Toekomstverwachting
Op het eerste gezicht heeft 2012 de christenheid weinig goeds gebracht. Op wereldschaal gaat de opmars van het moslimfundamentalisme gestaag door en neemt de vervolging van christenen toe.
In Nederland heeft er een fundamentele ommezwaai plaatsgevonden met de komst van het kabinet-Rutte II. Gedwongen door de macht van het getal heeft Rutte I zich vooral beperkt tot materieel liberalisme. Over ethische onderwerpen kon in achterkamertjes en op achterbanken succesvol onderhandeld worden. Rutte II heeft een andere positie. Het kabinet steunt op een ruime meerderheid. In (sociaal)economisch opzicht denken de coalitiepartners totaal verschillend, maar op immaterieel gebied zijn ze het volstrekt eens en hebben ze een gezamenlijke missie: het verwijderen van de restanten van het christendom in wetgeving en in het openbare domein. Juist op dit terrein heeft het kabinet al veel daadkracht laten zien in de discussie rond weigerambtenaren en in de afbraak van de Zondagswet en het verbod op godslastering.
”1984”
Dit krachtige begin vervult met vrees. Ongetwijfeld gaat er ook gemorreld worden aan de vrijheid van onderwijs, aan de invulling van het personeelsbeleid van christelijke instellingen, aan de grenzen van leven en dood en wellicht zelfs aan de vrijheid van ouders om hun kinderen op te voeden naar eigen overtuiging. Waar zal het verzet tegen religie, het afzetten tegen de christelijke wortels van onze cultuur een einde nemen?
In een democratie regeert de meerderheid, met inachtneming van de belangen van de minderheid. De basis ervan is het menselijk gelijkheidsideaal: iedereen is vrij en gelijk in rechten en plichten geboren. Daarom heeft ook iedereen dezelfde rechten om wetten vast te stellen of beslissingen te nemen.
In de praktijk is dat echter niet eenvoudig. Want gelijkheid staat op gespannen voet met vrijheid. Om tirannie van de meerderheid te voorkomen is een grondwet nodig, die garant staat voor de rechten van het individu en van minderheden. Daar juist zit de haper in de samenleving. Zodra de meerderheid groot genoeg is, kan zij ook de Grondwet naar haar hand zetten en daarmee op alle terreinen haar wil opleggen aan het individu. In het verleden was voor de westerse wereld de Bijbel de universele norm van het menselijk handelen. Waar die norm aan de kant geschoven wordt, rest slechts wat we er met elkaar van denken. Pedofilie bijvoorbeeld wordt gelukkig door de overgrote meerderheid van de samenleving verafschuwd. Maar stel dat die mening zou veranderen en er een maatschappelijke acceptatie zou ontstaan, dan kan het verschijnsel vervolgens een legitieme plaats in de samenleving krijgen. Met alle verschrikkelijke gevolgen van dien, voor de samenleving als geheel en voor individuele slachtoffers.
In dit verband is ”1984”, het in 1948 geschreven boek van George Orwell met daarin zijn visie op de toekomstige westerse wereld, waarin het individu ten onder gaat in de kansloze strijd tegen een totalitair bewind, nog zeer actueel.
Op het eerste gezicht heeft 2012 de christenheid weinig goeds gebracht. Hoewel er in alle vrijheid en naar het bevel van Christus over eenwording gesproken kon worden, is de kerkelijke verdeeldheid niet kleiner geworden. Terwijl velen zich bewust zijn van de onafwendbare aantasting van de vrijheid van belijden en beleven in de toekomst, wordt meer energie gestopt in theologische haarkloverijen dan in het zich voorbereiden op die toekomst. Welk getuigenis ging er het afgelopen jaar van Bijbelgetrouw Nederland uit? Wat hebben buren en collega’s gemerkt van een christelijke levenswandel? Welke uitstraling was er in het leven van alledag? Het lijkt soms of het praktiseren van het christendom naast de zondagse kerkgang beperkt blijft tot met elkaar redetwisten over uiterlijkheden en theologische details en het tegenover elkaar uitspreken van bedreigingen vanbuiten.
Christelijk leven begint met bekering en geloof. Vervolgens uit het zich in navolging van de Meester, in discipelschap. Juist in die navolging wordt het geloof voor de samenleving zichtbaar. Het tonen van Zijn liefde is het krachtigste appel op anderen om Hem te zoeken. Een christen is niet geroepen om in een hoekje te kruipen, maar om getuigend zijn plaats in te nemen, waar God hem stelt in de samenleving. Niet slechts met woorden, maar vooral door concreet te laten zien hoe Gods Woord functioneert in het dagelijks leven.
Als christenen in 2013 hun roeping verstaan, is er geen reden tot pessimisme. Zij belijden dat de almachtige God alle dingen leidt en bestuurt tot aan de volmaking van Zijn Koninkrijk. De kille tegenwind van de seculiere samenleving is niet aangenaam, maar biedt wel kansen. Er moeten straks offers gebracht worden. Christenen zullen meer opvallen. Er zal hun rekenschap gevraagd worden.
Hoe krachtig kan het getuigenis klinken in tijden van druk en vervolging. Moet je daarnaar verlangen? Nee, maar je moet wel beseffen dat smaad en vervolging naar het Woord van Jezus onlosmakelijk verbonden zijn aan het discipelschap. Een discipel die weet dat buiten Jezus geen leven te vinden is, zal deze weg blijmoedig gaan, met Luther belijdend: wij gaan ten hemel in en erven koninkrijken.
Reageren? welbeschouwd@refdag.nl