo vanzelfsprekend als oliebollen op oudejaarsavond. Tenminste, in veel organisaties. In 2013 zal de overheid een flink beroep doen op de portemonnee van veel werknemers. Een beetje extra salaris is daarom een welkome aanvulling.

Arne Schaddelee
3 January 2013 08:01Gewijzigd op 15 November 2020 01:07
Foto ANP
Foto ANP

Tegelijk zijn veel organisaties zuinig met loonsverhoging. Net als gewone mensen moeten ook organisaties de broekriem aanhalen. Daarbij wordt nogal eens met een schuin oog gekeken naar de top. Doet de directeur ook aan loonmatiging, vragen werknemers zich soms af.

Bedrijfscultuur

Een leidinggevende heeft een voorbeeldfunctie. Directeuren zijn vaak bepalend voor de bedrijfscultuur. Natuurlijk weerspiegelt de beloning de mate van verantwoordelijkheid die iemand draagt. Het is dus logisch dat het management een goed salaris krijgt, maar excessieve beloningen zijn nooit te rechtvaardigen. Dat geldt zeker in tijden dat er loon­matiging voor de werknemers wordt afgesproken. Juist dan is het belangrijk dat de beloning van het topmanagement blijft aansluiten bij dat van de overige werknemers.

Voor christelijke leidinggevenden ligt hier een extra opdracht. Arbeid is een Bijbelse opdracht. Iedere werknemer en ook de directeur dient zijn of haar werk zo getrouw mogelijk uit te voeren. Daarbij spreekt de Bijbel vaak over een loon naar behoefte. Niet het binnenharken van zo veel mogelijk geld staat dan voorop, maar zorg en verantwoordelijkheid voor elkaar.

Balkenendenorm

Uitwassen rond salarissen en bonussen zijn niet nieuw. Ook de roep om maatregelen is dat niet. Zo ontstond in 2006 de zogenoemde balkenendenorm. Volgens deze vrijwillige norm zouden openbare bestuurders niet meer dan 130 procent van het ministerssalaris mogen verdienen.

De vraag dringt zich op wat nu eigenlijk een redelijk topsalaris is. Wat is een goede norm? En wanneer is die norm marktconform? En hoe marktconform is eigenlijk de balkenendenorm? Soms wordt de norm gezocht in een formule. De topmanager zou dan niet meer dan acht keer zo veel mogen verdienen als de medewerker met het laagste uurloon.

Interessant is hoe de brancheorganisatie voor goede doelen, de VFI, dit heeft opgepakt. De VFI heeft een eigen formule ontwikkeld om een redelijke beloning voor directeuren te berekenen. De formule houdt rekening met de zwaarte van de functie en weegt onder meer de grootte en complexiteit van de organisatie mee. Daarnaast heeft de VFI een maximumnorm vastgelegd van 158.000 euro en geeft ze inzicht in de salarissen van de aangesloten organisaties. Uit het onderzoek onder negentig aangesloten organisaties blijkt dat het gemiddelde jaarsalaris van een directeur in 2011 98.000 euro bedroeg. Dit jaarsalaris bevat vier componenten: het brutojaarsalaris, vakantiegeld, eindejaarsuitkering en variabele beloning.

Voorbeeld

Uit het overzicht van de VFI blijkt dat de meeste christelijke goede doelen het goede voorbeeld geven. Op basis van de cijfers lijkt het niet onredelijk om Jantje Beton en Christenen voor Israël met elkaar te vergelijken. Beide organisaties hebben zo’n 25 medewerkers en een begroting van ruim 4 miljoen euro. Terwijl de hoogste baas van Jantje Beton met ruim 90.000 euro naar huis gaat, neemt zijn evenknie bij Christenen voor Israël genoegen met circa 68.000 euro. Dat het altijd nog beter kan laat Open Doors zien. Deze hulporganisatie telt 43 medewerkers en heeft een begroting van ruim 10 miljoen euro. Toch gaat de baas naar huis met ”slechts” 60.000 euro. Goed voorbeeld doet goed volgen?

De auteur is manager communicatie bij de Reformatorisch Maatschappelijke Unie.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer