Drie promoties in één week aan ETF in Leuven
Er waren deze week maar liefst drie promoties in de theologie aan de Evangelisch-Theologische Faculteit (ETF) te Leuven-Heverlee: over Psalm 139, de tucht in de 16e eeuw in de Nederlanden en de kerkelijke situatie in Bulgarije.
Het vroegere klooster biedt een gastvrij onderkomen voor hoogleraren en studenten die vanuit heel Europa en zelfs daarbuiten deze week samenkwamen in de zogenaamde doctoraatsweek. De meeste van de 35 studenten die willen promoveren in de theologie wonen ver weg en ook een deel van de 20 (gast)hoogleraren woont elders. Maar in de tweede week van september behoort iedereen te komen. Dan hebben lezingen, examens en promoties plaats. Af en toe zijn Russische woorden op te vangen bij studenten uit Oekraïne; andere keren is er zelfs Arabisch te beluisteren wanneer studenten uit Jordanië en Libanon in gesprek zijn. De voertaal is echter Engels. De vele studenten uit Duitsland -die aan de schriftkritische universiteiten daar niet goed kunnen promoveren- moeten zich daar ook naar voegen.
Andreas Kümmerle is een van hen. Hij werkt als zendeling in Tanzania en heeft in de afgelopen periode kans gezien een proefschrift te schrijven over Psalm 139. Hij komt tot nieuwe conclusies over de opbouw van de psalm en probeert inhoudelijk lijnen te trekken naar de antropologie, de leer over de mens. Vers 18 vat hij op als een belijdenis dat de dichter na het sterven bij God zal zijn (”ontwaken”). De meeste geleerden ontkennen deze toekomstverwachting. Promotor was prof. dr. G. Maier, bisschop in de Lutherse Kerk in Duitsland. Men zou dit niet direct verwachten aan een evangelische faculteit, maar ”evangelisch” is hier een samenwerking van reformatorisch en evangelisch, op basis van geloof in de Schrift als Gods Woord.
Gottlieb J. Blokland verdedigde donderdag zijn Nederlandstalige dissertatie, getiteld: ”De heilige gemeente; een onderzoek naar de doopsgezind-gereformeerde tegenstellingen in de Nederlanden in de 16e eeuw inzake het vraagstuk van de kerkelijke tucht”. Het proefschrift beschrijft de opvattingen van de belangrijkste vertegenwoordigers en bespreekt ook de disputaties over dit onderwerp in Frankenthal (1571) en Emden (1578). De doopsgezinden neigden op basis van 1 Korinthe 5 tot radicalisering, waarbij gemeenten elkaar onder censuur konden stellen en scheuren door gezinnen gingen lopen; de gereformeerden beriepen zich op Matthéüs 18 en perkten de tucht steeds verder in. Dit hing ook samen met de beide kerkvisies. Hun inzichten en problemen zijn nuttig voor onze tijd om te zoeken naar een bijbelse tuchtoefening in de gemeenten. Promotor was prof. dr. G. Bos, hervormd predikant in Nederland. Prof. dr. M. W. Pretorius was copromotor.
Een opvallende gebeurtenis is, dat aan het eind van de promotie de promotor voorgaat in gebed om de nieuwe doctor met zijn persoonlijke omstandigheden en zijn werk op te dragen, opdat hij dienstbaar mag zijn in Gods Koninkrijk. De wetenschap is geen doel in zichzelf, maar is bedoeld om getuige in deze wereld te zijn en de arbeid in de kerken te ondersteunen.
Vanuit Nederland waren ook de hoogleraren W. J. Ouweneel, M. J. Paul en P. A. Siebesma aanwezig. In de dagopeningen stond de profeet Jeremia centraal, met zijn pijn en aanvechting, als eenzame boodschapper in een omgeving die weinig wil weten van het Woord van God.
Gisteren promoveerde J. Dimitrov op de geschiedenis van Bulgaarse baptisten- en pinksterkerken. De Bulgaarse promovendus onderzocht daarbij in het bijzonder hoe deze kerken hebben gereageerd op de uitdaging van vervolging en verdrukking in de laatste anderhalve eeuw.
„De drie proefschriften hebben een hoog wetenschappelijk niveau”, benadrukt rector P. Nullens. „Hoogleraren van andere universiteiten controleren en erkennen dat ook. Maar de dissertaties zijn ook doortrokken van het verlangen de kerk van vandaag te dienen. In de verscheidenheid aan onderwerpen komt de interkerkelijke en internationale samenwerking van de ETF tot uiting”, aldus de rector.