Binnenland

„Straks lopen de konijnen over de Dam”

AMSTERDAM – Johan Degenkamp noemt de konijnenoverlast op de Amsterdamse begraafplaats St.-Barbara „een verschrikking.” „Het zal niet lang meer duren of ze lopen over de Dam.”

25 September 2012 08:26Gewijzigd op 14 November 2020 23:21
Konijnen zorgen in het Amsterdamse Westerpark en directe omgeving voor overlast. Onlangs kantelde een grafdelfmachine op de rooms-katholieke begraafplaats St.-Barbara toen het gevaarte in een hol wegzakte. Foto ANP
Konijnen zorgen in het Amsterdamse Westerpark en directe omgeving voor overlast. Onlangs kantelde een grafdelfmachine op de rooms-katholieke begraafplaats St.-Barbara toen het gevaarte in een hol wegzakte. Foto ANP

De knaagdierenpopulatie geeft op de rooms-katholieke begraafplaats in Amsterdam-West de nodige overlast, aldus Degenkamp. „Je kunt het gerust een plaag noemen. Die beesten zitten onder grafstenen. Ze vreten in een uur tijd de bloemen op die mensen op de graven van nabestaanden leggen. Onlangs kantelde een grafdelfmachine toen het gevaarte door een hol wegzakte.”

Omdat hij nieuwsgierig naar hun aantal was, telde de medewerker van de begraafplaats vorige week de knaagdieren. „Ik kwam tot honderd.”

Vijanden hebben de konijnen niet, weet Degenkamp. „Ja, er zitten hier een stuk of acht vossen. Die zitten hier midden tussen de snacks, maar hebben op een gegeven moment ook hun buik vol.”

Om de overlast tegen te gaan, liet Degenkamp zaterdag een jager met een paar fretten op de konijnen los. „Er zijn toen 21 konijnen gevangen. Het liefst zou ik ze afschieten, zoals dat vroeger gebeurde, maar dat mag niet. Ja, het zou helpen als je gaas rond de begraafplaats aanbrengt, en dan een halve meter diep. Maar dat mag de provincie dan wel betalen, want wij hebben het geld niet.”

Niet alleen op de begraafplaats is men de konijnen beu. Ook nabijgelegen schooltuintjes, sportvelden en het Westerpark hebben last van de knaagdieren.

„De overpopulatie is vooral een gevolg van het dumpen van tamme konijnen”, stelt Eva van Joost van de dierenbescherming Amsterdam. „Die dieren zijn voor een habbekrats te koop en als de eigenaren ze zat zijn of als ze met vakantie gaan, worden ze vaak met hok en al bij de kinderboerderij over het hek gezet. Als zij er maar van af zijn.”

Te makkelijk schaffen burgers dus een konijn aan, stelt Eva van Joost. Ze benadrukt dat preventief optreden van groot belang is om de overlast tegen te gaan. „Burgers moeten niet te snel een konijn aanschaffen en de beesten zeker niet in het wild uitzetten. Als je bovendien weet dat konijnen dol zijn op bepaalde gewassen moet je die in de volkstuintjes niet meer verbouwen. Dus beperk het voedselaanbod door de beplanting aan te passen. Ook het plaatsen van een hek kan helpen.”

Afschieten is niet de oplossing, stelt de medewerkster van de dierenbescherming. „Dan blijven de sterksten over en zit de populatie binnen twee jaar weer op het oude peil.”

Van Joost realiseert zich dat „we de konijnen nooit helemaal kwijt zullen raken. Maar dat is ook niet erg. Die beesten horen daar en dat moeten we als mens accepteren.”

Stadsecologen verklaren de –te– grote populatie knaagdieren ook door gebrek aan natuurlijke jagers, zoals vossen en roofvogels. Daarnaast zijn steeds meer konijnen resistent voor de virusziekte myxomatose en vital hemorrhagic fever, die de populatie in het verleden nog enigszins in bedwang hielden.

Het blijkt dat vooral sportvelden ideaal zijn voor konijnen, met bemest gras en dichte bosschages waar ze in weg kunnen vluchten. En ’s avonds als de dieren actief zijn, is het er heerlijk rustig. De velden zijn als het ware één gedekte tafel.

De politiek in het Amsterdamse stadsdeel West weet van de konijnenoverlast en zal zich daarom morgen over de zaak buigen. Richard Cahuzak, de ambtenaar die zich in stadsdeel West met de konijnenplaag bezighoudt: „We zijn op de hoogte van de konijnen die de schooltuintjes en de begraafplaats afstruinen.”

Cahuzak voegt er direct aan toe dat de oplossing van het probleem niet eenvoudig is. „Het uitgangspunt is de konijnoverlast diervriendelijk oplossen. Het afschieten van konijnen, wat in de jaren negentig in mijn vorige gemeente Renswoude gebeurde, is hier in Amsterdam niet aan de orde. Dat mag alleen als de situatie levensbedreigend is.”

Een diervriendelijke oplossing is bijvoorbeeld het bevorderen van de komst van vossen en andere dieren die konijnen eten. Cahuzak: „Ja, er mogen wel meer vossen komen. En op de energiecentrale hier zit een slechtvalk. Als we het gras in het park en op andere plekken kort houden, kunnen de roofvogels op zicht jagen.”

Sinds een week mogen niet-wilde konijnen worden gevangen, maar ook dat biedt geen soelaas. „We mogen ze niet uitzetten op plekken waar op de dieren wordt geschoten. En op plekken waar niet op ze wordt gejaagd, wil men ze niet hebben omdat ze mogelijk drager zijn van besmettelijke ziektes. Dus dat afvangen, zoals wij het noemen, schiet niet veel op.”

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer