Binnenland

Nederland krijgt minste uit Europese subsidiepotten

Nederland heeft vorig jaar verhoudingsgewijs de minste bijdragen gekregen uit Europese subsidiepotten. Daardoor was Nederland met afstand de grootste nettobetaler aan Brussel, zo blijkt uit cijfers die EU–commissaris Schreyer (begroting) donderdag heeft getoond.

ANP
18 September 2003 14:42Gewijzigd op 14 November 2020 00:34

Brusselse subsidies waren in 2002 goed voor 0,3 procent van het nationaal inkomen van Nederland. Spanje kreeg de meeste EU–subsidies, ter waarde van 3,3 procent van zijn totale inkomsten. Dat land heeft recht op allerlei projecten om de grote economische achterstand in te lopen.

De meeste regeringen zijn meer geïnteresseerd in de zogenaamde nettopositie, dat wil zeggen het verschil tussen de ontvangen subsidies en de verplichte betalingen aan Brussel. Voor Nederland was dat vorig jaar 2,19 miljard euro negatief of 0,51 procent van het bruto binnenlands product (bbp). Geen enkel ander EU–land is een zo sterke betaler. Op de tweede plaats staat Zweden met 0,29 procent.

Grootste relatieve ontvanger vorig jaar was Griekenland (netto 2,39 procent van z’n bbp). Spanje krijgt netto 1,29 procent.

Bij deze berekening houdt de Europese Commissie, het dagelijks bestuur van de EU, nog geen rekening met de douaneheffingen die de lidstaten moeten doorsluizen naar Brussel. Nederland heeft relatief veel douane–inkomsten door de haven van Rotterdam. Dat wel meetellen zou de nettopositie van Nederland nog negatiever maken.

Vanaf mei volgend jaar worden tien doorgaans arme landen lid van de EU, die allemaal recht hebben op subsidies voor landbouw en voor achtergebleven regio’s. Volgens het ministerie van Financiën kan de nettopositie van Nederland daardoor over enkele jaren verslechteren tot 6 miljard euro per jaar.

De Nederlandse regering is erop gebrand om de kosten in toom te houden. Vorig jaar nog heeft premier Balkenende bij een Europese top in Brussel door keihard onderhandelen de stijging van de landbouwsubsidies een halt toegeroepen.

Momenteel worstelt Den Haag met een ontwerp–grondwet voor de EU, waarin staat dat landen hun vetorecht verliezen bij de onderhandelingen voor de meerjarenbegroting. Daar is de regering fel tegen. Bij de vorige onderhandelingen, in Berlijn in 1999, kon de toenmalige premier Kok alleen dankzij het vetorecht de uitgaven aan Brussel inperken.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer