Onderwijs & opvoeding

Maatje via kantonrechter

Andries Lock herinnert zich de opening van zorgcentrum In ’t Opper te Bruinisse nog als de dag van gisteren. Als vrijwilliger van het Rode Kruis stond hij ’s morgens al vroeg op de stoep om er een bloemetje te bezorgen. Veertig jaar later is hij een van de bewoners en hij is dankbaar dat er nog steeds vrijwilligers zijn, zegt Lock in zijn kamer in het zorgcentrum. Hij knikt naar zijn maatje Bert Jongejan (65), die juist naar beneden gaat om koffie te halen.

27 September 2012 20:59Gewijzigd op 14 November 2020 23:25
Lock (l.) en Jongejan in Locks kamer in Bruinisse. Foto Wim van Vossen
Lock (l.) en Jongejan in Locks kamer in Bruinisse. Foto Wim van Vossen

Wat Lock betreft, verdient Stichting Mentorschap Zeeland (STMZ) ook een bloemetje. Begin dit jaar meldde hij zich bij deze stichting met de vraag of ze hem aan iemand kon helpen die zijn belangen wilde behartigen. De 86-jarige had net een zware periode van ziekte achter de rug en merkte bij zichzelf dat hij langzamerhand dingen ging vergeten. „Ik kan niet alles meer.” Zijn vrouw is achttien jaar geleden overleden en het echtpaar is altijd kinderloos gebleven. Directe familie die voor hem kan zorgen, is er niet.

De eerste mentor waar STMZ mee kwam, haakte tot frustratie van de weduwnaar op het laatste moment af. Erg blij was hij toen STMZ alsnog met het verlossende telefoontje kwam dat Zierikzeeënaar Jongejan bereid was om per augustus de mentorvoering op zich te nemen. De laatste, die juist binnenkomt met de koffie, lacht: „Tegen zo’n aardige man kun je geen nee zeggen.” Op de eerste dag van hun kennismaking sloegen ze meteen spijkers met koppen door een stapel papieren weg te werken. Dat bleek hard nodig, want de uiterste datum waarop de Belastingdienst het belastingformulier van de geboren Scheveninger binnen wilde hebben, was al bijna verstreken.

Het bijzondere aan het maatjesproject van STMZ is dat bij de benoeming de rechtbank wordt ingeschakeld. Hiermee krijgt de vrijwilliger de bevoegdheid om voor de betrokkene beslissingen te nemen. Daardoor had een van de eerste contacten tussen Lock en zijn maatje plaats tijdens een autorit van zo’n 50 kilometer naar de kantonrechter in Middelburg. De zitting stelde volgens beiden weinig voor: „De stoelen waren nog niet warm of we konden alweer weg.”

Nu ze toch onderweg waren, maakten beide heren er maar meteen een rondje Walcheren van. Het ritje duurde eigenlijk te lang, want Lock –die toch al moeite met uitstappen heeft– was erg stijf geworden. „En ik kwam ook nog eens te laat voor het eten.”

Vormt het geloof een belangrijke drijfveer om vrijwilligerswerk te doen? Jongejan, kerkenraadslid van de christelijke gereformeerde kerk te Zierikzee: „Ik hoor iedere zondag dat ik moet omzien naar m’n medemens, maar ik zou liever zeggen dat het in mijn genen zit. Het geeft zo veel voldoening als je iets voor iemand anders mag betekenen.”

Als bewoners opmerken dat Lock er nog zo gezond uitziet, grapt Jongejan: „Je zou niet zeggen dat er twintig jaar leeftijdsverschil is.” De onderlinge verhouding is er niet minder om. „We hopen dit nog jaren zo vol te houden.”

Dit is de eerste aflevering van een serie interviews met maatjes.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer