Echo verbetert borstkankeroperatie
AMSTERDAM – Het gebruik van een echoapparaat tijdens een borstkankeroperatie maakt het mogelijk om de tumor in 97 procent van de gevallen in zijn geheel te verwijderen.
Hierdoor is minder aanvullende therapie nodig zoals een hogere dosis bestraling, opnieuw opereren of zelfs een borstamputatie (11 procent in plaats 28 procent). Daarnaast wordt er bij gebruik van echoapparatuur twee keer minder gezond borstklierweefsel verwijderd.
Dit zal mogelijk leiden tot een verbeterd cosmetisch resultaat en een beter welbevinden van vrouwen met borstkanker, zo blijkt uit onderzoek van het VUmc. De resultaten van deze chirurgische studie verschenen dinsdag in het tijdschrift The Lancet Oncology. Het onderzoek werd gefinancierd door Stichting Pink Ribbon.
Aan het onderzoek namen 65 vrouwen deel met een voelbare borsttumor. Zij ondergingen een echogeleide operatie en werden vergeleken met 69 patiënten die de traditionele ingreep ondergingen (op geleide van de tastzin van de chirurg).
Bij de behandeling van borstkanker is volledige chirurgische verwijdering van het gezwel nog steeds het belangrijkste uitgangspunt, waarbij in de meerderheid van de gevallen de borst behouden kan blijven.
Door gebruik van echoapparatuur tijdens de ingreep, waardoor de tumor precies te lokaliseren is, bleek het mogelijk de tumor in 97 procent van de gevallen in zijn geheel te verwijderen, terwijl dit bij de traditionele methode 83 procent was.
Tijdens het onderzoek bleek ook dat de operatieprocedure voor chirurgen vrij eenvoudig te leren is. Deze manier van opereren is landelijk dan ook snel in te voeren omdat elk ziekenhuis over echoapparatuur beschikt. Omdat er minder aanvullende behandelingen nodig zijn, zal dit de behandelkosten verminderen.
Het onderzoek werd geleid vanuit het VUmc. Aan de studie namen ook vijf andere ziekenhuizen deel: Rode Kruis Ziekenhuis (Beverwijk), Kennemer Gasthuis (Haarlem), Medisch Centrum Alkmaar, Waterland Ziekenhuis (Purmerend) en Ziekenhuis Gelderse Vallei (Ede).