Opinie

Ontslagrecht en Bouterse

De politieke onzekerheid en de vraag hoe het nieuwe regeerakkoord eruit gaat zien, hebben ook hun weerslag op het recht. Zo houden arbeidsrechtdeskundigen op dit moment collectief de adem in bij alle plannen en akkoorden over een nieuwe inrichting van het ontslagrecht. In het Nederlands Juristenblad 25 worden de arbeidsrechtelijke voornemens uit het lenteakkoord onder vuur genomen. De redactie bespreekt de open brief aan de Tweede Kamer van een aantal hoogleraren die concluderen dat de politieke plannen gebaseerd zijn op onjuiste veronderstellingen en dat de uitvoering van die plannen geen positief, maar een negatief effect zal hebben op de Nederlandse economie.

31 October 2012 07:28Gewijzigd op 15 November 2020 00:00

Volgens de ondertekenaars moet de starheid van het ontslagstelsel niet worden overdreven. De indruk wordt soms gewekt dat het onmogelijk is of zeer kostbaar om iemand te ontslaan. Arbeidsjuristen weten wel beter. Bovendien is bij herhaling aangetoond dat een soepeler ontslagrecht weliswaar arbeidskosten bespaart (de lonen zullen dalen), maar ten koste gaat van de arbeidsproductiviteit en innovatieve kracht van bedrijven. Die wordt immers met name gevoed vanuit de vaste kern van stabiel personeel. Veel flexibiliteit betekent minder betrokkenheid van het personeel en dat werkt contraproductief.

Bovendien is het plan om bedrijven zelf een deel van de WW-uitkering te laten betalen voor veel werkgevers mogelijk het laatste zetje om vanuit de bestaande economische moeilijkheden de afgrond in te vallen. Dit vernietigt werkgelegenheid en maakt de bezuiniging op uitkeringen weer ongedaan. Los daarvan betekenen de huidige plannen ook een ernstige verslechtering van de rechtspositie van de werknemer.

Al deze kritiek betekent niet dat de arbeidsrechtspecialisten herziening van het ontslagrecht onwenselijk achten. De ontslagmogelijkheid via UWV verdient aanpassing en de ontslagvergoedingen dienen concreter te worden afgestemd op de werkelijk door de werknemer geleden schade.

In NJB 34 laat ook mr. dr. Kötter zich uit over voornoemde plannen. Ook hij plaatst kritische vraagtekens bij de veronderstelde effecten en wijst op de negatieve gevolgen. De ontslagplannen zijn oude wijn in nieuwe zakken, die leiden tot aantasting van de ontslagbescherming en de rechtszekerheid. De voorafgaande verplichte toets door UWV biedt een betere bescherming dan een directe ontslagbevoegdheid vanuit de werkgever. Evenwel ligt in een tijd van economische teruggang het primaat bij kostenbesparing en ligt afschaffing van deze preventieve toets voor de hand. Of dit ook daadwerkelijk tot kostenbesparing gaat leiden op lange termijn, betwijfelt hij; in ieder geval wordt er een nieuwe fase in het ontslagrecht ingeluid, waarin met name de mondige werknemer beter in staat zal zijn om de ongelijkheidspositie te compenseren.

Van een heel andere, maar zeker ook wezenlijke orde is de bijdrage van prof. Afshin Ellian in NJB 24 over ”President Bouterse en zijn amnesia”. Daarin toetst Ellian de bewering van Bouterse dat hij met de omstreden Amnestiewet die onlangs door het parlement werd aanvaard, verzoening wil bewerkstelligen. Bouterse heeft gebruikgemaakt van zijn grondwettelijke bevoegdheid om de verdachten van de Decembermoorden, onder wie hijzelf, amnestie te verlenen. Los van de rechtsgeldigheid van die beslissing gaat het de auteur om de vraag of inderdaad met dit besluit verzoening kan worden bewerkstelligd tussen daders en slachtoffers.

Ellian bespreekt daartoe de geschiedenis van waarheidscommissies. Deze kunnen aard en omvang van de mensenrechtenschending vaststellen, waarbij in Zuid-Afrika met succes de vorm is gekozen van waarheid in ruil voor vergiffenis. Geen zelfamnestie derhalve, maar amnestie met als doel de naakte en volle waarheid bloot te leggen, omdat eerst dan vergeving en verzoening vorm kunnen krijgen. Ellian laat dan ook duidelijk zien dat Bouterse het woord verzoening wel bezigt, maar uitsluitend voor zijn eigen hachje; hij wil niet alleen ongestraft blijven, maar ook de waarheid rond de Decembermoorden verdoezelen. Zonder waarheid komt er echter geen verzoening en kan er geen brug worden geslagen tussen een misdadig verleden en een democratische toekomst. Echter: „Gerechtigheid laat zich niet weerhouden door de zelfamnestie van een oud-dictator.”

Tot slot is het niet verbazingwekkend dat een orgaan als het Advocatenblad (no. 12) aandacht besteedt aan het gedrag en de opstelling van advocaten onderling. In een commentaar wordt ingegaan op advocaten die andere advocaten bijstaan. Kern van het verhaal is de vaststelling dat advocaten zelf lastige cliënten zijn. De emoties die wegens de persoonlijke betrokkenheid een rol spelen in hun eigen zaak, verhinderen het zicht op de realiteit en daarmee op een intrinsieke oplossing. Hoewel een dergelijk commentaar voor de advocaten zelf leerzaam inzicht kan opleveren, zal dit voor niet-advocaten niet opzienbarend zijn: die wisten namelijk allang dat advocaten ook net mensen zijn.

Mr. A. Klaassen, advocaat bij Bouwman Van Dommelen Advocaten. Reageren? focus@refdag.nl

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer