VVD-partijbaronnen: Rutte moet meer rekening houden met achterban
De populariteit van premier Rutte halveerde na het ‘zorgpremieoproer’ bijna twee maanden terug en herstel blijft uit. Is het terecht dat de liberale leider als een afgebladderde politieke windvaan door het leven moet? VVD-partijbaronnen nemen het op voor hun voorman, maar houden zorgen.
Nederland heeft in politiek opzicht een spectaculair jaar achter de rug. Begin dit jaar had Nederland het meest rechtse kabinet dat denkbaar was. Het bestond uit VVD en CDA die gedoogsteun kregen van PVV en van stille gedoogpartner SGP. Op 21 april eindigde deze samenwerking omdat Wilders zijn handtekening niet wilde zetten onder een pakket extra bezuinigingsmaatregelen.
Op initiatief van ChristenUnie en D66 kwam enkele weken later het zogenoemde lenteakkoord tot stand. VVD, CDA, GroenLinks, CU en D66 sloten een akkoord om voor 2013 12 miljard te bezuinigen, zodat het financieringstekort onder de Brusselse eis van 3 procent zou komen.
Na de verkiezingen van 12 september timmerden de politieke tegenpolen VVD en PvdA in recordtempo een regeerakkoord in elkaar. Nog geen 55 dagen na de verkiezingen stond Rutte met zijn nieuwe ploeg op het bordes van Paleis Huis ten Bosch.
Zo hadden bijna alle politieke partijen dit jaar invloed op het regeringsbeleid. In al die samenwerkingsverbanden was er één constante factor: de VVD met haar leider, Rutte. Hij speelde en speelt de hoofdrol.
De populariteit van de liberale leider groeide in de eerste negen maanden van het jaar spectaculair. Tijdens de Tweede Kamerverkiezingen van september boekte de VVD een klinkende overwinning. De partij bemachtigde 41 van 150 zetels: een liberaal record.
Zelfs binnen de gereformeerde gezindte steeg de populariteit van Rutte tot een hoogtepunt. Vanwege de stille gedoogsteun die de SGP gaf aan het samenwerkingsverband van VVD, CDA en PVV, was Rutte bereid om zijn partij in toom te houden bij allerlei principieel gevoelige onderwerpen zoals medische ethiek, koopzondagen, godslastering, vrijheid van onderwijs en gewetensbezwaarde trouwambtenaren. Dat werd binnen de SGP gewaardeerd. Op 10 maart kreeg premier Rutte tijdens zijn bezoek aan de SGP-jongerendag in Utrecht zelfs een groter applaus dan partijleider Van der Staaij. Toen hij ook nog vertelde dat hij hervormd is opgevoed en zich gelovig noemt, kon Rutte niet meer stuk bij de SGP-jeugd.
Wie nu, ruim drie maanden na de verkiezingen, de populariteitscijfers van Rutte bekijkt, schrikt. Slechts een kwart van de bevolking gelooft nog in de nieuwe premier. Dat is een halvering van eerdere cijfers. In december vorig jaar kreeg Rutte van de bevolking nog een 6,4 als rapportcijfer; nu moet hij het met een 4,5 doen. Volgens opiniepeiler De Hond de slechtste score van een premier ooit zo kort na zijn aantreden.
Ook in de opiniepeilingen doet Rutte het niet goed. De VVD zou bij verkiezingen op dit moment ruim twintig zetels bemachtigen; de helft van het huidige aantal. Nu zijn peilingen niet altijd betrouwbaar, zo bleek ook weer tijdens de laatste verkiezingen. Dit jaar zaten Synovate en Peil.nl er 18 zetels naast en NIPO en De Stemming zelfs 24. Maar de cijfers geven wel de trend aan.
Omkeer
De omkeer kwam in november, na het zogenoemde zorgpremieoproer in de VVD. In het regeerakkoord was afgesproken dat een PvdA-wens tot nivellering gerealiseerd zou worden door middel van de zorgpremie. De tegemoetkoming voor de zorgpremie zou verdwijnen en de hoogte van de premie zou meer afhankelijk worden van het inkomen, waardoor hogere inkomens veel meer premie voor hun ziektekosten moesten gaan betalen dan de lagere. In de VVD-achterban brak een opstand uit.
Het duurde ruim een week voordat Rutte doorhad hoe ernstig de situatie was. Toen hij het eenmaal begreep, is hij opnieuw in overleg gegaan met de PvdA om de nivellering op een andere manier vorm te geven. Dat overleg was binnen een kleine week afgerond. Vanaf 2014 zullen de inkomensverschillen ‘gewoon’ verkleind worden via de belastingen.
Rutte bood zijn excuses aan en dacht weer gewoon verder te kunnen, maar dat lukte niet. Het vertrouwen was geknakt en het herstel in de peilingen volgde niet. Eerder het omgekeerde was het geval; Rutte kwam in een negatieve spiraal terecht. Vrijwel alle kranten publiceerden artikelen waaruit bleek hoe slecht de liberale voorman het had gedaan en deed.
Een krant bracht een artikel waaruit bleek dat Rutte op cruciale momenten niet bereikbaar was tijdens onderhandelingen. Verder werd hem aangewreven dat het hem niet was gelukt om Wilders binnen boord te houden tijdens het Catshuisberaad. En waar was Rutte bij de onderhandelingen over het lenteakkoord? Waarom liet hij die over aan minister De Jager van Financiën? Andere media benadrukten zijn gebrek aan creativiteit om met oplossingen voor problemen te komen.
En om het nog erger te maken: Hoeveel verkiezingsbeloftes had Rutte eigenlijk gebroken? Ten minste vier. Hij beloofde: geen verhoging van het eigen risico in de zorg, geen aantasting bestaande hypotheekrenteaftrek, geen cent extra naar Griekenland en 1000 euro extra erbij voor de hardwerkende Nederlander.
Geen van deze beloftes maakt Rutte in de komende jaren waar. Ook in orthodox-christelijk Nederland verloor Rutte krediet. Tijdens de algemene vergadering van de VVD in Den Bosch, eind november, stelde Rutte dat hij blij is dat zijn partij weer „het gaspedaal in kan drukken” op immateriële beleidsterreinen. Als concrete voorbeelden noemde hij het verbod op het aannemen van nieuwe trouwambtenaren met gewetensbezwaren tegen homohuwelijken. Andere voorbeelden waar de VVD „een vrijheidsfeestje” kan vieren, zijn volgens Rutte de afspraken op het gebied van euthanasie, embryoselectie, abortus en de vrijheid van meningsuiting.
Mensenmens
Rutte heeft op dit moment een aureool om zich heen van iemand die met alle politieke winden meewaait en gedane beloftes verbreekt. Is het dan niet terecht dat de liberale voorman de kous op de kop krijgt in de publieke opinie?
„Nee”, zegt Max Kerremans, voorzitter van het presidium van de partijraad van de VVD. „Je kunt Rutte op zijn hoogst verwijten dat hij niet vaak genoeg achterom heeft gekeken, richting zijn achterban. Hij ging sneller dan de leden en ook sneller dan de kiezers.” Volgens Kerremans behoort Rutte –net als de PvdA’er Samsom– tot de generatie politici 2.0. „Die zijn pragmatisch en zoeken snel praktische oplossingen voor problemen.”
De kracht van Rutte is dat hij –ondanks grote politieke verschillen– mensen aan zich weet te binden: „Hij is een mensenmens.” Dat verklaart volgens Kerremans ook waarom Rutte zo lang met Wilders kon regeren en tijdens de Catshuisonderhandelingen zo amicaal de arm om de PVV’er heensloeg. Het verklaart ook waarom hij zo populair was bij de SGP-jongeren en bij de SGP-achterban. Rutte kon zelfs bij de onderhandelingen over het lenteakkoord met GroenLinks samenwerken en kon ook –ondanks grote politieke tegenstellingen tussen VVD en PvdA– dit najaar snel een regeerakkoord sluiten met zijn tegenstrever Samsom.
Vanwaar dan al die onrust in de VVD-achterban?
„Ik durf de stelling aan dat er van onrust onder de VVD-leden niet of nauwelijks sprake is. Ik denk dat Rutte op de algemene vergadering in Den Bosch op 24 november uitstekend de kritiek die er in de achterban leefde, weerlegde. Op elke kritische vraag vanuit de achterban gaf hij een overtuigend antwoord.”
Maar de peilingen wijzen anders uit.
„Er is het een en ander fout gegaan. Nivellering via zorgpremies was niet verantwoord. Rutte heeft daarvoor ook zijn excuses aangeboden. De partijtop weet dat er nog een slag gemaakt moet worden. Ik sluit niet uit dat Rutte daar ook voor ingezet gaat worden. Persoonlijk denk ik dat het goede moment is als er weer een streepje licht aan de economische horizon komt.”
En die verhalen dan over zijn onbereikbaarheid?
„Onzin. Als er iemand is die met een enorme drive zijn werk doet, dan is dat Rutte. Hij is 7 keer 24 uur per week beschikbaar.”
Is Rutte los van zijn liberale wortels nu hij met de PvdA regeert?
„Zeker niet. Ik vergelijk Rutte met een verstandig zeeman die in de storm het ankertouw extra laat vieren. Maar het anker blijft wel vast.”
En al die verbroken verkiezingsbeloftes dan?
„Iedereen weet dat verkiezingsprogramma’s vol met beloften staan. Die zijn het vertrekpunt voor onderhandelingen. Let erop dat Rutte van geen enkele belofte een ononderhandelbaar punt heeft gemaakt. Het land moet geregeerd worden. In een land met minderheden kan geen enkele partij haar verkiezingsprogramma voor 100 procent realiseren.”
Hoe kan een liberaal ooit nivellering van inkomens verdedigen?
„Dat kan hij ook niet. Het is slecht en het neemt prikkels om geld te verdienen weg. Maar het is de prijs die de VVD voor de samenwerking betaalt. Net zoals de PvdA moest accepteren dat er 1 miljard minder naar ontwikkelingssamenwerking gaat.
Het allerbelangrijkste dat de VVD wil realiseren, is een pakket met maatregelen om de enorme financieel-economische problemen van ons land het hoofd te bieden. Pijnlijke maatregelen zijn nu nodig om een basis te leggen voor herstel. Alles wat wij willen voor de samenleving, is alleen mogelijk als de overheidsfinanciën op orde zijn.”
Belangrijk vindt Kerremans verder dat Rutte en ook de PvdA’er Samsom vastbesloten zijn om deze kabinetsperiode vol te maken. „Ik moet er niet aan denken dat er weer tussentijdse verkiezingen komen die het land maandenlang in een situatie storten waarin niets structureels gebeurt. Dan zouden de partijen geen haar beter zijn dan Wilders die wegliep toen het moeilijk werd.”
Pessimistisch
Gert-Jan Oplaat, voorzitter van de Kamercentrale Overijssel en oud-Tweede Kamerlid, is pessimistischer gestemd. Hij was een van de eersten die zich mengden in het zorgpremieoproer en eiste dat de plannen voor een inkomensafhankelijke zorgpremie van tafel gingen. Volgens hem heeft het gestormd in de achterliggende maanden.
Is de rust in de partij nu weergekeerd?
„Dat ligt eraan naar welke groep je kijkt. Ik denkt dat het kader grotendeels wel is overtuigd. Minister Kamp van Economische Zaken is een avond bij ons in Overijssel geweest en hij kon bijna iedereen overtuigen. Ik ben blij dat Rutte excuses heeft aangeboden. Ik geloof dat kaderleden over het algemeen weer gemotiveerd zijn.”
En hoe ligt dat bij de leden?
„Daar ligt het moeilijker. De meeste leden komen niet op partijbijeenkomsten. Het is lastig om hen te bereiken en te overtuigen. Het feit dat er 600 van de 40.000 leden hun lidmaatschap opzegden, is wel een teken aan de wand. Hier in Overijssel vertrokken slechts vijftig leden, maar het landelijke beeld is niet gunstig.”
En bij de kiezers?
„Daar ligt mijn grootste zorg. We zullen best weer enigszins herstellen in de peilingen, maar bij de gemeenteraadsverkiezingen van 2014 de uitslag van de Kamerverkiezingen van 2012 evenaren, daar heb ik een hard hoofd in.”