De 19-jarige Carina Melchior was na een auto-ongeval in comateuze toestand naar het ziekenhuis gebracht. De behandelende arts gaf te kennen dat ze feitelijk geen overlevingskansen had. Als ze al zou overleven, dan als kasplantje. De documentaire ”Het meisje dat niet wilde sterven” werd vorige week op de Deense televisie uitgezonden.

De behandeling van Melchior in het ziekenhuis werd op de derde dag gestopt. Ze werd van de beademing gehaald, maar stierf niet. Ze ontwaakte daarentegen een dag later en stak haar duim in de lucht. Hoewel haar kortetermijngeheugen nog hapert, kan ze een jaar na het ongeluk dankzij revalidatie weer praten en zelfs weer paardrijden.

In Denemarken ontstond veel reuring na de uitzending. De Deense inspectie voor de volksgezondheid meldde gisteren dat 500 orgaandonoren zich hebben afgemeld als donor. Daarnaast hebben 3000 mensen wijzigingen aangebracht in de voorwaarden rond hun donatie. Ze hebben bijvoorbeeld bepaald dat hun familieleden ter plekke toestemming moeten geven.

De minister van Volksgezondheid, Astrid Kragm, wil als reactie op de gebeurtenissen een scherper protocol voor orgaandonatie bij comapatiënten. Ze wil in een bepaling laten opnemen dat er pas een gesprek over orgaandonatie met de familie mag plaatsvinden wanneer het slachtoffer al hersendood is. Artsen zetten daar echter vraagtekens bij, omdat daardoor kostbare tijd verloren zou gaan.

Denemarken heeft ongeveer 700.000 geregistreerde donoren, op een bevolking van 5,5 miljoen.