Talmoedische discussies over vrede
Titel:
”Vrede maak je niet alleen. Actuele oorlogsproblematiek toegelicht vanuit bijbels perspectief”
Auteur: mr. drs. R. Evers e.a.; uitgave van de Dienst van de Geestelijke Verzorging van het ministerie van Defensie, Den Haag, 2003
ISBN 90 90 15 884 7
Pagina’s: 152 blz. Belangstellenden voor het boek kunnen schriftelijk contact opnemen met het Bureau van de Hoofdkrijgsmachtrabbijn, Frederikkazerne, gebouw 106, Van der Burchlaan 31, 2597 PC, Den Haag. Eerder dit jaar heeft de hoofdkrijgsmachtrabbijn J. Boosman staatssecretaris C. van der Knaap het boek ”Vrede maak je niet alleen” aangeboden. Het is gewijd aan het thema vrede in Joods perspectief. Ik weet niet of de staatssecretaris tijd heeft gevonden het helemaal door te lezen. Maar het is in elk geval een uiterst interessant geschrift.
Het boek is grotendeels van de hand van rabbijn mr. drs. R. Evers, rector van het Nederlands-Israëlitisch Seminarium. Twee van de twintig hoofdstukken zijn door anderen geschreven. Die gaan over de militaire eed van trouw en over oorlogsmagie.
De volledige titel van het boek luidt: ”Vrede maak je niet alleen. Actuele oorlogsproblematiek toegelicht vanuit bijbels perspectief”. Het gaat niet alleen over oorlogsproblematiek; ook vele andere thema’s komen aan de orde: racisme en het vluchtelingenbeleid, troost en de verwerking van leed, de functie en plaats van de vorst.
Het is een boek over ethiek, Joodse ethiek uiteraard. Maar naast vele andere handboeken over ethiek verdient het een eigen plaats. Aan de ene kant dient het als lesmateriaal voor Joodse militairen in de Nederlandse krijgsmacht. Aan de andere kant gaat het ook in op de problematiek waarmee de huidige Joodse staat in het conflictueuze Midden-Oosten heeft te maken. Allerlei moderne vragen over oorlog en vrede worden getoetst aan de meningen van vele Joodse geleerden, rabbijnen en anderen, van de oudheid tot onze tijd.
Profeten
De ondertitel spreekt over bijbels perspectief. Zoals te begrijpen is dat voor een Jood het perspectief van wat Christenen het Oude Testament noemen. Maar ook in dat Oude Testament is nogal geselecteerd. Grote nadruk valt op de Thora. Opvallend vond ik dat uit wat christenen de ”schriftprofeten” noemen, van Jesaja tot Maleachi, bijna niets wordt aangehaald. In onze kerkdiensten wordt na de hoofdsom van de wet, de liefde tot God en tot de naaste, toch steeds gezegd dat dit niet alleen de vervulling van de wet, maar ook van de profeten is.
Verder is opmerkelijk dat niet zozeer de Schrift zelf aan het woord komt, maar vooral allerlei rabbi’s die hun visie over teksten geven. Het bijbelse perspectief wordt overschaduwd door het talmoedisch perspectief. In mijn ogen gebeurt dit soms uiterst speculatief. De auteur geeft dit trouwens ook toe, wanneer hij schrijft: „Talmoedische discussies zijn doorgaans casuïstisch van aard.”
Dit maakt het boek uiterst boeiend, maar roept dikwijls ook vragen op. Ik denk dan vooral aan de wat gekunstelde vertaling en exegese van een aantal gedeelten van het Oude Testament. Soms is de achtergrond van die vreemde exegese te raden. Omdat bijvoorbeeld koning David op Joodse wijze ”rechtvaardig” moet zijn, is de hele geschiedenis van het overspel met Batseba en de moord op Uria wegverklaard. Om niet te zeggen: radicaal verdraaid. Een uiterst merkwaardige omkering van de feiten.
Ook wordt de richtlijn over de gevangen vreemde vrouw uit Deuteronomium 21 niet als bescherming voor de vrouw maar als ontmoediging voor de krijger uitgelegd. En zo is er meer. Verder wijkt de gegeven vertaling dikwijls in zeer sterke mate af van de Statenvertaling en van de Nieuwe Vertaling.
Bevindelijk
Aan de andere kant vind ik uiterst schoon de benadering van de psalmen van David. Hier spreekt de auteur zeer spiritueel-bevindelijk over de worsteling van David met de gerechtigheid en goedertierenheid van God. Ook de exegese van allerlei plaatsen uit de psalmen geeft verrassend licht. Elke dominee en prediker over de psalmen zou dit moeten lezen. Over de beproeving, de tuchtiging en de goedertierenheid. Over de psalmen als een dagboek van interne strijd.
Het gaat hier uiteraard om een Joods boek. Vele rabbijnen worden aangehaald, soms staan ze in hun meningen diametraal tegenover elkaar. Dat kan en mag. Maar slechts eenmaal, zijdelings en niet positief, wordt de Rabbi van Nazareth vermeld. Hij heeft toch ook wel wat te zeggen over oorlog en vrede, Hij is niet minder controversieel dan de aangehaalde rabbijnen en geleerden. In bijlage VIII over de Joodse geschiedenis in vogelvlucht met een opsomming van vele rabbijnen wordt Hij nergens vermeld.
Wanneer het gaat om de gronden van de rechtvaardiging, valt alle nadruk op de vervulling van de Thora. Onverdiende vergeving, leven uit genade, handelen uit dankbaarheid komen niet of slechts terloops aan de orde.
Is daarmee dit boek ongeschikt als leidraad voor niet-Joden en Christenen? Dat is zeker niet zo. Er is diep nagedacht over allerlei belangrijke militaire en maatschappelijke kwesties. In veel ethische vraagstukken staan gereformeerde christenen op één lijn met de auteur. Wanneer het bijvoorbeeld gaat om de eerbied voor het leven tegen de praktijk van euthanasie, abortus en zelfmoord.
Veldarts
Aan het eind van het boek vinden we een lang hoofdstuk met de titel ”Een veldarts kiest voor het leven”. Hierin staan uiterst zinnige dingen over hoe te handelen bij de keus hoe en welke patiënten te helpen wanneer de mogelijkheden beperkt zijn. Verwezen wordt onder meer naar de bezuinigingen in de gezondheidszorg. Dit hoofdstuk overstijgt de militaire context in ruime mate. Dat geldt trouwens ook voor vele andere.
Kortom, een zeer aanbevelenswaardig boek.